Lezen 4.3 Opdracht 18 t/m 23 blz. 30 - 31

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo b, k
• Leerjaar 2

Stillezen

Leg ook alvast je huiswerk op tafel (blz. 30/31)

Lezen 4.3 

Opdracht 18 t/m 23 

blz. 30 - 31

Vraag 18 a: Hoe denk jij over het eten van insecten?

18b: Wie is het leespubliek van deze bron?

1. Vooral kinderen
2. Vooral jongeren
3. Vooral volwassenen

18c: Wat is het belangrijkste tekstdoel van tekst 5? (zie blz. 22)

18d: Tekst 5 is dus een:

1. Amuserende tekst
2. Activerende tekst
3. Informatieve tekst
4. Tekst met een mening

19a: Waarvan geeft de schrijver in r. 1-2 voorbeelden?

19b: Zo eten Mexicanen gepofte mieren alsof het popcorn is
Welk tekstverband vind je?

19c: Aan welk signaalwoord kun je dat zien?

19d: In bijna honderd landen is het de normaalste zaak van de wereld.
Waarnaar verwijst 'het' in deze zin?

19e: Waarom is het woord vleesvervanger eigenlijk geen goed woord?

1. Als je insecten eet, eet je ook vlees
2. De meeste mensen blijven toch gewoon vlees eten
3. Insectenvlees is niet zo goed als rundvlees en varkensvlees

Wat bedoelt de schrijver met sprinkhaan en co?

20b: Waarom is het voor het milieu beter om insecten te ten dan koeien en varkens? (één zin uit alinea 5)

20c: In de tekst staan zes redenen om insecten te eten. Wat vind jij de belangrijkste reden? Waarom?

21
1. Bizar =

21
2. ongemerkt =

21
3. profijt =

21
4. bereiden =

22a: Leg uit waarom het plaatje goed bij de tekst past.

22b: Waarom is een deel van de tekst groen, denk je?

22c: Kijk naar de bron van de tekst. Bedenk wat het belangrijkste doet is van deze bron.

1. activeren
2. amuseren
3. informeren
4. overtuigen

Zs

Maak 'Test jezelf' van Lezen 4.3