Elevator pitch lichaamstaal

Module 0.2 Communicatie
1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
CommunicatieMBOStudiejaar 3

Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Module 0.2 Communicatie

Slide 1 - Diapositive

Programma
- Uitleg module en examenopdracht
- Werkvorm
- Oefenen examenonderdelen

Slide 2 - Diapositive

Wat weet je over een elevator pitch?

Slide 3 - Carte mentale

Wat vind je belangrijk bij een presentatie?

Slide 4 - Carte mentale

Examenopdracht
  • Elevator pitch over het onderwerp lichaamstaal (zie lijst in Teams M0.2) 

Wat moet je doen?
  • Maak groepjes van 3.
  • Zoek alle 3 een ander onderwerp voor je pitch.
  • Neem je elevator pitch (video) van 2 minuten op.
  • Bekijk je pitch minimaal 2 keer met je groepje.
  • Ontvang het ingevulde feedbackformulier van je medestudenten.
  • Bekijk het filmpje samen met de docent.
  • Verwerk de ontvangen feedback in je zelfevaluatieformulier.

Slide 5 - Diapositive

Peer feedback geven

1. Wat ging goed?   (= gedrag: benoem wat je hebt gezien)

2. Wat kan beter? (= gevolg: vertel het gevolg van het gedrag)

3. Algemene positieve samenvatting (= gewenst gedrag: welk gedrag zou je prettig vinden)



Slide 6 - Diapositive

Lesoverzicht
Les 1 (20 nov-24 nov - Uitleg examenopdracht
- Wat is een Elevator pitch (1LV1, 1LV4, 1LV6)
- Onderwerp (affiniteit) + groepen (zorg)
- Feedback hamburgermodel
- Werkvorm
2 48 27 nov-1 dec - Oefen Elevator pitch
- Oefenen feedback
- Oefenen feedforward
3 49 4 dec-8 dec - Zelfevaluatie
4 50 11 dec-15 dec
5 51 18 dec-22 dec - Elevator pitch + feedback geven
 52 25 dec-14 dec Kerstvakantie
 1 25 dec-14 jan Kerstvakantie
6 2 - Werkvorm zelfevaluatie
- Zelfevaluatie Elevator pitch
7 3 -
8 4 - Laatste les



Slide 7 - Diapositive

Deel de groep in tweeën. De ene groep is voor de stelling, de andere tegen
Beide groepen zitten tegenover elkaar.
Geef de groepen eerst vijf minuten de tijd om argumenten te bedenken.
Uitvoering
Van elke groep wordt er een vertegenwoordiger aangewezen. Zij mogen in een openingsrede aangeven waarom hun groep voor of tegen is.
Als beide openingstoespraken gehouden zijn, mogen de anderen hierop reageren.
Degene die praat moet gaan staan.
Zolang er iemand staat (aan het woord is), mag niemand anders het woord vragen.
De discussieleider wijst telkens de volgende spreker aan.
De leiding zorgt ervoor dat iemand niet te lang aan het woord is.
Probeer alle jongeren aan het woord te laten komen. Zorg ervoor dat het debat bij het onderwerp blijft.

Slide 8 - Diapositive

2
(blz. 21 modulereader)

Slide 9 - Diapositive

Onderwerpen Elevator pitch
1. Basisprincipes van lichaamstaal:
• Verken de algemene principes en basisbegrippen van lichaamstaal, zoals gebaren, gezichtsuitdrukkingen, en houding.
2. Culturele verschillen in lichaamstaal:
• Onderzoek hoe lichaamstaal kan variëren tussen verschillende culturen en welke impact dit kan hebben, vooral relevant voor de rol van een stewardess met internationale passagiers.
3. Lichaamstaal in klantenservice:
• Bespreek het belang van effectieve lichaamstaal bij het omgaan met klanten en hoe het kan bijdragen aan een positieve klantenservice-ervaring.
4. Lichaamstaal en empathie:
• Onderzoek hoe het begrijpen en tonen van empathie door middel van lichaamstaal van invloed kan zijn op het creëren van verbinding en het oplossen van conflicten.
5. Lichaamstaal tijdens noodsituaties:
• Richt je op het belang van duidelijke en geruststellende lichaamstaal tijdens noodsituaties aan boord van een vliegtuig.
6. De invloed van lichaamstaal op communicatie aan boord:
• Bespreek specifieke situaties waarin lichaamstaal van belang is tijdens de dagelijkse taken van een stewardess, zoals bij het begroeten van passagiers of tijdens veiligheidsinstructies.
7. Non-verbale communicatie in teamwerk:
• Onderzoek hoe lichaamstaal de samenwerking en effectiviteit van een team, bijvoorbeeld het cabinepersoneel, kan beïnvloeden.
8. Lichaamstaal bij conflictoplossing:
• Bespreek hoe bewust gebruik van lichaamstaal kan bijdragen aan het oplossen van conflicten, wat belangrijk is in situaties waarin een stewardess met diverse mensen werkt.
9. Communicatie: zender – ontvanger
• Onderzoek welke mogelijkheden er zijn om lichaamstaal in te zetten in je communicatie. Als zender of ontvanger.
10. Liegen
• Onderzoek hoe je kunt zien of iemand liegt.
11. Manipuleren
• Onderzoek hoe je zaken naar je hand kan zetten door lichaamstaal in te zetten en hoe je emotionele chantage herkent.
12. Oplossen van conflicten
• Onderzoek hoe je lichaamstaal kunt inzetten bij het oplossen van conflicten door bijvoorbeeld (vriendelijk) dominant op te treden of door als een puppy op je rug te gaan liggen. De Roos van Leary kun je hierbij gebruiken.








Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Lien

Hoe nu verder met eindopdracht?
  1. Maak 2-tallen;
  2. Kies een onderwerp over lichaamstaal 
  3. Meld je aan bij de coördinatoren;
  4. Ga aan de slag om je presentatie te maken;
  5. Presentaties vanaf maandag 19 december (per les blok maximaal 5 presentatie)
  6. Opdracht nalezen? Zie modulereader blz. 21.
6

Slide 13 - Diapositive

Onderwerpen Elevator pitch
1. Basisprincipes van lichaamstaal:
2. Culturele verschillen in lichaamstaal:
3. Lichaamstaal in klantenservice:
4. Lichaamstaal en empathie:
5. Lichaamstaal tijdens noodsituaties:
6. De invloed van lichaamstaal op communicatie aan boord:
7. Non-verbale communicatie in teamwerk:
8. Lichaamstaal bij conflictoplossing:
9. Communicatie: zender – ontvanger
10. Liegen
11. Manipuleren
12. Oplossen van conflicten








Slide 14 - Diapositive

(is achterin modulereader te vinden)
8

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive