Junior Einstein groep 8 les 6 (Een vraag zonder antwoord)

Dit is Junior Einstein les 5 voor groep 8.
De tekst: Een vraag zonder antwoord.
Je krijgt zo een tekst te zien. Lees deze tekst eerst goed door. Maak daarna de vragen. De tekst komt voor elke vraag opnieuw in beeld, zodat je makkelijk met één klik naar de tekst kunt.

Tip: Lees voor het beantwoorden van de vraag ook de zinnen die voor en na de genoemde regels komen!
1 / 13
suivant
Slide 1: Diapositive
Begrijpend lezenBasisschoolGroep 8

Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Dit is Junior Einstein les 5 voor groep 8.
De tekst: Een vraag zonder antwoord.
Je krijgt zo een tekst te zien. Lees deze tekst eerst goed door. Maak daarna de vragen. De tekst komt voor elke vraag opnieuw in beeld, zodat je makkelijk met één klik naar de tekst kunt.

Tip: Lees voor het beantwoorden van de vraag ook de zinnen die voor en na de genoemde regels komen!

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

1. Lees: Een paar ... balen. (r. 2-5)
Wat staat in deze a linea beschreven?

Er wordt ...
A
beschreven wie Timur is en wat hij gaat doen.
B
een mening van de schrijver gegeven.
C
een samenvatting gegeven van water allemaal in de tekst daarna gebeurt.
D
verteld wie Timur is en dat hij een onbeantwoorde vraag heeft.

Slide 3 - Quiz

Slide 4 - Diapositive

2. Lees: Wie deed ... wel? (r. 14 en 15)
Welk woord past hier het best bij?
A
angst
B
bang
C
kwaad
D
nieuwsgierig

Slide 5 - Quiz

Slide 6 - Diapositive

3. Lees: Die maakte ... lawaai! (r.17)
Waar komt het lawaai vandaan?
A
Van het gekrijs van de dikke merel.
B
Van het geluid dat de katten en de dikke merel samen maken.
C
Van het gemiauw van de katten.
D
Van het gepiep van de jonge vogeltjes en katjes.

Slide 7 - Quiz

Slide 8 - Diapositive

4. Lees: De twee ... beschermen. (r. 18-20)
Wat doet de schrijver in dit stukje?


A
Hij geeft uitleg.
B
Hij geeft een voorbeeld.
C
Hij maakt een vergelijking.
D
Hij trekt een conclusie.

Slide 9 - Quiz

Slide 10 - Diapositive



5. Lees: Die kozen ... hazenpad. (r. 21)
Wat betekent dit?

De katten ...
A
gingen achter een haas aan.
B
gingen er snel vandoor.
C
liepen naar het bospad.
D
verstopten zich.

Slide 11 - Quiz

Slide 12 - Diapositive

6. Lees: lk bedacht ... kastanjeboom. (r. 21-25)
Wat staat in deze alinea beschreven?

Hoe Timur ...
A
de vechtende katten helpt.
B
hulp biedt aan de vogeltjes.
C
steeds kwader wordt op de krijsende merel.
D
tot de conclusie komt dat hij zich niet met het gevecht wil bemoeien.

Slide 13 - Quiz