LSJ 2HVT U3 écouter 1

• Frans
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 2

Telefoon in de telefoontas

Bienvenue 

Lundi 5 février

Ik ken de regels van de bijvoeglijke naamwoorden in het Frans.

Ik kan de beschrijving van een dier begrijpen en een dier beschrijven.

Programme:

• Excercices sur lessonup (vocabulaire et bijvoeglijk naamwoord)
• Exercices décrire un animal (werkblad)
• Devoirs

Exercice 10 p. 97

📚

10

1. ik heb gezien
2. getwijfeld
3. poten
4. verboden
5. nogal
6. van stof
7. is ... lang
8. krullend

Le mot qui reste : de eigenaar (le propriétaire)

Un exemple d'adjectif en NL ? (bijvoeglijk naamwoord)

En français : la place et la form (plaats en vorm)

de groene bus = le bus vert

de groene bussen = les bus verts

de groene planten = les plantes vertes

de kleine boot = le petit bateau

de kleine meid = la petite fille

en kleur : altijd ACHTER het zelfstandig naamwoord (une robe rose)

een ander BN: ACHTER (un animal cool, une dame bizarre)

Uitzonderingen (om van buiten te leren): VOOR (un petit animal, un long cou)

De uitgangen van het bijvoeglijke naamwoord

Mannelijk meervoud

Vrouwelijk enkelvoud

Mannelijk enkelvoud

Vrouwelijk meervoud

+ s

+ niks

+ es

+e

sleep de bijvoeglijke naamwoorden naar het juiste vak

mannelijk

vrouwelijk

petit

noire

gentil

petite

noir

bavarde

bavard

gentille

Entraîne toi avec les liens: 

Exercice 1

Exercice 2 

Beau, belle

Nouveau, nouvelle 

Vieux vieille 

jeune, jeune ; rouge, rouge ...  (geen extra e in het vrouwelijke)

🎯Ik ken de regels van de bijvoeglijke naamwoorden in het Frans.

Ik kan de beschrijving van een dier begrijpen en een dier beschrijven.

📖 Devoirs pour mercredi

Apprendre 4 p. 115 leren

OORTJES MEE

--> wij gaan écouter oefenen + jullie gaan dieren aan elkaar beschrijven

volgende maandag = SO