Les 4: Koopgedrag

• Salestheorie
• MBO
• Studiejaar 1

Welkom!

Salestheorie

Doel van vandaag

Je weet weer welke verkoopmethodes er zijn
Je weet welke drie typen koopbeslissingen consumenten laten zien.

Je weet de twee hoofdkenmerken van motivatie 

Agenda

Wat weet je nog?

Wat weet je al?

Theorie, vragen en opdracht Koopgedrag

Theorie Motivatie

Terugblik op de les

Wat weet je nog?

Wat kan ik voor u doen?
is een....

1. open vraag
2. gesloten vraag
3. suggestieve vraag
4. controlevraag

Is dit wat u bedoelt?
is een....

1. open vraag
2. gesloten vraag
3. suggestieve vraag
4. controlevraag

Vindt u dit ook niet veel mooier?
is een....

1. open vraag
2. retorische vraag
3. suggestieve vraag
4. controlevraag

Ik kan dus verder niets meer voor u doen?
is een....

1. open vraag
2. retorische vraag
3. suggestieve vraag
4. controlevraag

Vindt u dit ook niet veel mooier?
is een....

1. open vraag
2. retorische vraag
3. suggestieve vraag
4. controlevraag

Vraag met beperkt aantal vaststaande antwoordmogelijkheden is. Dit is een...

1. gesloten vraag
2. alternatieve vraag
3. suggestieve vraag
4. controlevraag

Vraag om na te gaan of de ontvanger de boodschap heeft begrepen. Dit is een....

1. gesloten vraag
2. alternatieve vraag
3. suggestieve vraag
4. controlevraag

Vraag waarbij het antwoord in een bepaalde richting wordt gestuurd. Dit is een....

1. gesloten vraag
2. alternatieve vraag
3. suggestieve vraag
4. controlevraag

Wat hebben wij allemaal geleerd?

Wat weet je al?

Welke acties onderneem je als je nieuwe kleding wilt kopen?

Theorie Koopgedrag

Samenvatten in groepjes dmv mindmappen

Opdracht

Maak groepjes van 4 en schuif tafels aan elkaar

Docent deelt kleurtjes en papier uit

Mindmappen koopgedrag

Verwerk minimaal wat koopgedrag is, type koopbeslissing, wat de relatie is met verschillende goederen, rationele en emotionele verkoper.

Ben je klaar?  Dan stem je af hoe en wie dit presenteert naar  de klas. Hang je mindmap op

Presentaties

Goed of fout?

De aankoopfrequentie van convenience goods is hoog.

1. goed
2. fout

De koopinspanning is bij specialty goods heel groot.

1. goed
2. fout

De prijs per eenheid bij convenience goods is hoog.

1. goed
2. fout

Kleding is een voorbeeld van shopping goods.

1. goed
2. fout

Inzichtvraag 7

Noem minimaal vier verschillen tussen routinematig aankoopgedrag en beperkt

probleemoplossend aankoopgedrag.

Koopgedrag

Schrijf in je schrift een praktijkvoorbeeld van RAG,  BPO of UPO

Theorie Motivatie

Motivatie beinvloedt koopgedrag

Motivatie is de drijvende kracht achter het handelen van een persoon en is gericht op behoeftebevrediging

1. Activerend: Een persoon wordt aangezet om iets te ondernemen

2. Doelgericht: Een persoon richt zich op het bereiken van een bepaald doel

Goal!

Je weet welke drie typen koopbeslissingen consumenten laten zien.

Aankoopgedrag waarbij de consument door zijn ervaring met het product niet
lang hoeft na te denken over zijn aankoop

1. UPO
2. BPO
3. RAG

Aankoopgedrag waarbij de consument enige ervaring heeft met het product en
enige moeite doet om de ontbrekende kennis aan te vullen.

1. UPO
2. BPO
3. RAG

Goal!

Je weet de twee hoofdkenmerken van motivatie 

Wat zijn de twee hoofdkenmerken van motivatie?