herhaling paragraaf 7.1 + 7.2 + 7.3

• Economie
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 3

Welke overheid behoort niet tot de lagere overheid?

1. het Rijk
2. de provincies
3. de gemeenten
4. de waterschappen

Welke overheid is verantwoordelijk voor de rechtspraak?

1. Rijksoverheid
2. Gemeente
3. Provincie
4. Waterschappen

Welke overheid laag is verantwoordelijk het uitgeven van je paspoort

1. Gemeente
2. Provincie
3. Waterschappen
4. Het rijk

Bij welke overheid horen de ministers?

1. Gemeente
2. Provincie
3. het Rijk
4. Waterschap

Welke overheid laag is verantwoordelijk voor het verhogen van het BTW-tarief

1. Gemeente
2. Provincie
3. Waterschappen
4. Het rijk

Welke overheid is verantwoordelijk voor de volgende zaken?

Het ophalen en legen van de afvalcontainers en/of vuilniszakken.

1. Gemeente
2. Provincie
3. Het Rijk

Wat is subsidie?

1. Geld waar je recht op hebt
2. Financiële steun van de overheid
3. Belastingfraude
4. Extraatje van de overheid

Wat zijn accijns?

1. invoerrechten die je betaalt over producten
2. belasting die je over producten betaalt
3. extra belasting die je betaalt over producten die schadelijk zijn voor milieu en mens
4. premie die je betaalt voor jouw zorgverzekering

Een ander soort belasting zijn accijns. Waarop zit geen accijns denk je?

1. alcohol
2. brandstof
3. tabak
4. voedsel

accijns wordt geheven over

1. alcohol
2. paspoort
3. zonnepanelen
4. onderwijs

Wat is een kartel?

1. Een groep bedrijven die prijsafspraken maakt
2. Een groep ministers die afspraken maken.
3. Een groep mensen die demonstreren.
4. Een groep werknemers die een CAO willen.

Een kartel heeft als doel om ...

1. concurrentie te vergroten
2. concurrentie te verminderen
3. te hoge prijzen tegen te gaan

kartel

1. is per wet verboden
2. mag soms
3. is per provincie verboden

Wat is het sociaal minimum

1. Hoeveel mensen er leven van een bijstandsuitkering
2. Een minimumbedrag wat je nodig hebt om van te kunnen leven
3. De minimale leeftijd om een uitkering te kunnen ontvangen
4. Een toeslag die je van de overheid krijgt als je een laag inkomen hebt

Wat is de juiste omschrijving van het solidariteitsbeginsel?

1. Prijsafspraken tussen bedrijven
2. Werkenden betalen voor niet werkenden
3. Twee bedrijven die gaan samenwerken
4. De rijkste mensen betalen de meeste belasting

Een sociale voorziening...

1. wordt betaald uit premies
2. is een verzamelnaam voor alle uitkeringen
3. is alleen voor ouderen
4. wordt betaald uit belastinggeld

Sociale voorzieningen zijn:

1. WW
2. ANW
3. Kinderbijslag
4. Bijstand

Welke uitspraak past bij een werknemersverzekering?
Een werknemersverzekering....

1. Wordt betaald uit belastinggeld
2. Is gelijk aan het sociaal minimum
3. Is voor als je in loondienst werkt.
4. Behoort tot de sociale voorzieningen.

Voor wie zijn de werknemersverzekeringen?

1. Voor de mensen die gewerkt hebben
2. Voor de mensen die werken
3. Voor de mensen die in loondienst hebben gewerkt
4. Voor de mensen die in loondienst werken of hebben gewerkt.

Wat is geen werknemersverzekering?

1. WW
2. WIA
3. AOW

Wat is hier een werknemersverzekering?

1. WIA
2. AOW
3. Anw
4. AKW

Wat is en volksverzekering?

1. Verzekering voor iedereen die werkt
2. Verzekering voor iedereen die gewerkt heeft
3. Verzekering voor iedere Nederlander
4. Verzekering voor iedereen die werkt of gewerkt heeft

Voorbeelden van volksverzekeringen zijn

1. AOW, ANW, WW
2. AOW, ANW, WIA
3. WW, ziektewet, WAjong
4. AOW, ANW, Wajong

Volksverzekeringen worden betaald met

1. belastingen
2. btw
3. accijns
4. premies

Wat is een volksverzekering?

1. AOW
2. WIA
3. WW

Collectieve goederen zijn:

1. Voorzieningen de iedereen kan kopen in de winkel
2. Voorzieningen die de overheid geheel of gedeeltelijk heeft betaald
3. Voorzieningen die mensen maken voor elkaar
4. Voorzieningen waar iedereen voor een klein eigenaar van is

Door wie worden collectieve goederen geleverd?

1. bedrijven
2. particulieren
3. overheid
4. buitenland

De overheid geeft veel geld uit aan collectieve goederen. Voor wie zijn collectieve goederen bestemd?

1. Alle burgers
2. de ambtenaren
3. de rijksoverheid
4. het rijk, de provincies en de gemeenten

Wat is het tegenovergestelde van de collectieve sector?

1. Gezamenlijke sector
2. Algemene sector
3. Particuliere sector
4. Winstgevende sector

De collectieve sector bestaat uit:

1. de overheid
2. de overheid en de instellingen voor de sociale zekerheid
3. instellingen voor de sociale zekerheid
4. Geen van deze antwoorden

voorbeeld instelling sociale zekerheid: UWV

Wie betaalt mee aan de collectieve sector?

1. niet betlastingbetalers
2. Belastingbetalers

Rijscholen maken deel uit van de collectieve sector.

1. Juist
2. Onjuist

Is een school onderdeel van de collectieve sector

1. ja
2. nee

Kies het antwoord die bij de particuliere sector?

1. instellingen betaald door de overheid
2. bedrijven betaald door de verkoopopbrengst

Wat is geen particuliere sector?

1. Schoenenwinkel
2. Fietsenwinkel
3. Ziekenhuis
4. Reclamebedrijf

De particuliere sector wil winst maken.

1. Waar
2. Niet waar

Privatisering betekent dat...

1. Een particulier bedrijf verkoopt zijn bedrijf aan de overheid
2. De overheid verkoopt een bedrijf aan een particulier bedrijf
3. Alleen burgers mogen gebruikmaken van het privébedrijf
4. Alleen de overheid mag gebruikmaken van het privébedrijf

Wat is het gevaar van privatiseren?

1. Concurrentie, waardoor de kosten dalen en het product goedkoper / beter wordt.
2. het overheidstoezicht vermindert (met alle gevolgen van dien), geprivatiseerde ondernemingen ontslaan vaak op grote schaal werknemers en voor de producten kan een veel hogere prijs worden berekend.