naamvallen april 2021

Geef de Latijnse namen van de vijf naamvallen.
1 / 21
suivant
Slide 1: Question ouverte
LatijnMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Geef de Latijnse namen van de vijf naamvallen.

Slide 1 - Question ouverte

Waarvoor wordt een nominativus gebruikt?

Slide 2 - Question ouverte

Hoe vertaal je een genitivus?

Slide 3 - Question ouverte

Hoe vertaal je een ablativus als er geen voorzetsel voorstaat?

Slide 4 - Question ouverte

anno: welke naamval?
A
nom.
B
gen.
C
dat.
D
acc.

Slide 5 - Quiz

poenam: welke naamval?
A
nom.
B
gen.
C
dat.
D
acc.

Slide 6 - Quiz

solibus: welke naamval?
A
nom.
B
gen.
C
acc.
D
abl.

Slide 7 - Quiz

Welke naamval kan poenae niet zijn?
A
nom.
B
gen.
C
dat.
D
acc.

Slide 8 - Quiz

Puer ad amicos accedit.
In welke naamval staat 'puer'?

Slide 9 - Question ouverte

Puer (nom.) ad amicos (acc.) accedit.

Slide 10 - Diapositive

Cum eis mandatum facit.
In welke naamval staat 'eis'?

Slide 11 - Question ouverte

persoonlijk voornaamwoord
ego: ik     tu:jij    is: hij     ea: zij

schema: hulpboek pag. 88-89

Slide 12 - Diapositive

Cum eis mandatum facit.
Wat is het onderwerp in deze zin?

Slide 13 - Question ouverte

Quis mihi locum praebet?
In welke naamval staat 'mihi'?

Slide 14 - Question ouverte

Servi filiis aquam tradunt.
Vertaal de zin.

Slide 15 - Question ouverte

Romulus Remo dicit:
In welke naamval staat 'Remo'?

Slide 16 - Question ouverte

Mater arcem urbis ostendit.
In welke naamval staat urbis?
Hoe vertaal je urbis?

Slide 17 - Question ouverte

Mater arcem urbis ostendit.
Wat is het lijdend voorwerp?

Slide 18 - Question ouverte

Virgini Vestali poena manet.
In welke naamval staat Virgini Vestali?

Slide 19 - Question ouverte

Post custodem arcis rex urbis stat.
Wat is niet waar?
A
custodem staat in de acc.
B
custodem is het lijdend voorwerp
C
urbis staat in de gen.
D
arcis staat in de gen.

Slide 20 - Quiz

Post custodem arcis rex urbis stat.
Vertaal de zin.

Slide 21 - Question ouverte