4VWO- SEMANA 1 (2) LUNES 9, MARTES 10 Y JUEVES 12-1-23

• Spaans
• Voortgezet speciaal onderwijs
• Leerroute 4

LUNES 12-12-22

Este año quiero...

y no quiero...

Schrijf 2 zinnen (en español)  over wat jij WEL wil dit jaar doen/ bereiken.

Schrijf 2 zinnen (en español) over jij NIET wil herhalen/ doen dit jaar.

¡Feliz año nuevo!

EL DÍA

LA FECHA

HOY ES LUNES 9 DE ENERO DE 2023

¿ES HOY UN DÍA ESPECIAL?

PROPÓSITOS PARA EL 2023

PERIODO 2

DESDE EL 5/12/22 AL 12-4-22

PA 2 + PASO ADELANTE 2 

CAPÍTULOS 3 Y 4

PA 2 + PRÁCTICA TEXTOS CITO 

EL LUNES   Y EN CASA

LEESDOSSIER

1 HORA DE CLASE POR SEMANA

EL MARTES

PRÁCTICA KIJKLUISTER

EL JUEVES Y EN CASA (MIRA EL STUDIEWIJZER)

PA 2  -SEGUIMOS CON EL CAP.3

Schrijf een text waarin je iets zegt over:

je ogen, je haar, je lengte, de kleding en schoenen
die je draagt. 

Tengo_________________________________________________.

Tengo ________________________________________________.

Soy ___________________________________________________.

Llevo__________________________________________________.

Me gusta/n ____________________________________________.

No me gusta/n _________________________________________.

BEGINTAAK

TB PG. 28/29

¿DE QUÉ TRATA EL TEXTO DE LA PÁGINA 28?

¿QUÉ SIGNIFICA 'CONSEJOS'?

¿DE QUÉ TRATA EL TEXTO DE LA PÁGINA 29?

Waar kom je achter als je de test maakt?

¿QUÉ ESTILO DE ROPA TE GUSTA?

ME VISTO....

VOY SIEMPRE VESTIDO/A...

ME GUSTA LA ROPA....

ME GUSTA COMBINAR...

LLEVO ROPA....

(NO) TENGO ESTILO....

A LA MODA

COLORES

PROPIO

A MI MANERA

BARATA

DEPORTIVA

DE MARCA

HAZ COMBINACIONES
(hay diferentes posibilidades)

¿QUÉ ESTILO DE ROPA TE GUSTA?

TRABAJAMOS DE FORMA INDIVIUDAL

• ¿CÓMO ES TU MEJOR AMIGO/A?

DESCRIBE SU ASPECTO FÍSICO Y SU CARÁCTER.

• ¿CÓMO ERES TÚ?
  DESCRIBE TU ASPETCO FÍSICO Y TU CARÁCTER
  
  

ESCRIBE UN TEXTO DE MÍNIMO 40 PALABRAS PARA ENTREGAR.

(OM IN TE LEVEREN)

CONTROLA TU TEXTO Y MEJÓRALO

TRABAJA EN LAS CORRECCIONES
DE TU TEXTO

MARTES 10-1-23

POBRE ANA

(moderna)

AUTOR: BLAIN RAY

REPASO CAPÍTULO 2

OBJETIVOS

Aan het eind van de les heb je het tweede hoofdstuk van het boek gelezen en begrijpen.

SUCCESCRITERIA

Dit weet je over Ana:

1. wat voor problemen ze krijgt in H2.
2. waarom is ze verdrietig.
3. wat krijgt ze te horen op school.
4. waarom wil Ana dat doen.
5. Wat zegt zijn vader daarover.

¿TE ACUERDAS?

Weet je het nog?

POBRE ANA

(moderna)

AUTOR: BLAIN RAY

CAPÍTULO 3

OBJETIVOS

Aan het eind van de les heb je het derde hoofdstuk van het boek gelezen en begrijpen.

SUCCESCRITERIA

Dit weet je over Ana:

• Wat is de belangrijkste gebeurtenis in hoofdstuk 3? 
• Hoe kan Ana communiceren met haar familie en vrienden?
• Hoe is haar nieuwe familie en hoeveel mensen er zijn?
• Benoem twee verschillen tussen de familie van Ana in California en die in haar nieuw land.

MI CASA ES TU CASA

¿QUÉ PASA EN EL CAP. 3?

TRABAJA EN PAREJAS

COMENTA CON TU COMPAÑERO/A QUÉ PASA EN EL CAP. 3

CAMBIA DE PAREJA Y COMENTA OTRA VEZ

TRABAJA EN PAREJA

HAZ TODAS LAS TAREAS DEL CAPÍTULO 3

TIENES 25 MINUTOS 

JUEVES 12-1-23

OBJETIVOS

Aan het eind van de les heb je het derde hoofdstuk van het boek gelezen en begrijpen.

SUCCESCRITERIA

Dit weet je over Ana:

• Wat is de belangrijkste gebeurtenis in hoofdstuk 3? 
• Hoe kan Ana communiceren met haar familie en vrienden?
• Hoe is haar nieuwe familie en hoeveel mensen er zijn?
• Benoem twee verschillen tussen de familie van Ana in California en die in haar nieuw land.

CONTROLAMOS

CONTROLAMOS

4

5

3

ATENCIÓN: en la pregunta 5 hay un error. ¿Cuál es?

CONTROLAMOS

6

7

CONTROLAMOS

OBJETIVOS

Aan het eind van de les heb je het derde hoofdstuk van het boek gelezen en begrijpen.

SUCCESCRITERIA

Dit weet je over Ana:

• Wat is de belangrijkste gebeurtenis in hoofdstuk 3? 
• Hoe kan Ana communiceren met haar familie en vrienden?
• Hoe is haar nieuwe familie en hoeveel mensen er zijn?
• Benoem twee verschillen tussen de familie van Ana in California en die in haar nieuw land.

OBJETIVOS

Aan het eind van de les ken je een nieuwe verleden tijd in het Spaans.

SUCCESCRITERIA

• Je weet de vervoeging van de derde persoonsvorm enkelvoud en meervoud van alle drie groepen werkwoorden.
  
  
  
• Je kent minimaal 2 werkwoorden van deze groepen en weet wat deze betekenen.

TRABAJA CON UN COMPAÑERO/A

EJ. 9.1 Y 9.2

HAZ LOS EJ. 9.3 Y 9.4