K4, T8, paragraaf 5, Bestuiving, bevruchting en verspreiding

Planten
Thema 8, 4 kader

1 / 14
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3,4

Cette leçon contient 14 diapositives, avec diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Planten
Thema 8, 4 kader

Slide 1 - Diapositive

Thema 8, paragraaf 5
Bestuiving, bevruchting en verspreiding

Slide 2 - Diapositive

Leerdoelen
8.5.1 Je kunt omschrijven wat bestuiving is en je kunt kenmerken van insectenbloemen en windbloemen noemen.
8.5.2 Je kunt beschrijven hoe bevruchting bij zaadplanten verloopt en welke veranderingen er na bevruchting in het vruchtbeginsel plaatsvinden.
8.5.3 Je kunt uit afbeeldingen van (delen van) planten afleiden hoe de zaden worden verspreid.

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Vidéo

Bestuiving
Bij ongeslachtelijke voortplanting groeit een deel van een organisme uit tot een nieuw organisme. Ongeslachtelijke voortplanting vindt plaats door middel van mitose (gewone celdelingen).
Dit kan op verschillende manieren:

Slide 5 - Diapositive

kruis- of zelfbestuiving
Wel of geen bestuiving

Na verloop van tijd groeien hier wortels aan.
Nieuwe plant in de grond zetten. 

Slide 6 - Diapositive

Bestuiving door insecten
Bestuiving door de wind


Nieuwe plant in de grond zetten. 
bloem 1
bloem 2

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Vidéo

Bevruchting
• Na de bestuiving vormt de stuifmeelkorrel een buis: de stuifmeelbuis.
• De stuifmeelbuis groeit door de stijl naar een zaadbeginsel in het vruchtbeginsel

Slide 9 - Diapositive

Bevruchting
• Door de stuifmeelbuis gaat de kern van de stuifmeelkorrel naar het zaadbeginsel.
• Als de buis een zaadbeginsel heeft bereikt, barst de top van de stuifmeelbuis open.
• De kern van de stuifmeelkorrel dringt de eicel binnen en versmelt met de eicelkern.

Slide 10 - Diapositive

Na de bevruchting
Uit de bevruchte eicel ontstaat een kiem. 
Uit het zaadbeginsel ontstaat een zaad

Slide 11 - Diapositive

Verspreiding van zaden
Vruchten zorgen ervoor dat zaden kunnen worden verspreid. Het verspreiden van (vruchten met) zaden noem je zaadverspreiding. Dat kan op verschillende manieren:
• door de wind
• door dieren die de vruchten eten
• door dieren die de vruchten meenemen in hun vacht
• door de plant zelf

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Lien

Huiswerk 
Lezen en maken paragraaf 3, 4 en 5, maken opdrachten 1-7, samenvattingsopdracht maak je in je schrift!
Lees de paragraaf goed voordat je het huiswerk gaat maken. Zorg dat je de begrippen goed kent en begrijpt! Deze komen weer terug bij de toets.
Zorg dat je je schrift iedere les meeneemt!!!
WERK IN KADER 4 MAX, via magister!  Inlogcode: 086928

Slide 14 - Diapositive