Link Les 14

• NT2
• Voortgezet speciaal onderwijs
• Leerroute 2

Les 14

Wat ga je oefenen/leren?

1. Je skypet met familie.
2. Je leest over trouwen, samenwonen en scheiden.
   
3. Je schrijft en praat over een bruiloft.
   
4. Je schrijft en praat over uiterlijk en karakters in je familie.

Familie

De stamboom

• Kijk naar de volgende stamboom: wie zie je?
• Opdracht 1: maak je eigen stamboom
• Opdracht 2: bespreek je stamboom met je buur
• Opdracht 3: vertel 3 dingen over de stamboom van je buur aan de klas

Taak 1: Kun je me goed horen?

1. We luisteren naar de tekst: onderstreep de nieuwe woorden
2. We bespreken de tekst
3. We bespreken de nieuwe woorden

Uitspraak en intonnatie

 'Is hij [isie] nieuw?'

'Jij mag eerst vertellen'

'Wat heb je dit weekend gedaan?'

'Ben je nog naar buiten geweest?'

'Ik ben lekker binnen gebleven'

'Ik heb drie films gekeken'

Vervolg:

'Ik heb een taart gebakken'

 'Ik heb ook niet zoveel gedaan'

'Is er verder nog nieuws?'

'het vriest'           'afschuwelijk'

'gehaktballen'             'niets bijzonders'

'skypen'.

Opdrachten maken:

2: doe de opdracht samen

3: Maak de opdracht zelf, we kijken samen na

4: Maak de opdracht zelf, we kijken samen na

5: Doe de opdracht samen

6: Doe de opdracht samen

7: Jij gaat nu Skypen met een familielid of met een vriend/in: Maak per twee een gesprekje.

Taak 2: Kun je me goed horen?

1. Docent leest de tekst voor: onderstreep de nieuwe woorden
2. We bespreken de tekst
3. We bespreken de nieuwe woorden

Opdrachten maken:

2: Maak de opdracht zelf, we bespreken samen

3: Doe de opdracht samen

Taak 3: Hoe gaat een bruiloft in je eigen land?

1: We luisteren naar de tekst: onderstreep de nieuwe woorden

2: Lees de tekst per twee luidop

3: Maak de opdracht zelf, we bespreken samen

4: Maak de opdracht zelf

5A: Luister naar de opdracht (7. doe de taak) en werk samen

5: Vertel elkaar over een bruiloft in je eigen land (boek)

Taak 4: Op wie lijk je? (ONLINE)

1. Luister naar de tekst en onderstreep de nieuwe woorden
   
2. We bespreken de nieuwe woorden en de tekst
3. Maak online opdracht 2 tot 6 zelf

Taak 4: Op wie lijk je? (Boek/online)

1. Maak opdracht 2 in je boek, we bespreken de oefening
2. Maak opdracht 3 in je boek, we bespreken de oefening
3. We luisteren samen naar en doen de spreekopdracht (4.7.4)
4. Maak opdracht 4/5/6 in je boek
5. Doe samen opdracht 6

Vervolg: online

• Opdracht 8: Spel: beschrijf een persoon 
• Extra opdracht: beschrijf een persoon in de klas

• Opdracht 9: schrijf over een belangrijke persoon in je leven

Slotopdracht

1. De man van je zus is je....

2. De zoon van je moeder is je...

3. De broer van je vader is je...

4. De vrouw van je broer is je...

5. De zus van je moeder is je ...

6. De moeder van je moeder is je ...

7. De vader van je moeder is je ...

8. De zoon van je oom is je ...

9. De dochter van je oma is je ...

10. De zoon van je opa is je ...