Generiek les 4 Presentatie

• Engels
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 2

Les 4 generiek: Presentatie thema 1

~ Motivatie en mindset ~ 

Alexandra Grassgreen

Marco Hartman

Marjan Zwalve

Inhoud van de presentatie

Twee onderdelen: 

Geel: eerste onderdeel gericht aan medestudenten

Theorie

Blauw: tweede onderdeel gericht aan vmbo onderbouw

Koppeling theorie aan praktijk en Praktijk

Luc Stevens

'Eerst het kind, dan de leerling.'

CAR - Model

Psychologische basisbehoeften:

• Relatie: anderen waarderen mij en willen met mij omgaan… 

• Autonomie: ik kan het zelf, hoewel niet altijd alleen… 

• Competentie: ik geloof en heb plezier in mijn eigen kunnen…

Competentie

Ik geloof en heb plezier in mijn eigen kunnen....

Maar wat als je dat nou niet hebt?

“Dat kan ik niet... Ik snap het niet... Ik ga dit nooit leren...”

Het verhaal van de 2 wolven.

Motivatie en mindset

• Intrinsieke en extrinsieke motivatie

     (zelfdeterminatie theorie: Deci/Ryan)

• Mindset

     (Dweck)

• Positieve innerlijke werkbeleving

     (Amabile/Kramer)

In de klas

- Snap ik niet gelijk alles

- Durf ik alles te zeggen

- Vraag ik nooit iets, anderen vinden mij dan vast dom

- Weet ik altijd veel

- Nieuwe dingen maken mij nieuwsgierig.

 Hoe is dat bij jou?

Je krijgt zo een aantal stellingen te zien. Je mag op de stellingen reageren.  Je schrijft op wat jij denkt, niks is dus fout.

Ik vind het niet erg om een fout te maken, daar leer ik alleen maar van.

Als iemand zegt dat ik iets niet kan, dan stop ik ermee en voel ik me best dom.

Vaste mindset 

- je bent zoals je bent, dan kan je niet veranderen

- Ik ga uitdagingen uit de weg

-  als het niet lukt, dan geef ik op

- je kunt niet veranderen hoe slim je bent

- kritiek van anderen negeer ik

- Ik kan dit niet hoor (engelse tekst/video)

- Als is gefrustreerd ben dan geef ik snel op

- Ik ben ergens goed in of ik ben ergens slecht in. Dat is gewoon zo.

- Ik vind het niet zo leuk om uitgedaagd te worden.

- Als ik iets niet goed doe, dan ben ik slecht bezig.

- Als anderen een goed cijfer halen dan voel ik dat als een bedreiging. Ik moet dat ook kunnen!

- Alles wat ik nu kan of weet bepaalt alles in mijn leven.

Groeimindset

-   als het niet lukt, probeer ik het gewoon nog een keer

- nieuwe dingen leren is leuk

- kritiek van anderen geeft mij energie om het anders te doen

- als ik zie dat een anders iets kan, wil ik dat ook leren

- Ik kan alles leren wat ik wil

- Als ik gefrustreerd ben over iets, dan houd ik vol en zet door.

- Ik kan overal goed in worden, ook als ik iets heel moeilijk vind.

- Ik vind het leuk om uitgedaagd te worden met nieuwe dingen

- Als ik iets fout heb gedaan, dan is dat een moment om van te leren.

- Als anderen een goed cijfer halen, dan zie ik dat als een uitdaging om het ook te proberen

- Mijn instelling en inspanning bepaalt alles

Voorbereiding Quiz

In Som of Magister zetten dat de leerlingen een pet/hoed meenemen de volgende les.

Quiz

Het is tijd voor een kleine quiz.

Let op! Er zijn geen foute of goede antwoorden!

Het gaat erom wat jij zou doen of denken. Hoe eerlijker je antwoord geeft, hoe beter!

• Pak je pet/hoed erbij.
• De docent geeft aan wanneer je je pet of hoed mag pakken.

A. Als ik een opdracht zonder veel moeite en zonder fouten kan maken.

B. Als ik steeds ergens ietsje beter in word.

1. Wanneer voel jij je het slimst op school?

A. Ik heb het gevoel dat ik iets aan het leren ben.

B. Ik ben er waarschijnlijk niet erg goed in.

2. Wat denk je wanneer iets dat je vaak hebt geoefend nog niet goed lukt?

A. Ik ben gewoon niet goed in het vak waarvoor ik slechte punten haal. 

B. Ik moet de volgende keer harder werken.

3. Wat denk je als je slechte cijfers haalt op school?

A. Ik probeer het snel te vergeten.

B. Ik probeer er iets van te leren.

4. Wat denk je wanneer je docent zegt dat je een opdracht niet goed hebt gemaakt?

Zij zijn beter dan ik.

Zij hebben harder gewerkt dan ik.

5. Wat betekent het wanneer klasgenoten iets beter kunnen dan jij?

A. Een opdracht die moeilijk is zodat ik mijn hersens moet laten kraken.

B. Een opdracht die vrij gemakkelijk is, zodat ik het goed zal doen.

6. Aan wat voor opdracht werk jij het liefst?

A. Eens

B. Oneens

"Jij bent zo slim als je bent en daar kun je niet echt veel aan veranderen".

petje af voor jou!

Waarom hebben we voor deze vraagstelling gekozen? 

• Om het verschil tussen een Growth mindset en een Fixed mindset te kunnen verduidelijken.
• De vragen zijn zo gemaakt dat er niet een goed of een fout antwoord is. 
  
• Het roept herkenning op bij de leerlingen
• Het zet leerling tot nadenken over hoe zij iets aanpakken en hoe het ook anders zou kunnen.

Thank you for your attention!