3.2 Zien 23-1-2023

Wat gaan we doen in deze les?
  1. Terugkijken
  2. Uitleg 3.2
  3.  Aan het werk!
  4. Samenvatten
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 1

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Wat gaan we doen in deze les?
  1. Terugkijken
  2. Uitleg 3.2
  3.  Aan het werk!
  4. Samenvatten

Slide 1 - Diapositive

Wat is hier de prikkel?
Prikkel

Slide 2 - Question de remorquage

                           is een  prikkel voor het oog.


Geluid is de prikkel voor je                   .  
 

In een zintuigcel wordt de                       omgezet in een 

 oor 
licht
impuls 
prikkel

Slide 3 - Question de remorquage

Zoek bij elk zintuig de juiste taak
Warmtezintuigen
Tastzintuigen
koudezintuigen
Pijnzintuigen

Zijn er voor de prikkel pijn

Zijn gevoelig voor de prikkel, "hoe voelt het voorwerp aan"

Zijn gevoelig voor de prikkel "lagere temperatuur"

Zijn gevoelig voor de prikkel "hogere temepratuur"

Slide 4 - Question de remorquage

Hoeveel spieren denk je dat er nodig zijn om je beide ogen te kunnen draaien?

Slide 5 - Question ouverte

De buitenkant van je ogen

Slide 6 - Diapositive

De buitenkant van je ogen

Slide 7 - Diapositive

De binnenkant van je ogen
Harde oogvlies
Vaatvlies
Netvlies

Slide 8 - Diapositive

Hoe neem je iets waar?
(denk aan prikkels, impulsen en zenuwen!)

Slide 9 - Question ouverte

Hoe werken je ogen?

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Hoe werken je ogen?

Slide 12 - Diapositive

Maak opdracht 1 t/m 12 van 3.2
Klaar? Kies uit:
- Opdrachten nakijken
- Werken aan je samenvatting

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Vidéo

Hoe krijgen je ogen steeds genoeg licht?
Pupilreflex

Slide 15 - Diapositive

Waardoor zie je altijd scherp?
  • Lens bol: je ziet voorwerpen dichtbij scherp
  • Lens plat: je ziet voorwerpen veraf scherp


Slide 16 - Diapositive

Hoe zie je diepte?

Slide 17 - Diapositive

Welke drie lagen heeft je oog?

Slide 18 - Question ouverte

Het beeld wat je ziet komt op de kop in je ogen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 19 - Quiz