M4 T6 L3 in vliegende vaart

M4 T6 L3 in vliegende vaart
1 / 25
suivant
Slide 1: Diapositive
StewinaSecundair onderwijs

Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

M4 T6 L3 in vliegende vaart

Slide 1 - Diapositive

Hoe druk je snelheid uit?
A
kwh
B
km/uur
C
mol
D
kg

Slide 2 - Quiz

Wat betekent gemiddelde snelheid?
A
Dat het de werkelijke snelheid is op het moment zelf.
B
Een snelheid die is berekend over een bepaalde afstand en tijd.
C
De snelheid die je hebt op het midden van de afstand

Slide 3 - Quiz

Welke snelheid bereikt licht?
A
200 000 km/s
B
300 000 km/s
C
400 000 km/s
D
500 000 km/s

Slide 4 - Quiz

Wat is de gemiddelde snelheid van een leeuw?
A
100 km/uur
B
80 km/uur
C
65 km/uur
D
35 km/uur

Slide 5 - Quiz

Wat is de gemiddelde snelheid van een slak?
A
20 m/ uur
B
10 m/uur
C
3 m/uur
D
5 m/ uur

Slide 6 - Quiz

Wat is de gemiddelde snelheid van een nijlpaard?
A
25 km/uur
B
55 km/uur
C
30 km/uur
D
62 km/uur

Slide 7 - Quiz

Slide 8 - Diapositive

snelheid berekenen

Slide 9 - Diapositive

Formule toepassen
afstand = snelheid x tijd 

... km = 80 x 20
                 60 

Slide 10 - Diapositive

Berekening
Een autocar heeft een gemiddelde snelheid van 80 km/uur. 
Hij rijdt 20 minuten. Welke afstand legt de autocar af?



afstand
80 km 
26,6666667 km
tijd 
1 uur = 60 minuten
20 minuten
: 3 
: 3 

Slide 11 - Diapositive

Een hogesnelheidstrein heeft een gemiddelde snelheid van 140 km/uur.
Hij legt 210 km af.
Hoelang duurt de rit?
A
1,5 uur
B
1 uur 20 minuten
C
2 uur
D
geen idee

Slide 12 - Quiz

Senne heeft zonet twee uur in de auto gezeten om zijn grootmoeder te bezoeken.
Zij woont 110 km van zijn thuis verwijderd.
Wat was de gemiddelde snelheid van de wagen?
A
50 km/ uur
B
55 km/uur
C
110 km/ u
D
220 km/u

Slide 13 - Quiz

reactie-, rem- en stopafstand
remafstand reactieafstand stopafstand

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Vidéo

Reactieafstand is:
A
Remweg + reactieafstand
B
Remweg + stopafstand
C
Hoever je nog rijdt voordat je gaat remmen
D
De afstand tot je stilstaat

Slide 16 - Quiz

Slide 17 - Diapositive

Remweg

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Mijn snelheid is 10 m/s
Mijn reactietijd is 2 seconde
Wat is mijn reactieafstand?
A
5 m
B
10 m
C
20 m
D
25 m

Slide 21 - Quiz

Een brommer rijdt 10 m/s. De reactietijd van de bestuurder is 1 seconde. Wat is de reactieafstand?
A
10 m
B
25 m
C
50 m
D
100 m

Slide 22 - Quiz

Je snelheid wordt twee keer zo groot. Wat gebeurt er dan met de remweg?
A
de remweg wordt korter
B
de remweg wordt langer
C
de remweg blijft gelijk

Slide 23 - Quiz

Een fietser fietst op een fietspad en ziet een bal de weg op rollen. Terwijl hij grijpt naar zijn rem legt hij 2 meter af en daarna komt hij na het remmen op een totale afstand van 9 meter tot stilstand. Wat was zijn remweg?
A
4,5 meter
B
7 meter
C
9 meter
D
11 meter

Slide 24 - Quiz

werkschrift p 12 - 17 

Slide 25 - Diapositive