grammaticaboekje H2 3h

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

vrijdag 14/10 3h

• stillezen (10 min.)
  
• uitleg lijdende en bedrijvende vorm
• maken opdracht..
• oefenen met grammaticaboekje H1 en 2 of op Cambiumned.nl

Stillezen

Je pakt je leesboek en gaat stillezen. Geen leesboek? Pak er zachtjes een uit het kratje.

Lijdende en bedrijvende vorm

Lijdende en bedrijvende vorm

Noteren in agenda:

• donderdag 3 november: diagnostische toets Lezen H 1 + 2 (weging 0)
• vrijdag 4 november: opdracht leesboek (hd) / leesboek uit en mee: nieuw D-leesboek kiezen in twee-of drietal voor presentatie 
• vrijdag 25 november: Toets Spelling en Formuleren H 1-3
• Als je een toets hebt, neem je je leesboek mee.

0

nakijken 

• nakijken grammaticaboekje opdracht 11 

Oefenen oefenen oefenen

• maken opdrachten grammaticaboekje H1 en 2 (met antwoordboekje zelf nakijken) of
• oefenen op Cambiumned.nl/grammatica/zinsdelen (of woordsoorten)

Agenda

• herfstvakantie: 24-28 okt.
• Kalsbeek Open: zat.19 nov. (helpen kan als maatschappelijke stage)
• 23 en 24 nov vrij
• kerstvakantie 26/12-9 jan.
• toetsweek 16-24 jan.
• Familiestage  26 + 27 jan.
• voorjaarsvakantie 27 feb. - 3 mrt.
• 6 + 7 mrt. vrij
• projectweek/reisweek 27-31 mrt Pasen 7 - 10 apr.
•  meivakantie 24 apr - 5 mei  
• zomervakantie 7 juli

soorten werkwoorden

• zelfstandig werkwoord (zww) = belangrijkste ww in de zin. Een zin met een ww. is zww of kww.
• hulpwerkwoord (hww)=werkwoord naast het belangrijkste ww. ,geeft bv. de tijd aan.
• koppelwerkwoord (kww): er moet een NG in de zin staan. Wordt er iets gekoppeld aan het onderwerp?

Waarom is grammatica belangrijk?

Waarom grammatica?

1. Het helpt je bij formuleren. 

2. De kennis die je bij Nederlands leert over grammatica, kan je helpen bij het leren van een andere taal.

Het grammaticaboekje

• Elke vrijdag mee
• zet je naam erop
• Je mag erin schrijven/strepen
• klassikaal nakijken en/of zelf nakijken met antwoordboekje
• voor een toets komen de antwoorden op de ELO 

maken grammaticaboekje

• opdracht 1 samen
• zelfstandig: opdracht 2, 4 en 5

Noteer: pv, ow, wg of ng, lv, mv, bwb

1. Mijn vader is vandaag ziek geworden.

2. Helaas heeft hij nu ook corona gekregen.

3. De docent gaf ons de gemaakte toetsen snel terug.

4. Wil Jos graag brandweerman worden?