1.1 - Organismen

Biologie
VMBO-BB 3
1 / 51
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

Cette leçon contient 51 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Biologie
VMBO-BB 3

Slide 1 - Diapositive

Thema 1 - Organen en cellen

Slide 2 - Diapositive

Thema 1 - Organen en cellen
1.1 - Organismen

Slide 3 - Diapositive

Doelen van de paragraaf
Je weet wat een organisme is 
Je kan uitleggen wat levenskenmerken zijn
Je kan uitleggen wat stofwisseling inhoudt
Je weet wat een levensloop en levenscyclus zijn

Slide 4 - Diapositive

Basisstof 1 Organismen
  • Organismen = levende wezens
  • Vertonen  
    levensverschijnselen  
    (of hebben het vertoond).

Slide 5 - Diapositive

Levensverschijnselen

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

De gele kleur van de bloemen is een levenskenmerk?


A
Juist
B
Onjuist

Slide 8 - Quiz

Groei of Ontwikkeling?
Er ontstaan bloemen...
A
Groei
B
Ontwikkeling

Slide 9 - Quiz

Groei of ontwikkeling?
Een plant die langer wordt
A
Groei
B
Ontwikkeling

Slide 10 - Quiz

Groei of ontwikkeling?
Het krijgen van borsten
A
Groei
B
Ontwikkeling

Slide 11 - Quiz

Plassen is een levenskenmerk, het levenskenmerk wat hierbij hoort is:
A
Voeding
B
Ademhaling
C
Uitscheiding
D
Waarnemen

Slide 12 - Quiz

Een wezen dat de levenskenmerken had, maar niet meer heeft.
A
Levend
B
Dood
C
Levenloos
D
Organisme

Slide 13 - Quiz

Wat zijn levenskenmerken?
A
hoe groot en zwaar een organisme is
B
kenmerken van een levend organisme
C
de ontwikkeling van een organisme
D
kenmerken van een dood organisme

Slide 14 - Quiz

Wat is GEEN levenskenmerk?
A
Ademhalen
B
Slapen
C
Groeien
D
Voortplanten

Slide 15 - Quiz

Als een organisme groeit, dan verandert de .............. van het organisme
A
Bouw
B
Grootte
C
Kleur
D
Vorm

Slide 16 - Quiz

Wat houdt stofwisseling in?
A
Stoffen worden omgezet in andere stoffen buiten het lichaam
B
Stoffen worden omgezet in andere stoffen binnen het lichaam

Slide 17 - Quiz

Levensloop en levenscyclus
1 organisme = 1 individu
Doorloopt een levensloop -> vanaf geboorte tot dood verschillende 'vormen'
Sommige organismen heel verschillend (kikker, vlinder, eik)

Levenscyclus -> een soort doorloopt een cyclus. Individu gaat dood, soort blijft bestaan

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Een levensloop is ....
A
Van geboorte tot dood
B
Een cyclus die continu door gaat

Slide 20 - Quiz

Wat stelt het
plaatje voor?
A
Levensloop
B
Levenscyclus

Slide 21 - Quiz

cellen, weefsel, orgaan

Slide 22 - Diapositive

Bouw organisme (groot naar klein)

Slide 23 - Diapositive

Een weefsel is een groep organen met dezelfde vorm en functie.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 24 - Quiz

Basisstof 4 Cellen

Slide 25 - Diapositive

Onderdelen 

Slide 26 - Diapositive

Welke onderdelen komen WEL voor bij plantaardige cellen, maar NIET bij dierlijke cellen?
A
Celwand, celmembraan, celkern
B
Celwand, cytoplasma, vacuole
C
Celwand, vacuole, bladgroenkorrels
D
Celmembraan, bladgroenkorrels, cytoplasma

Slide 27 - Quiz

Welke onderdelen van
deze plantaardige cel komen
ook bij dierlijke cellen voor?
A
1, 2 en 5
B
1, 3 en 5
C
2, 3 en 6
D
2, 5 en 6

Slide 28 - Quiz

Onderdelen van cellen die bij dierlijke cellen voor kunnen komen zijn ....
A
... celkern, celmembraan en celwand
B
.... kernplasma, celwand en cytoplasma
C
kernmembraan, celmembraan en cytoplasma
D
celmembraan, celwand en cytoplasma

Slide 29 - Quiz

Organen van mensen
Een orgaan is een deel van een organisme met een bepaalde taak

- Borstholte
- Middenrif
- Buikholte

Slide 30 - Diapositive

Torso

 



Een torso is een model van de romp en het hoofd van een mens. 

Slide 31 - Diapositive

Orgaanstelsel
Organen werken vaak samen aan 
een bepaalde taak.

Een groep organen wordt een organenstelsel genoemd.


 

Slide 32 - Diapositive

Organen van mensen
Een orgaanstelsel is een groep samenwerkende organen, bijvoorbeeld
  1. Ademhalingsstelsel
  2. Beenderstelsel
  3. Bloedvatenstelsel
  4. Spierstelsel
  5. Verteringsstelsel
  6. Zenuwstelsel

Hoofdstuk 2 Organen en cellen
§2.1 Organen van dieren

Slide 33 - Diapositive

Ademhalingsstelsel
  • Opnemen van zuurstof
  • Afgeven van koolstofdioxide 

Hoofdstuk 2 Organen en cellen
§2.1 Organen van dieren

Slide 34 - Diapositive

Beenderstelsel (skelet)
  • Beschermt organen
  • Maakt beweging mogelijk
  • Geeft vorm aan je lichaam
  • Stevigheid
  • Maken van bloedcellen

Hoofdstuk 2 Organen en cellen
§2.1 Organen van dieren

Slide 35 - Diapositive

Bloedvatenstelsel
  • Vervoert bloed met zuurstof
    en voedingstoffen naar de organen
  • Vervoert bloed met koolstofdioxide
    en andere afvalstoffen naar nieren en longen

Hoofdstuk 2 Organen en cellen
§2.1 Organen van dieren

Slide 36 - Diapositive

Spierstelsel
  • Maakt beweging mogelijk

Hoofdstuk 2 Organen en cellen
§2.1 Organen van dieren

Slide 37 - Diapositive

Verteringsstelsel
  • Knipt voedsel in kleine opneembare
    brokjes die de darmen kunnen opnemen

Hoofdstuk 2 Organen en cellen
§2.1 Organen van dieren

Slide 38 - Diapositive

Zenuwstelsel
  • Bestaat uit hersenen,
    ruggenmerg en zenuwen
  • Aansturen van spieren en
    het verwerken van
    informatie uit zintuigen


Hoofdstuk 2 Organen en cellen
§2.1 Organen van dieren

Slide 39 - Diapositive

De torso
Ken je de onderdelen?
 

Slide 40 - Diapositive


nr. 2
A
Long
B
Hart
C
Nier
D
Maag

Slide 41 - Quiz


nr. 5
A
Long
B
Hart
C
Nier
D
Maag

Slide 42 - Quiz


nr. 6
A
Long
B
Dikke darm
C
Nier
D
Maag

Slide 43 - Quiz


Welke stelsels zie je?
A
bloedvatenstelsel zenuwstelsel
B
bottenstelsel zenuwstelsel
C
verteringsstelsel spierstelsel
D
je ziet alleen organen

Slide 44 - Quiz


nr. 10
A
Long
B
Hart
C
Nier
D
Maag

Slide 45 - Quiz

Welk
orgaanstelsel
is dit?
A
spierstelsel
B
ademhalingsstelsel
C
bloedvatenstelsel
D
verteringsstelsel

Slide 46 - Quiz

Welk
orgaanstelsels zie je hier?
A
Ademhalingstelsel
B
Voortplantingstelsel
C
Verteringstelsel
D
Beenderenstelsel

Slide 47 - Quiz

Welk orgaanstelsel is dit?
A
spierstelsel
B
ademhalingsstelsel
C
bloedvatenstelsel
D
verteringsstelsel

Slide 48 - Quiz

Welk van de delen van het organisme is een orgaan
A
een blad van een boom
B
een spiercel van een muis
C
het zenuwstelsel van een mens
D
het bottenstelsel van een mens

Slide 49 - Quiz

Organisme
cel
Organenstelsel
orgaan

Slide 50 - Question de remorquage

Top 3:

Slide 51 - Diapositive