3.5 Nederland: de zee klopt op de voordeur

3.5 Nederland: de zee klopt aan de voordeur 
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

3.5 Nederland: de zee klopt aan de voordeur 

Slide 1 - Diapositive

Herhaling: welke risicogebieden voor
overstromingen ken je?

Slide 2 - Carte mentale

Leerdoelen
  • Je weet welke soorten polders er zijn en dat er misverstanden bestaan over de veiligheid
  • Je begrijpt waarom het overstromingsrisico van Laag-Nederland toeneemt en hoe men daar de kust tegen beschermt
  • Je kunt op de kaart van Nederland verschillende polders en kustgedeelten aanwijzen 

Slide 3 - Diapositive

Wat betekent de afkorting "NAP"?
A
Nieuw Amsterdams Polder
B
Nieuw Amsterdams Peil
C
Normaal Amsterdams Polder
D
Normaal Amsterdams Peil

Slide 4 - Quiz

3.5 Nederland: de zee klopt aan de voordeur 

Slide 5 - Diapositive

Groot gedeelte onder NAP

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

De zeespiegel stijgt
  • Klimaatverandering

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Polder
  • Een door dijken omgeven stuk land waarin de waterstand kunstmatig kan worden geregeld (door een molen/gemaal)
  • Niet pompen = vol lopen van de polder = verzuipen

Slide 11 - Diapositive

4 soorten polders
Zeepolders 
Polders vlak bij zee, land is gewonnen van de zee. Omgeving Zeeland, Friesland. 


Veenpolders 
Polders in laagveengebieden, wat eerst een soort moeras was is nu een stuk land. Onze omgeving (Woerden, Kamerik, Vinkeveen)




Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Vidéo

4 soorten polders
Droogmakerijen
Vroeg een plas/meer, hier is ook een dijk omheen gebouwd en daarna langzaam leeggepompt. 


IJsselmeerpolders

Grote stukken van de Zuiderzee zijn hier leeggepompt.
Nu bijvoorbeeld Flevoland. 

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Vidéo

Slide 16 - Diapositive

Inklinking
  • Om de gebieden bewoonbaar te maken/houden moeten ze blijvend het bodemwater wegpompen.
  • Een nadeel is dat de gebieden hierdoor inklinken

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Vidéo

Inklinken
  • Bodemwater wegpompen --> grond wordt stevig(er)
  • Water weg --> grond heeft ruimte om te zakken.
  • Zie het als een soort spons.

Slide 19 - Diapositive

Zeereep
  • Kustafslag vindt plaats tot aan de eerste rij duinen
  • De zee bereikt deze duinen vaak pas tijdens een storm
  • Deze duinen noemt men de zeereep

Slide 20 - Diapositive

Dynamisch kustbeheer
  • Niets doen en in de gaten houden waar dit kan (dynamisch kustbeheer)

  • Waar nodig zand laten opspuiten (zandsuppletie) vooral op plekken waar de duinenrij niet groot is. Ook na kustafslag. 

Slide 21 - Diapositive

Kustafslag
Duinen worden gevormd door het zand wat op de kust waait.
Door de golven die nu tegen de duinen slaan, breken de duinen af.  Door erosie van het water verdwijnen er stukken duin. 

Slide 22 - Diapositive

Wat kun je eraan doen?

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

To do:
3.5 opdracht 


Klaar? Nakijken!

Slide 25 - Diapositive

Met welk probleem hebben de duinen in Nederland te maken?
A
Zandsuppletie
B
Duinvervorming
C
Duinvorming
D
Kustafslag

Slide 26 - Quiz