NOVA 2HV - 5.1 taak 1 - stroomsterkte

• Natuurkunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

H2 Stoffen - 2.3 massa en volume

NOVA - 2 havo / vwo

H5 - ELEKTRICITEIT

5.1 - EEN STROOMKRING MAKEN

taak 1 - stroomsterkte

ELEKTRICITEIT
waar denk je aan ?

Waar is de volgende zin
juist omschreven in natuurkundetaal:

De stroomsterkte is 5 Ampère.

1. I = 5
2. A = 5 I
3. A = 5 A
4. I = 5 A

01:34

Wat is de functie van een batterij?

1. levert elektrische energie
2. zet elektrische energie om in licht en warmte
3. geeft warmte af
4. geeft licht af

01:34

Wat heb je NIET nodig
voor een gesloten stroomkring?

1. batterij
2. lamp
3. schakelaar
4. snoertjes

01:34

Welke van onderstaande antwoorden
is een voorbeeld van een isolator?

1. goud
2. ijzer
3. kunststof
4. staal

01:34

Wat kun je vertellen over een geleider?

(meerdere antwoorden mogelijk)

1. de stroom gaat er makkelijk doorheen
2. de stroom gaat er niet makkelijk doorheen
3. heeft een grote weerstand voor elektrische stroom
4. heeft een lage weerstand voor elektrische stroom

01:34

Wat is de functie van het lampje?

1. elektrische energie omzetten in licht
2. elektrische energie omzetten in warmte
3. elektrische energie omzetten in licht en warmte
4. licht omzetten in warmte

01:34

Waarom moet er in een
stroomkring met een lampje
ook een snoertje
terug naar de batterij?

1. zodat je alle snoertjes gebruikt
2. zodat de batterij niet te warm wordt
3. zodat de lamp niet te warm wordt
4. zodat de stroom rond kan gaan

Reken om:

75 A = ..... mA

1. 0,075 mA
2. 7,5 mA
3. 750 mA
4. 75000 mA

Reken om:

19 mA = ..... A

1. 0,019 A
2. 0,19 A
3. 190 A
4. 19000 A

Welke grootheid
meet je met
een stroommeter?

1. A
2. I
3. U
4. V

In een stroomkring wordt elektrische energie geleverd door

De elektrische energie wordt vervoerd via

Een                                  zet de energie om in                                    en 

Dit kan alleen als de stroomkring                                  is.  

Stoffen die de stroom slecht doorlaten noem je 

Stoffen die de stroom goed doorlaten noem je 

lamp

geleiders

koperdraden

licht

spanningsbron

warmte

isolatoren

gesloten

                         

Stroomsterkte is een 

Het symbool voor stroomsterkte is  

Je meet de stroomsterkte met een 

Je gebruikt de maat (= eenheid)                                            voor stroomsterkte. 

Een stroomsterkte van   1 mA   is gelijk aan 

grootheid

eenheid

stroommeter

A

Ampère

I

spanningsmeter

Volt

1000 A

0,001 A

0,0001 A

Sommige stoffen laten elektrische stroom gemakkelijk door,
andere stoffen laten elektrische stroom niet of slecht door.
Zet de namen van de onderstaande stoffen in het juist vak.

ISOLATOR

GELEIDER

grafiet

hout

zuiver
water

koper

plastic

ijzer

kraan
water

aluminium

glas

goud

rubber

lucht

Vul in:

1. Een isolator laat de stroom ..... door.
2. Een isolator heeft dus een ..... weerstand.

1. 1. goed 2. grote
2. 1. goed 2. kleine
3. 1. slecht 2. grote
4. 1. slecht 2. kleine

Welke waarde geeft de stroommeter aan?

1. 0,5 Ampère
2. 3,7 Ampère
3. 0,37 Ampère
4. 0,037 Ampère

Welke waarde geeft de stroommeter aan?

1. 2,8 Ampère
2. 0,28 Ampère
3. 0,05 Ampère
4. 0,028 Ampère

BESTUDEER par 5.1 van je boek 
(plusstof niet voor HAVO, wèl voor VWO).

Noteer woorden en zinnen die je niet begrijpt 

en stel daarover vragen in de volgende les.

MAAK de opgaven van je boek:

HAVO opgave 1 t/m 9 + 11 

VWO opgave 1 t/m 6 en 9 + 10

KLAAR? herhaal dan de stof van vorige paragrafen
of werk door aan de volgende taak/paragraaf (overleg met je docent). 

Ik begrijp dit onderwerp....

😒🙁😐🙂😃

vragen
over deze paragraaf ?

0