4.4 Revolutie in Nederland

Tijd van Pruiken en Revoluties
§4.4| Revolutie in Nederland
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Tijd van Pruiken en Revoluties
§4.4| Revolutie in Nederland

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Beeldmerk
De voorgrond toont de guillotine, het symbool van de Franse Revolutie. De achtergrond toont rijke burgers, leden van een wetenschappelijk genootschap, die naar een natuurkundig experiment kijken: de werking van een elektriseermachine. De witte pruiken waren in de 18e eeuw in de mode bij rijke burgers.
Rationeel optimisme en ‘verlicht denken’ werd toegepast op alle terreinen van de samenleving: godsdienst, politiek, economie en sociale verhoudingen . (Verlichting)
  • §4.1 De pruikentijd
De democratische revoluties in westerse landen met als gevolg discussies over – grondwetten, grondrechten en staatsburgerschap  
(democratische revoluties)
  • §4.2 Revolutie in Amerika
  • §4.3 Revolutie in Frankrijk
  • §4.4 Revolutie in Nederland
Voortbestaan van het ancien régime met pogingen om het vorstelijk bestuur op –eigentijdse verlichte wijze vorm te geven  
(verlicht absolutisme)
  • §4.1 De pruikentijd
Uitbouw van de Europese overheersing, met name in de vorm van plantagekoloniën en de – daarmee verbonden transatlantische slavenhandel, en de opkomst van het abolitionisme (slavenhandel)
  • §2.5 Kolonialisme en slavernij
  • §2.6 Afrika en de slavenhandel
  • §4.1 De pruikentijd
  • §4.6 De afschaffing van de slavernij

Slide 3 - Diapositive

Waar gaat de paragraaf over?
Ook in Nederland streefden burgers naar grondrechten en politieke invloed. Ze noemden zichzelf patriotten. Nog voor de Franse revolutie probeerden ze de macht te grijpen. Ze werden verjaagd, maar na een Franse invasie kwam de democratische revolutie er toch.





Slide 4 - Diapositive

Personen in deze paragraaf
Joan Derk van der Capellen tot den Pol
Leider van de Patriottenbeweging
Willem V
Stadhouder van Nederland

Slide 5 - Diapositive

In deze paragraaf leer je:
  • Waarom en hoe de patriotten in opstand kwamen
  • Welke politieke veranderingen plaatsvonden vanaf 1795
  • Welke invloed de Fransen hadden in Nederland

Slide 6 - Diapositive

Herhaling §4.2 en §4.3.
Zet de (meest passende) kenmerken bij de juiste revolutie

Amerikaanse Revolutie
Franse Revolutie
timer
0:45
1789 - 1815
1776 - 1783
No 
taxation without representation
Vrijheid, gelijkheid, broederschap
Vooral binnenlands
Kolonie versus moederland
Onaf-hankelijkheid
Veel wisselende staatsvormen
Volks-soevereiniteit

Gelijke rechten

Nieuwe grondwet

Slide 7 - Question de remorquage

De patriotten.
Aan het einde van de 18e eeuw heerste er grote onvrede onder de Nederlandse bevolking door het verliezen van de vierde zeeoorlog met Engeland.
Deze onvrede leidde tot het ontstaan van een beweging van democraten; de patriotten
Zij waren aanhangers van de verlichting en streefden naar vrijheid, gelijkheid en democratie in Nederland
De patriotten gaven de stadhouder en de regenten de schuld van de Nederlandse zwakte.
Leider van de patriotten; Joan Derk van der Capelle tot den Pol riep de Nederlandse bevolking op om in opstand te komen tegen de Oranjes. De patriotten vormden groepen van gewapende burgers, vrijkorpsen
Ze namen in enkele steden de macht over Stadhouder Willem V vluchtte van Den Haag naar Nijmegen, maar de koning van Pruisen kwam hem te hulp met een leger.
Duizenden patriotten vluchtten hierdoor naar Frankrijk



Aan het volk  van Nederland - pamflet van Joan Derk van der Cappellen tot den Pol.
'Het land is van alle Nederlanders en niet alleen van de Prins van Oranje en zijn vrienden. Dat zij U behandelen als hun persoonlijk eigendom is schandalig. Alle mensen zijn vrij geboren. De één heeft over de ander niets te zeggen.'

Slide 8 - Diapositive

Wie staan er in de Bataafse Revolutie tegenover elkaar?
A
Patriotten v.s. Jacobijnen
B
Patriotten v.s. Lodewijk XVI
C
Stadhouder v.s. Patriotten
D
Engeland v.s. Patriotten

Slide 9 - Quiz

De machtsgreep van de patriotten mislukte doordat
A
Het Pruisische leger de stadhouder te hulp schoot
B
De Patriotten het niet met elkaar eens konden worden
C
De Fransen de Republiek binnenvielen en bezetten

Slide 10 - Quiz

Wat was het gevolg van de inval van het Pruisische leger in de Republiek in 1787?
A
Patriotten vluchtten naar Engeland
B
Patriotten vluchtten naar Duitsland
C
Patriotten vluchtte naar Frankrijk
D
Patriotten bleven in de Republiek

Slide 11 - Quiz

Opdracht
Spotprenten
= een plaatje waarop iets of iemand
belachelijk gemaakt wordt.

Stap 1. Wat zie je en staat er tekst bij.
Stap 2. Omschrijf wat je ziet, haal belangrijke kenmerken hieruit.
Stap 3. Geef aan ‘wie’ het gemaakt heeft.

voorbeeld toetsvraag:
'Zou de maker Patriot zijn geweest?
Papieren hemel
Een nieuwe blik op de Patriotten.
Deze helden vliegen hoog, met haar papieren hemel. Tot aan de zonnenkring, ver boven het aard oppervlak. De beroemdheid heeft haar misleid, dit komt haar duur te staan. Zij storten onverwachts in het zuiverend vagevuur.
In het katholicisme de plaats waar de zielen van gestorven personen gereinigd worden van alle zonden.

Slide 12 - Diapositive

Gebruik de bron.

Zou de bron gemaakt zijn door een patriot?
Leg je antwoord uit met een bronelement.

Slide 13 - Question ouverte

Politieke veranderingen van 1795

In Frankrijk vormden de gevluchte patriotten het Bataafs legioen. In 1795 trok het Bataafs legioen met een Frans leger de Republiek binnen. Regenten stonden hun macht af aan de patriotten en Willem V vluchtte naar Engeland. 
De patriotten riepen Nederland uit tot de Bataafse Republiek.
De Bataafse Republiek werd in 1798 een democratie met een grondwet. Het algemeen kiesrecht voor mannen werd ingevoerd om het eerste Nederlandse parlement te kiezen. Nederland werd ook een eenheidsstaat. De overheid zorgde voor bijvoorbeeld voor nationale spellingregels, rijksbelastingen en een onderwijswet. De overheid stichtte ook openbare scholen.
Deze gebeurtenissen noemen we de Bataafse revolutie

Een staat waarin lagere overheden zoals gemeenten en provincies ondergeschikt zijn aan het landsbestuur: de rijksoverheid (het rijk)

Slide 14 - Diapositive

Lees eerst de bron.

Welk ideaal van de patriotten wordt in deze tekst verwoord?
A
Het volk moet zelf kunnen bepalen hoe en door wie zij geregeerd worden.
B
In een grondwet moeten vrijheid, gelijkheid en democratie voor het hele volk worden vastgelegd.
C
De macht van de stadhouder moet in een grondwet worden vastgelegd.
D
Het volk moet in opstand komen tegen de stadhouder en de regenten.

Slide 15 - Quiz

Lees eerst de bron.

Welke zin over de bron is juist?
A
De schrijver roept de bevolking op te streven naar vrijheid zonder hulp van de prins.
B
Uit de bron blijkt de ontevredenheid van de Nederlanders over de economie.
C
De schrijver roept de bevolking op te streven naar vrijheid met hulp van de Staten.
D
De schrijver van de tekst is geen patriot.

Slide 16 - Quiz

Koninkrijk Holland

In 1806 hief Napoleon de Bataafse Republiek op. Nederland veranderde van een democratie naar een monarchie. Nederland werd voor het eerst een koninkrijk: Napoleons broer Lodewijk werd koning.

In 1810 lijfde Napoleon Nederland in bij Frankrijk, Nederland werd een Franse provincie. Maar in 1813 jaagden Russische en Pruisische troepen de Fransen weg uit Nederland.
De jaren 1795-1813 staan bekend als de 'Franse tijd' omdat Nederland toen onder sterke Franse invloed stond. 
Veel vernieuwingen kwam voort uit de verlichting, zoals:
Het metrieke stelsel
Een systeem van tiendelige getallen, zoals bij de meter, de liter, het gram en bij geld
Invoering van de dienstplicht
Een gehate vernieuwing waardoor duizenden Nederlanders moesten vechten in het Franse leger. Velen sneuvelden in Rusland. Maar de dienstplicht bleef na de Franse tijd bestaan.
Het burgerlijk wetboek
In het burgerlijk wetboek werden gelijke rechten en plichten van alle Nederlanders vastgelegd.
De burgerlijke stand
Administratie van gegevens van burgers. Gezinshoofden moesten een familienaam laten registreren. Als ze die niet hadden, moesten ze er een kiezen.

Slide 17 - Diapositive

Lodewijk Napoleon was de eerste koning van Nederland.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 18 - Quiz

Aan de slag:
timer
15:00
Atheneum:
- Opdrachten §4.4 maken: 5b & 6.
Havo:
- Werken aan periode opdracht

Slide 19 - Diapositive

Sleep de onderdelen naar de juiste 'revolutie'
Amerikaanse revolutie
Franse Revolutie
Bataafse revolutie
1776
1786
1789
Burgers via Congres aan macht
Burgers via Nationale Vergadering aan macht
Patriotten voeren meer democratie door
De eerste democratische revolutie
13 kolonies worden onafhankelijk
Onthoofding staatshoofd
Staatshoofd vlucht

Slide 20 - Question de remorquage

Slide 21 - Vidéo

Slide 22 - Diapositive