Begin 20e eeuw zijn er een aantal kunstenaars die geloven in een nieuwe, ideale samenleving. Hun kunst zou daar een bijdrage aan kunnen leveren.
Slide 12 - Diapositive
Amsterdamse School
Vernieuwende Huizen voor arbeiders
"Arbeiderspaleizen"
Gevarieerd metselwerk, golvende muurvlakten en massieve bouwvolumes
Slide 13 - Diapositive
.....ismes
In het begin van de 20ste eeuw ontstaan er door al deze vernieuwingen in het leven van de burger meer vrijheden. In de kunst zien we deze nieuwe vrijheden terug in de vele nieuwe kunststromingen. De zogenaamde -ismes van de 20e eeuw.
Slide 14 - Diapositive
Expressionisme
Het zo vrij mogelijk kunnen uiten van je emoties
Eerst doen, dan denken
Abstraheren van de werkelijkheid
Gevoel van de kijker in ondergeschikt aan het gevoel van de kunstenaar
Slide 15 - Diapositive
Felle kleuren om de focus te leggen op een onderwerp
Grove penseelstreken om snel emotie vast te leggen
Grote kleurcontrasten in de werken
Basis connecties tussen kleur en emotie
Slide 16 - Diapositive
Kubisme
Niet kijken met gevoel, maar met het verstand analyseren
Wiskundige vormentaal zonder perspectief
Alsof je een spiegel breekt en de stukjes weer samenvoegt
Vaak niet-westerse invloeden
"Alle vormen in de natuur zijn opgebouwd uit oervormen"
Slide 17 - Diapositive
Kunstenaars lieten zich tussen 1900 en 1950 "inspireren" door andere culturen.
Er werd veel kunst uit de koloniën gestolen omdat dit 'nieuw' en 'spannend' was voor het publiek
Slide 18 - Diapositive
Wat zijn de overeenkomsten tussen het geschilderde gezicht van Picasso en het masker?
Slide 19 - Question ouverte
De vormen worden in het verloop van de tijd steeds kleiner
De kleuren worden steeds minder fel
"terug naar de basis"
Sterke overtuiging dat alle vormen in de natuur bestaan uit deze zes vormen