Tacitus, Annales I, 1.

1 / 35
suivant
Slide 1: Lien
LatijnSecundair onderwijs

Cette leçon contient 35 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Lien

We starten met het begin van de Annales.
Wat verwacht bij het lezen van de BLURB?

Slide 2 - Carte mentale

Annales I, 1.
Blurb (nu) = eerste indruk:
- grote lijnen van de inhoud
- waarom lezen
- voor wie het boek bestemd is
- Positieve toon
- Voorstelling van de schrijver
- Evt.: positieve recensies

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Lien

Wat weet je nu al over de Annales dankzij de blurb?

Slide 5 - Carte mentale

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Lien

Slide 9 - Lien

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Welk probleem is er volgens Tacitus met de bronnen over de keizers?

Slide 12 - Carte mentale

Hoe wil Tacitus over de keizertijd schrijven?

Slide 13 - Carte mentale

Welke Latijnse woorden maken dit duidelijk?

Slide 14 - Question ouverte

Slide 15 - Diapositive

Historiografie in de oudheid

Slide 16 - Diapositive

Waarom zou je over de geschiedenis schrijven?
Om uit het verleden te leren
Om het heden te begrijpen
Om veranderingen te bloot te leggen
Om zaken te kaderen (context)
Als leidraad voor het leven
Om bepaalde gebeurtenissen te herinneren
Iets anders

Slide 17 - Sondage

Slide 18 - Diapositive

7

Slide 19 - Vidéo

00:26
Hoe heet het werk dat Herodotus schreef?
A
De Annales
B
De Historiën
C
Ab urbe condita
D
De Bello Gallico

Slide 20 - Quiz

00:26
In welke eeuw leefde Herodotus?
A
6de eeuw v.C.
B
5de eeuw v.C.
C
2de eeuw v.C.
D
1ste eeuw v.C.

Slide 21 - Quiz

01:12
Waarover schreef Herodotus?
A
De Peloponnesische oorlog
B
De Perzische oorlog
C
De Alexandrijnse oorlog
D
De Romeinse oorlog

Slide 22 - Quiz

02:34
Hoe kwam Herodotus aan zijn informatie?
A
Hij sprak met Grieken.
B
Hij sprak met niet-Grieken.
C
Hij sprak met tijdgenoten.
D
Hij verzon gewoon alles.

Slide 23 - Quiz

02:47
Hoe noemt Herodotus zijn boek?
A
Een verhaal
B
Een geschiedenis
C
Een opsomming
D
Een onderzoek

Slide 24 - Quiz

03:12
Wat betekent het begrip 'autopsè'?
A
Herodotus zag en maakte alles zelf mee.
B
Herodotus zag en raadpleegde zelf de bronnen.
C
Herodotus zag de mensen die alles meemaakten.
D
Herodotus was blind.

Slide 25 - Quiz

03:29
Hoe kwamen de meeste Grieken in contact met Herodotus werk?
A
Ze luisterden ernaar.
B
Ze lazen het.
C
Het werd als een toneel nagespeeld.
D
Ze zongen het.

Slide 26 - Quiz

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Diapositive

Hoe denk jij over tijd?
Tijd is een rechte lijn.
Tijd is rond, zoals een cirkel.

Slide 29 - Sondage

Slide 30 - Diapositive

Vul de mindmap in de cursus aan.

Slide 31 - Diapositive

Een goed historicus...
A
Schrijft objectief.
B
Gelooft zijn bronnen.
C
Gaat kritisch om met zijn bronnen.
D
Is een geweldig persoon.

Slide 32 - Quiz

Is Tacitus een goed historicus?
A
B

Slide 33 - Quiz

Sterke punten
- Bronnenmateriaal
- Kritische houding
Zwakke punten
Geschiedenis van grote - mannen
Subjectief oordeel -
Gevoel voor drama -
Eigen visie -
Psychologische opvattingen -

Slide 34 - Diapositive

Klaar voor de verhalen?
😒🙁😐🙂😃

Slide 35 - Sondage