BEELDENDE KUNST

• Culturele en kunstzinnige vorming
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 4

Goedemorgen!

• Mobiel in je tas
• Petten af / jassen uit
• Schrift en pen op tafel

Planning van vandaag

• Huiswerk bespreken
• Korte uitleg beeldende kunst: stromingen
• Zelfstandig werken + bespreken
• Oefenen met vragen over beeldende kunst
  

Doel: Gerichter leren kijken naar beeldende kunst.

Huiswerk

- Wie heeft ooit een kunstwerk gezien dat grote indruk maakte?

- Waarom sluit en-plein-air  schilderen aan op de visie van impressionisten?

- Hoe heeft Ernst Ludwig Kirchner de oorlog beleefd, gezien Zelfportret als soldaat?

- Hoe wordt ruimte gecreëerd in Painting on the Bullfight?

Beeldende kunst

"Afbeelding of uitbeelding die zowel plat kan zijn (bv. schilderij of foto) als ruimtelijk (bv. sculptuur of installatie)."

Wat is kunst? 

We beginnen bij de basis: door kennis op te doen over kunst, leer je te bepalen of iets kunst is of niet. 

Deze les de basis, volgende les de diepte in (kritisch?) 

Beeldende kunst

Moderne beeldende kunst (eind 19e eeuw - ~1960):

- Breuk met traditie

- Industriële revolutie: vernieuwing leidt tot vooruitgang

- Actueel

- Origineel

Beeldende kunst

Belangrijke stromingen moderne beeldende kunst:

- Impressionisme

- Expressionisme

- Abstracte kunst

- Minimalisme

- Popart

Impressionisme

- Tweede helft 19e eeuw.

- Thema's uit dagelijks leven, i.p.v. geïdealiseerde zaken.

- Overbrengen van een ervaring: impressie van het moment.

- Schetsachtig, lichte kleuren.

Expressionisme

- Begin 20e eeuw.

- Politiek onrustig + industrialisatie.

- Avant gardes: kunstgroepen die maatsch. verandering willen. 

- Uiten van emoties:expressie. 

Abstracte kunst

- Vanaf de 20e eeuw - nu.

- Niet langer behoefte om werkelijkheid te weergeven.

- Lijnen, geometrie, (primaire) kleuren.

- Harmonie, vertaald naar de maatschappij: iedereen gelijk.

Minimalisme

- Rond jaren '60.

- Vooral in ruimtelijke kunst (sculpturen, etc.)

- Reactie op uitbundige expressionisme. 

- Simpele vormen, eenvoudige materialen. 

- Vaak in de buitenlucht: kunst in openbare ruimte - relatie omgeving.

Popart

- "Populaire cultuur": kunst voor iedereen.

- Vaak verwijzingen naar alledaagse cultuur. 

- Appropriatie: kopiëren van bestaand beeld.

- Groot, kleurrijk, opvallend.

Hoe kijk je naar beeldende kunst?

Kijkvolgorde: 

1. Voorstelling

2. Vormgeving

3. Compositie

- Vorm

- Kleur

- Ruimte en licht

- Materialen en technieken

Oefenen met beeldende kunst

Maak het werkblad serieus, dan kan je oefenen voor de toets!
Gebruik het boek.

We bespreken het samen na. 

Oefenen

Maak het opdrachtenblad voor één van de vijf kunstwerken.

Op de toets wordt het onder andere belangrijk een kunstwerk in een stroming te kunnen plaatsen en elementen van voorstelling, vormgeving en compositie te kunnen benoemen of verklaren.

25 minuten: daarna bespreken.

Werk in stilte.

Afsluiten

- Hebben jullie het idee dat je gerichter kan kijken naar beeldende kunst?

- Nog vragen?