Spelling H2 (klas 1A)

Spelling
                                 H2
1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Spelling
                                 H2

Slide 1 - Diapositive

Woorden op een -t klank
Veel woorden eindigen op een -t klank
Die schrijf je met een:

  • -t: wit, kist, gelukt
  • -d: rood, kind, geslaagd

Slide 2 - Diapositive

Laatste letter -d of -t
Hond
Kat
Hout
Goed
Goud
Tent
Bed
Al deze woorden eindigen op t-klank.

Hoe weet je de schrijfwijze van de laatste letter?

Slide 3 - Diapositive

Verlengproef
Weet je niet of het met een -t of -d geschreven wordt?

Als het geen persoonsvorm is, doe je de verlengproef
Maak het woord langer

Slide 4 - Diapositive

Verlengproef
Maak het woord langer door er -e, -en of -ig achter te zetten

zwarte > dus zwart
krachtig > dus kracht
verbanden > dus verband
gevraagde > dus gevraagd

Slide 5 - Diapositive

-t
-d
docen...
gefeliciteer...
recen...
olifan...
bestan...
wedstrij...
boksgevech...
hel...

Slide 6 - Question de remorquage

Sas en haar vrien... Leo zijn vandaag naar Schotland gereis... .
A
vriend - gereisd
B
vriend - gereist
C
vrient - gereist
D
vrient - gereisd

Slide 7 - Quiz

Luc is heel erg verander... nu hij op kamers woont.
A
verandert
B
veranderd
C
veranderdt

Slide 8 - Quiz

Onze buurjongen heeft altijd trompet gespeel... .
A
gespeeld
B
gespeelt
C
gespeeldt

Slide 9 - Quiz

De kapper heeft mijn haar geverf..., helaas is het kleuren niet geluk... .
A
geverft - gelukt
B
geverfd - gelukt
C
geverft - gelukd
D
geverfd - gelukd

Slide 10 - Quiz

De sporters kijken naar een wedstrij... met veel gewel... .
A
wedstrijd - gewelt
B
wedstrijt - gewelt
C
wedstrijd - geweld
D
wedstrijt - geweld

Slide 11 - Quiz

Nieuwe opdracht
Neem de woorden met puntjes over en vul een -d of -t in
Staan er meerdere woorden in een zin, zet de woorden dan onder elkaar.

Slide 12 - Diapositive

Op het fietspa... wordt nieuw asfal... gelegd.

Slide 13 - Question ouverte

De minister-presiden... heeft toegezegd nog eens met de vakbon... te praten.

Slide 14 - Question ouverte

De wegenwach... heeft de uitlaa... van de auto snel gerepareer...

Slide 15 - Question ouverte

De ik-vorm


De ik-vorm is de kortste vorm van een werkwoord.
Het is het woord dat in de tegenwoordige tijd achter  "ik" komt te staan.

Slide 16 - Diapositive

Zo schrijf je de ik-vorm van een ww
hele ww = denken
ik denk
denk = ik-vorm

hele ww = slapen
ik slaap
slaap = ik-vorm

Slide 17 - Diapositive

De ik-vorm eindigt nooit op
- v                                                                                   -z
hele ww = proeven                                             hele ww = reizen
ik proef                                                                     ik reis
proef = ik-vorm                                                     reis = ik-vorm

Slide 18 - Diapositive

De ik-vorm eindigt nooit op 
twee dezelfde medeklinkers

bukken
ik buk > niet ik bukk
zetten
ik zet > niet ik zett

Slide 19 - Diapositive

Noteer de ik-vorm van:
schreeuwen

Slide 20 - Question ouverte

Noteer de ik-vorm van:
gaan

Slide 21 - Question ouverte

Noteer de ik-vorm van:
ordenen

Slide 22 - Question ouverte

Noteer de ik-vorm van:
profiteren

Slide 23 - Question ouverte

Noteer de ik-vorm van:
geven

Slide 24 - Question ouverte

Noteer de ik-vorm van:
stofzuigen

Slide 25 - Question ouverte

Noteer de ik-vorm van:
goedkeuren

Slide 26 - Question ouverte

Maak zelf een zin met de ik-vorm van:
wijzigen

Slide 27 - Question ouverte

Maak zelf een zin met de ik-vorm van:
loten

Slide 28 - Question ouverte

REFLECTIE
Wat gaat goed en wat vind je nog lastig?

Slide 29 - Question ouverte