1.4 Het boodschappenmandje van het CBS

H1 Wat heb je nodig?
1.4 Het boodschappenmandje van het CBS
1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 25 min

Éléments de cette leçon

H1 Wat heb je nodig?
1.4 Het boodschappenmandje van het CBS

Slide 1 - Diapositive

1.4 Het boodschappenmandje van het CBS
Leerdoelen
  • Ik weet wat het CBS doet.
  • Ik kan een indexcijfer berekenen.
  • Ik kan het CPI berekenen.

Slide 2 - Diapositive

1.4 Het boodschappenmandje van het CBS
CBS
  • Centraal Bureau van Statistiek houdt de ontwikkeling van prijzen bij.
  • Het CBS gebruikt hiervoor indexcijfers.
  • Een indexcijfer laat de procentuele verandering zien ten opzichte van het basisjaar.

Slide 3 - Diapositive

1.4 Het boodschappenmandje van het CBS
Indexcijfer
Een broek kost in het basisjaar € 30.
Een broek kost nu € 35.

€ 35 : € 30 x 100 =  116,7

Slide 4 - Diapositive

In het basisjaar kost een paar schoenen € 95.
Nu kost het paar € 98.
Wat is het CPI?

Slide 5 - Question ouverte

1.4 Het boodschappenmandje van het CBS
Indexcijfer
  • Het indexcijfer berekenen
     
      indexcijfer = nieuwe prijs : prijs basisjaar x 100

  • De consumentenprijsindex (CPI) volgt de stijging van de consumentenprijzen.
  • Het CPI bepaalt of er sprake is van inflatie of deflatie.


Slide 6 - Diapositive

Welke uitgave neemt volgens jou de grootste hap uit het gemiddelde gezinsbudget?
A
Vervoer en communicatie
B
Voeding en drank
C
Wonen en energie
D
Kleding en schoenen

Slide 7 - Quiz

weging
indexcijfer
wonen en recreatie
25
108,5
vervoer en communicatie
15
103,9
voeding en drank
12
105,8
diverse goederen en diensten
11
108,0
recreatie en cultuur
10
106,7
...
...
....
totaal
100

Slide 8 - Diapositive

1.4 Het boodschappenmandje van het CBS
Samengesteld gewogen indexcijfer 
  • Het CPI is samengesteld uit verschillende artikelgroepen.
  • Niet elke artikelgroep weegt even zwaar op het gezinsbudget.
      bv. uitgaven voor woning en energie wegen zwaarder dan uitgaven voor recreatie.
  • Bij het samengesteld gewogen indexcijfer houdt men hier rekening mee. 

gewogen indexcijfer per artikelgroep = indexcijfer x weging

Slide 9 - Diapositive

weging
indexcijfer
gewogen indexcijfer
wonen en recreatie
25
108,5
2.712,5
vervoer en communicatie
15
103,9
1.558,5
voeding en drank
12
105,8
1.269,6
diverse goederen en diensten
11
108,0
1.188,0
recreatie en cultuur
10
106,7
1067,0
...
...
....
...
totaal
100
x
x
x
x
x
=
=
=
=
=

Slide 10 - Diapositive

1.4 Het boodschappenmandje van het CBS
CPI - berekenen
Het CPI is het samengesteld gewogen indexcijfer.

  1. Vermenigvuldig het indexcijfer van iedere artikelgroep met de bijbehorende wegingsfactor.​
  2. Tel alle uitkomsten van stap 1 bij elkaar op.​
  3. Deel je uitkomst van stap 2 door het totaal van alle wegingen. ​
  4. Je uitkomst is het consumentenprijsindexcijfer.



Slide 11 - Diapositive

1.4 Het boodschappenmandje van het CBS
Leerdoelen
  • Ik weet wat het CBS doet.
  • Ik kan een indexcijfer berekenen.
  • Ik kan het CPI berekenen.

Slide 12 - Diapositive