C4 Beeldtaal en Dyslexie

Beeldtaal en Dyslexie
1c
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Beeldtaal en Dyslexie
1c

Slide 1 - Diapositive

= taal in beelden.

  • Het helpt ons om snel te kunnen zien wat de bedoeling is.

  • Wat is het verschil tussen een pictogram en een emoji?
Beeldtaal

Slide 2 - Diapositive

Welk verkeersbord bevat geen beeldtaal?

Slide 3 - Diapositive

Een pictogram is een plaatje of symbool dat een tekst vervangt.

Slide 4 - Diapositive

In de bibliotheek vind je deze pictogrammen op spannende boeken. Welk pictogram hoort bij juiste genre?
griezel
thriller
avontuur
detective

Slide 5 - Question de remorquage

Een emoji is een plaatje dat je bijvoorbeeld in een appje gebruikt om iets duidelijk te maken

Slide 6 - Diapositive


Wat is beeldtaal?
A
Een communicatiemiddel
B
Iets uitbeelden
C
Een taal zonder woorden
D
Wat je op de tv, de computer of je mobiel ziet

Slide 7 - Quiz


Wat is géén beeldtaal?
A
het alfabet
B
grottekeningen
C
verkeersborden

Slide 8 - Quiz

Wat is een pictogram?
A
Genre dat zich afspeelt in de toekomst
B
Gedachten en gevoelens
C
Eenvoudig plaatje om iets aan te geven
D
Dagboek

Slide 9 - Quiz

Waar kom je dit pictogram tegen?
A
In het verkeer
B
In een gebouw
C
Op de computer

Slide 10 - Quiz

Dyslexie, wat is dat?



en hoe ga je ermee om?

Slide 11 - Diapositive

Dyslexie
  • Dyslexie betekent letterlijk 'beperkt lezen'
  • Moeite met het verbinden van een letter met een klank of met de volgorde van klanken in een woord
  • Dyslexie is erfelijk
  • Het komt vaker voor bij jongens dan bij meisjes 
  • Dyslexie wordt vaak duidelijk vanaf 7 jaar

Slide 12 - Diapositive

Dyslexie; wat nu?
Je hebt moeite met lezen.
Of met spellen.
Of met allebei. 

Slide 13 - Diapositive

Dyslexie kan erfelijk zijn.

A
niet waar
B
waar

Slide 14 - Quiz

Kan een blind persoon ook dyslexie hebben?
A
ja
B
nee

Slide 15 - Quiz

Als je veel leest, kan je dyslexie minder erg worden.
A
waar
B
niet waar

Slide 16 - Quiz

Bij dyslexie heb je moeite met:
A
technisch lezen en begrijpend lezen
B
spellen en begrijpend lezen
C
spellen en technisch lezen
D
lezen

Slide 17 - Quiz

Welke bekende personen hebben/hadden ook dyslexie?
A
Jacques Vriens
B
Albert Einstein
C
Napoleon
D
Pablo Picasso

Slide 18 - Quiz

Mensen met dyslexie zijn vaak niet creatief.
A
waar
B
niet waar

Slide 19 - Quiz

Einde!

Slide 20 - Diapositive