Animals vocabulary quiz
1 / 44
La durée de la leçon est: 15 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Vertaal het woord naar het Nederlands
animal
animal
Slide 2 - Question ouverte
Vertaal het woord naar het Nederlands
bat
bat
Slide 3 - Question ouverte
Vertaal het woord naar het Nederlands
beautiful
beautiful
Slide 4 - Question ouverte
Vertaal het woord naar het Engels
gevaarlijk
gevaarlijk
Slide 5 - Question ouverte
Vertaal het woord naar het Engels
hert
hert
Slide 6 - Question ouverte
Vertaal het woord naar het Engels
bos
bos
Slide 7 - Question ouverte
Vertaal het woord naar het Engels
jagen
jagen
Slide 8 - Question ouverte
Vertaal het woord naar het Engels
beschermen
beschermen
Slide 9 - Question ouverte
Vertaal het woord naar het Engels
slang
slang
Slide 10 - Question ouverte
Vertaal het woord naar het Engels
vogel
vogel
Slide 11 - Question ouverte
Vertaal het woord naar het Engels
kat
kat
Slide 12 - Question ouverte
Vertaal het woord naar het Engels
hond
hond
Slide 13 - Question ouverte
Vertaal het woord naar het Engels
vis
vis
Slide 14 - Question ouverte
Vertaal het woord naar het Engels
paard
paard
Slide 15 - Question ouverte
Vertaal het woord naar het Engels
leeuw
leeuw
Slide 16 - Question ouverte
Vertaal het woord naar het Engels
aap
aap
Slide 17 - Question ouverte
Vertaal het woord naar het Engels
muis
muis
Slide 18 - Question ouverte
Vertaal het woord naar het Engels
papegaai
papegaai
Slide 19 - Question ouverte
Vertaal het woord naar het Engels
konijn
konijn
Slide 20 - Question ouverte
Vertaal het woord naar het Engels
spin
spin
Slide 21 - Question ouverte
Vertaal het woord naar het Engels
tijger
tijger
Slide 22 - Question ouverte
Vertaal het woord naar het Nederlands
area
area
Slide 23 - Question ouverte
Vertaal het woord naar het Nederlands
difference
difference
Slide 24 - Question ouverte
Vertaal het woord naar het Nederlands
fur
fur
Slide 25 - Question ouverte
Vertaal het woord naar het Engels
nagel
nagel
Slide 26 - Question ouverte
Vertaal het woord naar het Nederlands
swim
swim
Slide 27 - Question ouverte
Vertaal het woord naar het Nederlands
wash
wash
Slide 28 - Question ouverte
Vertaal het woord naar het Nederlands
claws
claws
Slide 29 - Question ouverte
Vertaal het woord naar het Engels
schattig
schattig
Slide 30 - Question ouverte
Vertaal het woord naar het Engels
tam
tam
Slide 31 - Question ouverte
Vertaal het woord naar het Nederlands
trick
trick
Slide 32 - Question ouverte
Vertaal het woord naar het Engels
vleugel
vleugel
Slide 33 - Question ouverte
Vertaal het woord naar het Nederlands
pet
pet
Slide 34 - Question ouverte
Vertaal het woord naar het Engels
bang maken
bang maken
Slide 35 - Question ouverte
Vertaal het woord naar het Nederlands
brush
brush
Slide 36 - Question ouverte
Vertaal: whiskers
Slide 37 - Question ouverte
Vertaal: tusks
Slide 38 - Question ouverte
Vertaal: hooves
Slide 39 - Question ouverte
vertaal: tail
Slide 40 - Question ouverte
Vertaal: trunk
Slide 41 - Question ouverte
Vertaal: vlekken
Slide 42 - Question ouverte
Vertaal: strepen
