chapitre 1

• Frans
• Voortgezet speciaal onderwijs

leerdoelen chapitre 1

- jezelf voorstellen 

- vertellen over je familie, vrienden

- kloktijden

- het bezittelijk voornaamwoord

- de regelmatige ww op -er, -ir en -re (présent)

schrijf 3 huisdieren op in het Frans

welke windstreken kun je in het Frans vertalen?

Dans chapitre 1 on parle de la famille. 

Quels membres de la famille connais-tu?

1.

2.

3.

4.

5.

6.

regardez exercice 2 page 6

Quels mots ne connaissez-vous pas?

remplissez les trous 

1. frère
   
2. fille  
3. grand-père  
4. grand-mère  
5. tante  
6. oncle  
7. cousine / cousin  

 

luistervaardigheid

werkboek blz. 7 

opdracht 4 a en b

réponses

1 Zij gaat op zoek naar een huisdier.

2 Ter gelegenheid van haar 16de verjaardag.

3 Antoine helpt haar om te kiezen.

4 Mathilde vindt een huisdier en neemt hem mee naar huis, maar haar moeder is daar niet blij mee.

 

Bron A page 7 de votre livre d'exercice 

lis le titre et l'introduction du texte A

page 8 livre de textes et regarde les images

réponds en néerlandais

Ferme le livre de textes

lis les phrases,

écoute le texte

coche la bonne réponse

réponses

exercice 4b

1C

2C

3A 

maak de zin ontkennend

j'ai un animal domestique

ik heb een huisdier

ik heb geen huisdier -

je ...........     .............d'animal domestique

je n'ai pas d'animal domestique

luistervaardigheid

livre d'exercices page 7

exercice 4d 

lis les phrases 

note les réponses en hollandais et choisis 

exercice 4e page 8

écoute de nouveau

le premier fragment

écris d'abord les données (gegevens)

straat

etc...

exercice f et g

lis les questions et coche les bonnes réponses

1 a/b/c

2a/b/c

g. 

a/b/c

grammaire bron C

het bezittelijk voornaamwoord

mon/ ma  ton/ta

c’est quand l’anniversaire de ton père?

L’anniversaire de mon père est le .........................

c'est quand l'anniversaire de ta mère? 

l'anniversaire de ma mère est le ...................

on va d'abord répéter les nombres jusqu'à 31

les nombres 

de getallen tot en met 31

je gaat een ondertiteld filmpje zien 

schrijf tijdens het filmpje woorden op die je niet kent

misschien ken je deze onderstaande nog niet  

1. tiens = hé!

2. arobase: = @ 

3. volontiers = graag! 

lessonup.com

welke woorden kende je niet?

1.

2.

3.

vertaal (woordenlijst B)

1. Mijn stiefvader is blij.

2. Ik ben bij mijn stiefmoeder

3. Hij is verlegen maar grappig

1. Mijn stiefvader is blij.

2. Ik ben bij mijn stiefmoeder.

3. Hij is verlegen maar grappig.

1. Mon beau-père est content.

2. Je suis chez ma belle-mère.

3. Il est timide mais marrant. 

vertaal 

Frans-Nederlands

eventueel m.b.v. je tekstboek

1. mon chien n'aime pas jouer 

le soir.

2. Je suis née à Almere. 

3. Cette histoire est marrante.

1. mon chien n'aime pas jouer

le soir.

2. Je suis née à Almere.

3. Cette histoire est marrante.

1. Mijn hond houdt er niet van om 's avonds te spelen.

2. Ik ben in Almere geboren.

3. Dit verhaal is grappig. 

le soir - 's avonds

le lundi / le mardi / le mercredi -

le  ervoor? 

(elke maandag) 

le sport = de sport 

mijn lievelingssport

.......................sport préféré

jouw lievelingssport

...........................sport préféré

zijn lievelingssport

.............................sport préféré

haar lievelingssport

....................................sport préféré

kijk nu in je tekstboek

bron C page 10

onze lievelingssport 

........................................sport préféré

maar nu in het meervoud

onze lievelingssporten

nos sports préférés

maken opdracht 16 d

TEKSTBOEK blz. 11

klassikaal spreekvaardigheid

opdracht 16 d werkboek blz. 16

schrijfvaardigheid

inleveren tijdens de les

minimaal 5 complete zinnen

exercice 18 page 17

les verbes : commencer / travailler / aimer/  adorer /  détester

Schrijf je antwoord op!

1- Wat is de stam van het werkwoord .....?

2- Welke persoonlijke voornaamwoorden ken je?

3- Wat zijn de uitgangen van de "présent"?