2425 Argumentatie H4

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

2425 Argumentatie klas 4

. 

Stelling en argument

A. Het wordt wel weer tijd voor vakantie. 

B. We hebben onszelf vermoeid.

A= stelling; B= argument

Want en dus

Het wordt tijd voor vakantie WANT we hebben onszelf vermoeid.

S want A

We hebben onszelf vermoeid DUS het wordt tijd voor vakantie.

A dus S

De film is waarschijnlijk afgelopen. De bioscoop is al leeggestroomd.

1. Stelling - argument
2. Argument - stelling

Er ligt een dun laagje ijs op de sloot. Het vriest kennelijk.

1. Stelling - Argument
2. Argument - Stelling

Het financieringstekort is nauwelijks kleiner geworden: het kabinetsbeleid is mislukt

1. Stelling - Argument
2. Argument - Stelling

Hij heeft dit jaar met het tweede elftal grote verliezen geleden. Hij promoveert denk ik niet meer tot hoofdtrainer.

1. Stelling - -Argument
2. Argument - Stelling

Motorrijden is ongevaarlijk. Er gebeuren meer ongelukken met auto’s dan met motoren.

1. Stelling - Argument
2. Argument - Stelling

Argumentatiestructuur

Onderschikkend of nevenschikkend

Zet in een structuur:

(A)Het is een goed idee in die wijk sportveldjes aan te leggen. (B) Dan zal de overlast van hangjongeren minder worden. (C)Jongeren worden immers prettiger in de omgang als ze zich niet vervelen. (D)Bovendien zal de algehele gezondheid van de jongeren verbeteren. (E) Regelmatig sporten is goed voor lichaam en geest.

(A)Natuurgebieden in ons land mogen niet worden opgeofferd aan onze tomeloze energiebehoeften. (B)Grondstoffen zijn tenslotte schaarse goederen. (C)Een gebied als de Waddenzee is uniek in heel Europa: (D)nergens vinden zoveel watervogels een rustige broedplaats. (E) Bovendien hebben we meer dan genoeg aan het gas van Slochteren.