W1 oktober 7-11

• Werkproces 1
• MBO
• Studiejaar 1

B1-K1-W1: Inventariseert de ondersteuningsvragen

Deel 1

Week: 7 oktober- 11 oktober

To do: 

• Herhalen vorige les
• Theorie Ontwikkelingspsychologie
• Zelfstandig werken

Leerdoelen

• Kun je uitleggen wat ontwikkelingsaspecten zijn (herhaling).
  
• Kun je uitleggen welke factoren je ontwikkeling bepalen
  
• Kun je uitleggen wat belangrijke voorwaarden zijn voor een kind om zich optimaal te ontwikkelen
  
• Kun je uitleggen wat hechting is en wat hechtingsproblemen zijn
  

Ontwikkelingsaspecten (gebieden):

Welke 6 aspecten zijn er?

Benoem een voorbeeld

Ontwikkelingsaspecten (gebieden):

Lichamelijk : groei/achteruitgang, motoriek (grof/fijn) zintuigen

Cognitief: Denken, geheugen, taal

Sociaal: omgang met anderen, sociaal gedrag

Persoonlijkheid: vorming eigen identiteit, eigen wil, opvattingen, mannelijk/vrouwelijk gedrag

Emotioneel: gevoelens, vertrouwen & veiligheid

Seksueel: seksueel gedrag, lichaam en lustbeleving, waardering eigen lichaam

Welke factoren bepalen je ontwikkeling?

Interne factoren: Aanleg, erfelijk materiaal wat je meekrijgt van je ouders (aangeboren vermogens)

Externe Factoren: Je omgeving en leven onder bepaalde omstandigheden zijn bepalend voor je ontwikkeling. (milieu, onderwijs, arm/rijk, ingrijpende levensgebeurtenissen, tijd waarin je opgroeit) 

Zelfbepaling: Hoe ouder een kind is, hoe groter zijn vermogen kan worden om richting te geven aan zijn eigen ontwikkeling.

Ook al ligt de ontwikkeling in grote lijnen vast, toch verloopt de ontwikkeling van ieder mens op unieke wijze. Dit komt omdat er factoren zijn die invloed uitoefenen op de ontwikkeling van de mens, namelijk:

Ik koppel dit stukje van de film altijd aan voorwaarden van ontwikkeling. Non verbaal en verbaal contact etc.

Uit onderzoek (door Carol Ryff) blijkt dat er zes voorwaarden zijn om het ouder worden positief te beleven:

1. zelfaanvaarding; 
2. positieve relaties met anderen; 
3. autonomie/zelfstandigheid; 
4. invloed hebben op de omgeving; 
5. een levensdoel hebben; 
6. het gevoel van persoonlijke groei.

Hechting

Hechting is het aangaan van een speciale relatie met de persoon die het kind meestal verzorgt

Twee soorten: Veilige hechting of onveilige hechting

De hechting is nodig om te ontwikkelen tot een emotioneel gezonde volwassene. Want de hechtingsrelatie dient als model voor de relaties die het kind in zijn verdere leven aangaat.

Niet elk kind dat onveilig gehecht is, heeft gelijk een hechtingsstoornis. 

In cijfers: zo’n 25 tot 30% van de bevolking heeft in meer of mindere mate hechtingsproblemen, ongeveer 1% heeft een hechtingsstoornis.

Hoe gaat hechting in zijn werk?

1. 3 maanden: voorhechting

3-7 maanden: beginnende voorkeur

7-12 maanden: sterke voorkeur en scheidingsangst

12-48 maanden: afnemende scheidingsangst
Vanaf 4 jaar: afronding hechtingsproces

Laat ze goed op het babytje letten en vertaal daarna kort wat de proffesor zegt. Hechting begint al bij de baby. In de buik hoort de baby al de stem van de moeder.

Type onveilige hechting

Er kan onderscheid gemaakt worden in kinderen met een hechtingsstoornis. Er zijn kinderen met een ongeremde hechting en geremde hechting.

Opdracht: zoek op wat deze twee begrippen inhouden

Maken

Thiemenmeulenhoff: boek methodiek thema 2.3

Kijk ook of je het schema helemaal hebt ingevuld (ontwikkelingsaspecten)

Vergeten jullie deze ook niet;)
Thema 3.9-3.12
Thema 2.4-2.7

B1-K1-W1: Inventariseert de ondersteuningsvragen

Deel 2

Week: 7 oktober- 11 oktober

To do: 

• Herhalen vorige les
• Theorie Ontwikkelingspsychologie
• Zelfstandig werken

Leerdoelen

• Kun je uitleggen wat de term gedragsprobleem versus gedragsstoornis betekent
  
• Kun je de drie risicofactoren van normale – niet normale ontwikkeling toelichten
  
• Kun je uitleggen wat sociale problematiek betekent
  
• Kun je uitleggen wat dyslexie en dyscalculie betekent.
  
• Kun je de meest voorkomende opvoedingsproblemen benoemen
  

Welke factor vermeld jij achter elk punt: intern of extern

Aangeboren aandoening

Gezin

Muzikaal talent

Normen en waarden

Verlies van een partner

Intern

Intern

Extern

Extern

Extern

Kind is teruggetrokken, huilt bijna niet, is apathisch. Welke type kan hij/zij zijn?

1. Geremde type
2. Ontremde type

https:

Sociale problematiek

Problematiek die maatschappelijk bepaald is en daarom een groep mensen treft. Ook wel: maatschappelijke problematiek. een laag inkomen, werkloosheid. 

Achterstandssituatie

Geheel van gebrekkige of slechte omstandigheden waarin een cliënt woont of opgroeit