Wetten

Wetgeving in de zorg
Lara, Jasmijn en Iris
Tekst
1 / 34
suivant
Slide 1: Diapositive
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 4

Cette leçon contient 34 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Wetgeving in de zorg
Lara, Jasmijn en Iris
Tekst

Slide 1 - Diapositive

Waar staat de WKKGZ voor?
A
Wet kwaliteit, klachten en verschillen in de zorg
B
Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg
C
Wet klachten, kwaliteit en gezelligheid in de zorg

Slide 2 - Quiz

WKKGZ
De wet WKKGZ staat voor wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg. 
DOELEN:
- gezamelijke zorg verbeteren door middel van openheid over klachten en/of ongewenste gebeurtenissen, zodat hierna betere zorg geleverd kan worden.

Slide 3 - Diapositive

Op welke informatie heeft een patiënt recht in de zorgverlening?
A
Juiste informatie
B
Het bespreken van fouten met de patiënt
C
Een patiënt moet terecht kunnen en mogen bij de klachtenfunctionaris.
D
De informatie van andere patiënten op een meerder persoons kamer.

Slide 4 - Quiz

Meld verbetersysteem CWZ
Iedere medewerker in het CWZ is verplicht incidenten, bijna incidenten en calamiteiten te melden in het meld systeem van CWZ.

Slide 5 - Diapositive

Wat valt er onder een calamiteit?
A
Een tekortkoming in de kwaliteit van zorg die leidt tot dood of ernstige schade bij de patiënt
B
Een tekortkoming in de kwaliteit van zorg die komt door geen juiste toegepaste hygiëne.
C
Een tekortkoming in de kwaliteit van zorg die leidt tot niet goed handelen in het ziekenhuis.
D
Een tekortkoming in de kwaliteit van zorg door de verpleegkundige en artsen.

Slide 6 - Quiz

Is het verplicht een privacy incident te melden bij het meld verbeter systeem?
A
Ja
B
Nee

Slide 7 - Quiz

Wat valt er onder een incident in de zorg?

Slide 8 - Question ouverte

Wat valt er onder een bijna incident?

Slide 9 - Question ouverte

Wetgeving gezondheid, hygiëne en veiligheid
- De wet BIG
- Het BIG register

Slide 10 - Diapositive

Waar staat de wet BIG voor?
A
Deze wet staat voor beroepen in de individuele ziekenhuis zorg
B
Deze wet staat voor beroepen op de individuele mantelzorg
C
Deze wet staat voor beroepen in de individuele gezondheidszorg.
D
Deze wet staat voor beroepen op de individuele gezondheidszorg

Slide 11 - Quiz

Wat is de wet BIG?
Het doel van de wet BIG is om te zorgen dat de kwaliteit in de zorg hoog is en ook blijft. Ook beschermt de wet BIG patiënten tegen onzorgvuldig handelen van zorgverleners

Slide 12 - Diapositive

Wat staat er in het BIG register?

Slide 13 - Question ouverte

Wat is de stichting werkgroep infectie preventie? (WIP)
A
Dit is een samenwerkingsverband van 3 Nederlandse wetenschappelijke verenigingen op het gebied van infectie en ziekenhuis hygiëne
B
Dit is een samenwerkingsverband van 4 ziekenhuizen in Europa op het gebied van infectie en ziekenhuishygiëne
C
Dit is een samenwerkingsopdracht op het gebied van Nederlandse ziekenhuis dit heeft te maken met de hygiëne in de zorg

Slide 14 - Quiz

De ARBO wet
In de ARBO wet staan regels voor werkgevers en werknemers rondom de gezondheid, veiligheid en welzijn van de werknemers.

Slide 15 - Diapositive

Noem 1 voorbeeld wat te maken heeft met ergonomisch werken in de zorg

Slide 16 - Question ouverte

Ook staat er in de ARBO wet hoe je moet werken met milieu schadelijke stoffen en de beschermmiddelen die we hiervoor mogen gebruiken op werk.
Wat kunnen milieu schadelijke stoffen zijn in de zorg?
A
Medicatie
B
Antibiotica
C
Lichaamsstoffen
D
Infectiestoffen

Slide 17 - Quiz

Wat is de ISO?
De ISO is de internationale organisatie die zich bezighoudt met het opstellen, beheren en verbeteren van normen voor organisaties, processen en keuringen

Slide 18 - Diapositive

ISO normen
- ISO 14001 milieu
- ISO 22000
- HACCP
- NVWA
- WIVA VAT

Slide 19 - Diapositive

Wat is een WIVA VAT?

Slide 20 - Question ouverte

Wetgeving beroepsethiek en ethisch handelen

Slide 21 - Diapositive

Wat is een beroepscode?

Slide 22 - Question ouverte

Wat is de tuchtrecht?
A
Dit is een vorm van rechtspraak die erop toezicht dat leden van de beroepsgroep zich aan de gedragsregels houden
B
Dit is een vorm van boetes opgestuurd krijgen wanneer je je niet aan de gedragsregels houdt
C
Dit is een vorm van rechtspraak die erop toezicht houdt dat patiënten zich aan de gedragsregels houden
D
Dit is een vorm van rechtspraak die erop toezicht houdt dat familie van patiënten zich aan de gedragsregels houden

Slide 23 - Quiz

Wat is de wet Zorg&Dwang
A
Deze wet heeft te maken met onvrijwillige zorg/opnames
B
Deze wet heeft te maken met vrijwillige zorg
C
Deze wet heeft te maken met onvrijwillige zorg/ opname en de patiënt hierin te beschermen.
D
Deze wet heeft te maken met onvrijwillige zorg/opname om de zorgverleners van patiënt hierin te beschermen.

Slide 24 - Quiz

De WGGZ

Slide 25 - Diapositive

WGBO
Wat regelt de WGBO?

Slide 26 - Diapositive

AWGB
de algemene wet gelijke behandeling is een Nederlandse wet ter bescherming van discriminatie op het gebied van godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, geslacht, hetero- of homoseksuele gerichtheid en burgerlijke staat.

Slide 27 - Diapositive

Moet jij je als verpleegkundige altijd aan de AWGB houden?
A
Juist
B
Onjuist

Slide 28 - Quiz

Medicatie wetten

Slide 29 - Diapositive

De geneesmiddelen wet
De geneesmiddelen wet regelt in Nederland zaken rondom de productie, de handel, het voorschrijven, verstrekken en veilig gebruik van het geneesmiddelen. Een voorbeeld hiervan is dat artsen en apothekers ernstige bijwerkingen van medicijnen moeten melden aan een patiënt.

Slide 30 - Diapositive

Moet een arts ook een doseringshoeveelheid vertellen aan een patiënt?
A
Onjuist
B
Juist

Slide 31 - Quiz

Opiumwet
Correcte administratie van opiumwetmiddelen is noodzakelijk voor de veiligheid van de patiënt en beperking van risico's in de volksgezondheid.

Slide 32 - Diapositive

VGTM wet
De VGTM richtlijnen oftewel voor toediening gereed makende medicatie. 

Slide 33 - Diapositive

Hebben wij op onze afdeling te maken met de VGTM richtlijnen.
A
Wij hebben hier veel mee te maken.
B
Nee, dit komt niet vaak voor.

Slide 34 - Quiz