Lezen H4 - 1hv

• Nederlands
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Het programma

Het lijdend voorwerp herhalen

Leesvaardigheid h4

Ontleden

herhaling

Een werkwoordelijk gezegde bestaat altijd uit meer werkwoorden.

1. juist
2. onjuist

Gaat Joris vanavond skaten?

Het werkwoordelijk gezegde =

1. gaat
2. Joris
3. vanavond
4. gaat skaten

Erik heeft zijn zus [een gigantische knal] gegeven.

1. onderwerp
2. gezegde
3. meewerkend voorwerp
4. lijdend voorwerp

Gezegde?
Jarno heeft het opstel over ridders geschreven.

1. heeft
2. Jarno
3. heeft geschreven
4. het opstel

Alle werkwoorden in de zin noem je samen:

1. het onderwerp
2. het lijdend voorwerp
3. het werkwoordelijk gezegde
4. het werkend voorwerp

Mijn buurman praat hard.
praat =

1. alleen persoonsvorm
2. persoonsvorm en werkwoordelijk gezegde
3. alleen werkwoordelijk gezegde

Hij heeft de bal aan zijn vriendje gegeven.

Johan bespeelde een oude piano.

Miljoenen sprinkhanen aten de
oogst op.

De vogels pikten het zaad op.

Jolly kreeg van de meester een diploma.

De organist zou een leuk feestje geven.

De bezorger bracht de krant rond.

De dief stal een computer.

Ze vertelde ons een verhaaltje.

Wij bezochten een museum.

Jan koopt een mooi boek.

Lezen H4

Tekstverbanden en signaalwoorden

Tekstverbanden en signaalwoorden

In een goede tekst zijn woorden, zinnen en alinea's met elkaar verbonden.

Zo'n samenhang noem je een tekstverband.

Elk verband ontstaat door woorden, zinnen of alinea's aan elkaar te plakken met signaalwoorden.

Elk tekstverband heeft zijn eigen signaalwoorden.

Tekstverbanden en signaalwoorden

Chronologisch verband: beschrijft gebeurtenissen in de juiste tijdsvolgorde.

Eerst ging ik naar school en daarna ging ik naar de hockey.

Tekstverbanden en signaalwoorden

Opsommend verband: er worden dingen achter elkaar opgesomd.

Ik ging naar de supermarkt en daar moest ik appels, brood en cola halen.

Tekstverbanden en signaalwoorden

Tegenstellend verband: er worden zaken tegenover elkaar gezet.

Ik moet mijn huiswerk maken, maar toch ga ik eerst Netflixen.

Tekstverbanden en signaalwoorden

Toelichtend verband: er wordt extra informatie gegeven, vaak in de vorm van een voorbeeld.

Ik vind spannende series erg leuk, zoals The 100 en La Casa de Papel.

Begrijp je het?

In de vakantie heb ik met vriendinnen afgesproken. Daarnaast heb ik ook veel gegamed.

1. chronologisch verband
2. opsommend verband
3. tegenstellend verband
4. toelichtend verband

Binnenkort gaat mijn broertje voor het eerst naar de middelbare school. Daarna wil ze naar de universiteit.

1. chronologisch verband
2. opsommend verband
3. tegenstellend verband
4. toelichtend verband

Ik heb mijn huiswerk gemaakt, maar ik heb het niet afgekregen.

1. chronologisch verband
2. opsommend verband
3. tegenstellend verband
4. toelichtend verband

  Om welk tekstverband gaat het in zin 2?

1. tijdsvolgorde
2. opsomming
3. tegenstelling
4. concluderend

'Daarentegen' hoort bij welk tekstverband?

1. tegenstellend
2. tijdvolgorde
3. opsommend

Welk tekstverband herken je in
deze zin?

1. Chronologisch verband
2. Toelichtend verband
3. Opsommend verband
4. Tegenstellend verband

Waar ben ik naar op zoek bij een toelichtend verband?

1. Tegenstelling
2. Volgorde
3. Voorbeeld
4. Opsomming

Welke signaalwoorden horen bij toelichtend verband?

A binnenkort
B denk aan
C hoewel
D zoals

1. A en B
2. B en D
3. B en C
4. D en A

Lezen hoofdstuk 4

opdracht 2 op bladzijde 104