Denkinstructie omtrek en oppervlakte

• Rekenen
• Basisschool
• Groep 6

Pak je wisbordje en maak een tweetal.

Lesdoel: rekenen met oppervlakte en vierkante meters

Pietje heeft een tuin waarvan de lengte 10 meter is, en de breedte 7 meter.

Hij wil deze tuin aanleggen met tegels.

Hij heeft 5 verschillende soorten tegels gevonden:

-Blauwe tegels van 1 vierkante meter

-Groene tegels waarvan de lengte 2 meter en de breedte 1 meter is

-Rode tegels waarvan de lengte 3 meter en de breedte 2 meter is

-gele tegels waarvan de lengte 2 meter en de breedte 3 meter is

-Bruine tegels waarvan de lengte 3 meter en de breedte 3 meter is

Pietje wilt minstens 3 verschillende soorten tegels in zijn tuin.

Welke moet hij gebruiken? En hoeveel moeten het er zijn?

Eerst: oppervlakte van de tuin -> 10 m X 7m = 70 vierkante meter

Blauwe tegels zijn 1 vierkante meter (1 m x 1 m)

Groene tegels zijn 2 vierkante meter (2m x 1m)

Rode tegels zijn 6 vierkante meter (3m x 2m)

Gele tegels zijn 6 vierkante meter (2m x 3m)

Bruine tegels zijn 9 vierkante meter (3m x 3m)

Hoeveel keer past elke tegel in de tuin?

Blauw: 70 (70 tegels)

Groen: 35 (70 tegels)

Rood & geel: max. 11 (66 tegels)

Bruin: max. 7 (63 tegels)

Nu kun je gaan passen