3B - Theme 5: Much / many / few / little

Welcome :)
- Doe je jas uit en je telefoon UIT in de bak
- Ga zitten op je vaste plek
- Pak Alleen een pen


timer
3:00
1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

Welcome :)
- Doe je jas uit en je telefoon UIT in de bak
- Ga zitten op je vaste plek
- Pak Alleen een pen


timer
3:00

Slide 1 - Diapositive

Today:
Grammar:
- A lot of , much, many,  (a) few, (a) little 
- Practise!



Slide 2 - Diapositive

Hoe zeg je ' VEEL' in het Engels?
A
much
B
many
C
a lot of
D
lots of

Slide 3 - Quiz

Hoe zeg je ' WEINIG' in het Engels?
A
few
B
little

Slide 4 - Quiz

Hoe zeg je ' EEN PAAR/EEN BEETJE' in het Engels?
A
a few
B
a little

Slide 5 - Quiz

MUCH money
MANY coins and MANY banknotes

Slide 6 - Diapositive

Many gebruik je bij woorden die niet/wel in het meervoud staan.

Slide 7 - Question ouverte

Much gebruik je bij woorden die niet/wel in het meervoud staan.

Slide 8 - Question ouverte

There aren't VEEL students

Slide 9 - Question ouverte

Much vs. Many = veel. Bij vragen en ontkenningen

"Much" = ontelbare woorden. Hier is ook geen meervoud van.
much money, much water, much time

"Many" = telbare woorden. Deze kun je wél in het meervoud zetten.
many dollars, many bottles of water, many minutes

Slide 10 - Diapositive

MUCH
= ontelbaar (EV)
Je kan er geen 1, 2, 3 voorzetten.



* much space
* much water
* much money
* much coffee
* much sand
* much time
MANY
= telbaar (MV
Zie S aan het eind.
Je kan er vaak 1, 2, 3, voorzetten.


* many rooms
* many bottles
* many coins
* many cups
*many minutes

* many children
* many people
= veel =

Slide 11 - Diapositive

Many
Much
Money
Food
Donut
Sweater
People
Time

Slide 12 - Question de remorquage

Little vs. Few = een beetje / paar
"A little" = ontelbare woorden (geen meervoud)
a little money, a little water, a little time

"A few" = telbare woorden (wel meervoud)
a few dollars, a few bottles of water, a few minutes

Little / Few (zonder "a") = weinig

Slide 13 - Diapositive

LITTLE
= ontelbaar (EV)
Je kan er geen 1, 2, 3 voorzetten.



* little space
* little water
* little money
* little coffee
* little sand
* little time
FEW
= telbaar (MV
Zie S aan het eind.
Je kan er vaak 1, 2, 3, voorzetten.


* few rooms
* few bottles
* few coins
* few cups
*few minutes

* few children
* few people
= WEINIG =
a little = een beetje
a few = een paar

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

I have WEINIG homework
A
few
B
little
C
a few
D
a little

Slide 16 - Quiz

I don't have VEEL friends
A
much
B
many

Slide 17 - Quiz

My friend likes VEEL youtubers
A
much
B
many
C
a lot of

Slide 18 - Quiz

My uncle earns VEEL money.
A
many
B
much
C
a lot of
D
lots of

Slide 19 - Quiz

I don't have VEEL money
A
much
B
many

Slide 20 - Quiz

I have EEN PAAR hobbies
A
few
B
little
C
a few
D
a little

Slide 21 - Quiz

I have EEN BEETJE motivation
A
few
B
little
C
a few
D
a little

Slide 22 - Quiz

I have WEINIG video games
A
few
B
little
C
a few
D
a little

Slide 23 - Quiz