Ethiek

Moraliteit
1 / 22
suivant
Slide 1: Carte mentale
CommunicatieHBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Moraliteit

Slide 1 - Carte mentale

Moraliteit is afhankelijk
van plaats en tijd

Slide 2 - Carte mentale

Moraliteit is normatief. Wat betekent dit?

Slide 3 - Question ouverte

Morele regels begrenzen individuele vrijheid. Hoe wordt dit gerechtvaardigd?

Slide 4 - Question ouverte

Moraliteit is ...
Ethiek is ...
intuïtief
rationeel

Slide 5 - Question de remorquage

Kernelementen moraliteit
  • Normen
  • Waarden

Slide 6 - Diapositive

Normen
  • Algemene regels of richtlijnen; gedragsinstructie (ww)
  • Dwingend karakter; gebod/verbod 

Slide 7 - Diapositive

Voorbeelden
  • In- en uitchecken OV - boete
  • Stoppen voor rood licht - boete 

Slide 8 - Diapositive

Minder duidelijk...
  • Opstaan voor ouderen in het OV - ?
  • Iemand met weinig boodschappen voorrang geven bij de kassa - ?  

Slide 9 - Diapositive

Waarden
  • Nastreefbare idealen
  • Door je te houden aan bepaalde normen (middel) worden bepaalde waarden (doel) nagestreefd of hoog gehouden.


Slide 10 - Diapositive

Waarden en normen
Beleefdheid - hand geven
Gelijkheid - betaalbaar onderwijs aanbieden
Eerlijkheid - niet liegen
Gezondheid - niet roken
Verantwoordelijkheid - langstudeerboete opleggen
Respect - uit laten praten

Slide 11 - Diapositive

Gelijkheid
A
waarde
B
norm

Slide 12 - Quiz

Rommel/afval opruimen
A
waarde
B
norm

Slide 13 - Quiz

3x per week sporten
A
waarde
B
norm

Slide 14 - Quiz

Beleefdheid
A
waarde
B
norm

Slide 15 - Quiz

Fatsoen
A
waarde
B
norm

Slide 16 - Quiz

Rechts rijden
A
waarde
B
norm

Slide 17 - Quiz

Noem een norm die past bij de waarde behulpzaamheid.

Slide 18 - Question ouverte

Noem een waarde die past bij de norm 'u zeggen tegen ouderen'.

Slide 19 - Question ouverte

Noem een norm die past bij de waarde rechtvaardigheid.

Slide 20 - Question ouverte

Noem een waarde die past bij de norm 'niet elke dag patat eten'.

Slide 21 - Question ouverte

Noem een norm die past bij de waarde geduld.

Slide 22 - Question ouverte