6-12-24

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 1

Module 2 - les 3

"Wie schrijft, die blijft"

Nodig voor deze les:

• Schrijfplan (afgedrukt voor student/tweetal)
• Stappenplan (afgedrukt voor student/tweetal)
• Een (onbekend) prentenboek voor opdracht creatief schrijven
• Rubric / beoordelingslijst (afgedrukt voor student/tweetal)

Programma

Lezen

Planning

Leestekens 

Opdracht creatief schrijven

Uitleg eindproduct

Stappenplan schrijven verhaal prentenboek

Groepen indelen

Schrijfplan invullen

Taalverzorging

Werktijd Studiemeter

Lezen

Planning

Week	Week	Onderdeel	Les
47	18 - 22 november		1
48	25 - 29 november		2
49	2 - 6 december		3
50	9 - 13 december	Schrijfplan inleveren	4
51	16 - 20 december		5
52 en 01	23 december - 5 januari	Kerstvakantie
02	6 - 10 januari		6
03	13 - 17 januari		7
04	20 - 24 januari	Stageweek
05	27 - 31 januari	Bijzondere lesweek	30 januari 11.59u inleveren

LEESTEKENS

• Waarom zijn ze belangrijk? 

- Pas op Klaas. 

- Pas, op Klaas 

- Pas op, Klaas!

Welke zin is goed?

1. Wat zij gehaald had, kon echt niet.
2. Wat zij gehaald had kon echt niet.
3. Wat zij gehaald had: kon echt niet.

Welke zin is goed?

1. Er zijn twee opties: Het gaat door of het gaat niet door
2. Er zijn twee opties: het gaat door of het gaat niet door
3. Er zijn twee opties. Het gaat door of het gaat niet door

Welke zin is goed?

1. Samengevat: het idee lijkt me erg leuk
2. Samengevat het idee lijkt me erg leuk.
3. Samengevat, het idee lijkt me erg leuk

Welke zin is goed?

1. De zomer was mooi, vooral augustus was zonnig.
2. De zomer was mooi; vooral augustus was zonnig.

LEESTEKENS

Het is donker in het oude huis de wind huilt om de hoeken ik hoor gekraak op de zolder ik durf niet omhoog te kijken maar ben toch nieuwsgierig langzaam loop ik de trap op mijn hart bonst in mijn keel boven aangekomen zie ik een schim bewegen ik wil weglopen maar mijn benen geven het niet ik blijf staan en roep wie is daar de schim draait zich om het is mijn kat die een muis achterna zat opgelucht lach ik en aai hem over zijn kop

• 
  

LEESTEKENS

Het is donker in het oude huis, de wind huilt om de hoeken. Ik hoor gekraak op de zolder. Ik durf niet omhoog te kijken, maar ben toch nieuwsgierig. Langzaam loop ik de trap op, mijn hart bonst in mijn keel. Boven aangekomen, zie ik een schim bewegen. Ik wil weglopen, maar mijn benen geven het niet. Ik blijf staan en roep: "Wie is daar?" . De schim draait zich om: het is mijn kat die een muis achterna zat!  Opgelucht lach ik en aai hem over zijn kop. 

Schrijf het vervolg (met leestekens!)

Bedenk een vervolg van dit verhaal. 

Schrijf het vervolg, zorg dat het een fantasieverhaal is. 

Gebruik leestekens! 

(. , ? ! : ; " ) 

Schrijf het vervolg (met leestekens!)

In een dorp waar iedereen een superkracht had, was er een jongen die alleen maar kon snurken. "Ik baal er zo van!" riep de jongen gefrustreerd. "Iedereen heeft een superkracht, maar ik kan niks." Toen wist de jongen nog niet dat zijn superkracht heel erg handig zou blijken...

Uitleg opdracht eindproduct

Eisen:

• Prentenboek
• Zelf geschreven
• Kaft (voor en achter)
• Minimaal 500 woorden (verdeel de tekst over de pagina's: denk na over het aantal woorden per pagina). 
• Flaptekst 
• Taalspecifieke kenmerken zijn voldoende

-> Rubric / beoordelingseisen

Stappenplan

Stappenplan schrijven prentenboekverhaal

Hoe wil je werken?

Individueel of in een tweetal?

Schrijfplan

Schrijfplan (voorbeeld)

Of werk de stappen 1 t/m 4 op je eigen manier in Word uit.

Schrijfplan

• Kies een doelgroep.
• Kies een onderwerp.
• Kies de meest passende en boeiende gebeurtenissen en situaties die in je verhaal kunnen voorkomen en noteer deze. 

Schrijfplan (vervolg)

• Ontwikkel de personages. Noteer de karakters met een beknopte beschrijving.
• Denk na over het conflict of probleem dat je hoofdpersonage zal tegenkomen.  

Schrijfplan (vervolg)

De regel van 'drie'

Voordat de hoofdpersoon zijn probleem oplost, moet hij eerst drie obstakels overwinnen of komt hij drie personen tegen die hem in de juiste richting duwen. 

- Donald Duck en zijn 3 neefjes

- De wolf en de 3 biggetjes

- De Gruffalo komt een vos, een uil en een slang tegen. 

Opdracht: invullen van het schrijfplan

Je schrijfplan lever je in bij de docent. 

Zorg dat je dit uiterlijk 13 december vóór de les hebt ingeleverd. 

Als je een 'akkoord' hebt gekregen, mag je gaan starten met het schrijven van het verhaal. 

Taalverzorging

Les naar keuze uit map "Taalverzorging" LessonUp

N.B.: Docent bepaalt hier zelf waar de klas op dit moment aan toe is. De PPT geldt als een suggestie

Starttaal 2F

• Werken aan taalverzorging 2F o.b.v. je instaptoets.
• 
  
• Denk aan je actieplan/reflectie van module 1
     -> Hoe zorg jij dat je aan het eind van periode 3 klaar bent voor de eindtoets?
     -> Wat ga jij zelf doen?
     -> Wat heb je nodig van je docent? 

Afsluiting en evaluatie