kinderopvang/gastouder/ school/BSO/TOS. Ergonomisch werken met de doelgroep(incl omgeving en meubilair

• ADL
• MBO
• Studiejaar 1

Kinderverzorging

Periode 3

 

school en kinderopvang

leerdoelen

- Je benoemt 3 taken die een Helpende Zorg en Welzijn heeft in de kinderopvang?

-Je benoemt wat de kinderen bij kinderopvang, gastouder, school, BSO en TOS doen.

- Je laat zien hoe je ergonomisch werkt met de kinderen (incl. omgeving en meubilair)

- 

Bekijk het filmpje kinderopvang

Beschrijf 3 taken die een Helpende Zorg en Welzijn heeft in de kinderopvang.

Na het bekijken van het filmpje gaan we klassikaal bespreken

Woorden 

Kinderopvang

Gastouder

BSO, TOS

basisschool

Ergonomisch werken

Doelgroep

meubilair

verantwoordelijk 

activiteiten

Balans

Beschermen

Versterken

ontwikkeling

veiligheid,verdrinking, verstikking ,valletsel

motorische vaardigheden

cognitieve vaardigheden

sociaal emotionele vaardigheden

Kinderopvang

In de kinderopvang ben je verantwoordelijk voor het kind van een ander. 

De kinderopvang biedt een veilige omgeving om de kinderen te beschermen. Je wilt natuurlijk een bijdrage leveren aan hun ontwikkeling. Dat doe je door de kinderen te versterken. 

Je balans vinden in het beschermen en versterken is belangrijk

(zie volgende slide)

Balans tussen beschermen en versterken vinden. Dus niet alleen risico’s vermijden, maar kinderen ook met risico's leren omgaan.

Elk kind ontwikkelt zich in zijn eigen tempo, de leeftijden in het model zijn slechts een globale indicatie

Beschermen

Beschermen in de kinderopvang

Het beschermen van een kind gebeurt door toezicht te houden, hulpmiddelen te gebruiken (denk aan het plaatsen van traphekjes). Beschermen speelt vooral bij de allerjongsten een belangrijke rol.

VeiligheidNL richt zich hierbij op veilig slapen, het veilig vervoeren van kinderen in de auto, op de fiets of lopend. En op het voorkomen van verdrinking, verbranding, verstikking, vergiftiging en valletsel.

Versterken in de kinderopvang

Het voorkomen van letsel bereik je niet alleen door beschermen en daarmee vermijden van risico’s. Maar juist ook door kinderen vaardigheden te laten ontwikkelen waarmee ze steeds beter met risico’s kunnen omgaan. Het versterken van een kind gaat over het ontwikkelen van vaardigheden op de volgende facetten: motorisch, cognitief en sociaal-emotioneel.

Veiligheid richt zich hierbij vooral op het stimuleren van risicovol spelen en kinderen veilig leren vallen.

Motorische vaardigheden: balanceren, vallen, rollen, duikelen en springen.

Cognitieve vaardigheden: Door het hoofd te gebruiken (verbanden leggen, risico’s inschatten, leren van eerdere ervaringen, keuzes maken) leert het kind steeds beter wat (on)verstandig is.

Sociaal-emotionele vaardigheden: Door het ervaren van successen, bijvoorbeeld tijdens samen spelen of sporten, ontwikkelt het kind zelfvertrouwen, en dat maakt het kind sociaal sterker

 

 

Tekst

Wat doen kinderen op een basisschool?

Voor welke doelgroep is een gastouder geschikt

1. 0 - 2 jaar
2. 0 - 4 jaar
3. 6 - 12 jaar
4. 0 - 12 jaar

Een gastouder

1. Mag kinderen alleen bij zichzelf thuis opvangen
2. Mag thuis of bij kind thuis opvangen
3. Mag ook op andere locaties opvangen als ze aan eisen voldoen

TOS: Waar staat de afkorting voor?

Welke activiteiten doen kinderen bij TOS?

Bekijk in het volgende filmpje over ergonomisch werken in de kinderopvang.

- wat kan je wel en wat niet 

goedbezig.pfzw.nl

-Waar moet je op letten als je bij deze meubilair werkt?

Meubilair school en kinderopvang

Is dit ergonomisch werken?

1. Ja
2. Nee

Basisschool

basisschool

Vanaf 4 jaar kan het kind naar de basisschool. Vanaf 5 jaar is het kind leerplichtig en moet uw kind naar school. U kiest zelf een school voor uw kind.

Er zijn verschillende scholen. Op een openbare kunnen alle kinderen terecht. Het maakt niet uit wat hun afkomst, godsdienst of culturele achtergrond is.

Een religieuze school geeft les vanuit een geloofsovertuiging, zoals de katholieke, christelijke of islamitische.

De verplichte vakken op de basisschool zijn:

• Nederlands;

• Engels;

• rekenen en wiskunde;

• oriëntatie op jezelf en de wereld: zoals aardrijkskunde, geschiedenis, biologie,

verkeersles en staatsinrichting;

• kunstzinnige oriëntatie: bijvoorbeeld muziek, tekenen en handvaardigheid;

• bewegingsonderwijs: bijvoorbeeld gymlessen.

schrijf 2 woorden op die te maken had met deze les

Goed bezig!