10-10-2024

• Duits
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 4

DEUTSCH

 Willkommen im Deutschunterricht     

- Handy  in der Tasche

- Kauwgummi  ausspucken

- Bücher auf dem Tisch

der Unterrichtsplan

Boek Na Klar:

Kapitel 2 Lektion 2 Opg. 1 t/m 6 maken. 

Aussprache: s-klanken

Aufgabe: 2/3

uitleg vraagwoord: Wer

 

 

die Lernziele

Je kunt vraagwoorden in het Duits vertalen en vragen in het Duits schriftelijk beantwoorden. 

-

sp =  sjp

st = sjt

sch = sj

z = ts

tz= ts     Opg. 2 en 3 maken.  blz. 57                         

Wer = Wie  = 1e naamval

Wer bist du? = Wie ben jij? 

Mit wem gehst du zur Schule? = 3e naamval

voorzetsels; aus, bei, mit, nach, seit, von, zu = 3e naamval

meewerkend voorwerp = 3e naamval

Für wen ist dieser Sport geeignet?

voorzetsels; durch, für, ohne, um, gegen, bis, entlang

lijdend voorwerp = 4e naamval 

Naamvallen 1e, 3e, 4e

1e naamval                Onderwerp

                         3e naamval                Meewerkend voorwerp

                        4e naamval                Lijdend voorwerp           

Kapitel 2 Lektion 2

Opgave 1, 5 en 6 maken. 

Zoek een Tekst uit bijv. op:

neuneinhalb 

https://kinder.wdr.de/tv/neuneinhalb/neuneinhalb-lexikon/lexikon/i/lexikon-inklusion-100.html

of Logo Nachrichten 

https://www.zdf.de/kinder/logo

Scroll naar: Endlich verständlich mit den logo!-Themenseiten

* lees een tekst naar keuze

* markeer de onbekende/moeilijke woorden

* maak een woordenlijst van minimaal 15  onbekende woorden en zoek de betekenis op in een woordenboek of op  www. uitmuntend.de 

* probeer nu in eigen woorden een korte samenvatting van de tekst te schrijven. 

 Sla deze woordenlijst /samenvatting met tekst op in je mapje Duits op je laptop.

Werk aan een grammaticaonderdeel naar keuze uit je reader basisstof Grammatica. 

Bekijk de uitleg nog eens op de websites of lees deze nog eens door in jouw vakboek Na Klar en ga daarna aan de slag met de oefeningen in je boek en/of op de websites die bij het onderdeel staan vermeld. 

Hausaufgaben: Opgave 1, 5 en 6 maken.