Les 6 periode 7 cohort 2021 tweedejaars

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 2

Les 6 periode 7

NEDERLANDS TWEEDEJAARS COHORT 2021

april  2023

LAATSTE LES VAN DEZE PERIODE. 

- Terugblik vorige les;

- wanneer haal je je studiepunt?

- veelvoorkomende schrijffouten:korte herhaling;

- juist verwijzen: die, dat, wat;

- hun hebben....?? Wanneer gebruik je hun en hen?

- betoog (huiswerk voor vandaag). 

Planning van de les 

studiepunt Nederlands:

In Teams:

• huiswerkopdracht 2 (zakelijke brief) gemaakt;
• huiswerkopdracht 4 (betoog) gemaakt en na feedback verbeterd: feedback ontvang je zo snel mogelijk (deze week): vandaag 3/4 of morgen 4/4 betoog inleveren! Feedback op betoog uiterlijk 14 april verbeterd.
• alle opdrachten die via de licentie van Nu Nederlands onder planning staan heb je gemaakt.
• DEADLINE:  VRIJDAG 14 APRIL 2023 

Geen studiepunt Nederlands:

• opdrachten onvoldoende uitgewerkt;
• betoog niet verbeterd;
• huiswerk Nu Nederlands (licentie) niet gemaakt.

Leerdoelen

Aan het eind van de les :

• voorkom je veelvoorkomende schrijffouten en maak je een grote kans je schrijfexamen te halen!
  
• Weet je welke feedback je hebt gekregen op je betoog en leer je wat je al goed doet en wat je nog kunt verbeteren;

MAAK AANTEKENINGEN!!

KORTE HERHALING

Interpunctie

De komma

Het moeilijkste leesteken.

Een komma zorgt ervoor dat je een zin makkelijker kunt lezen.

Het is een rustpunt in de zin.

Waarom komma's belangrijk zijn:

Komma: wanneer?

1. Zet een komma tussen twee persoonsvormen:

Als je het zo uitlegt, begrijp ik het beter.

2. Een komma voor een voegwoord

In deze zin gebruik je ook een komma, want er staat een voegwoord in deze zin.

Andere voegwoorden waar je een komma voor zet zijn: 

maar - omdat - daardoor - waardoor - dat - dus - terwijl - zodat - totdat - nadat - etc.

2. Komma voor een voegwoord

Je schrijft bijna altijd een komma (,) voor een voegwoord.

Dit komt omdat je twee zinnen aan elkaar voegt.

Voor de voegwoorden ’en’ en ’of’ zet je eigenlijk nooit een komma. Een voegwoord kan ook vooraan de zin staan.

Omdat ze te laat was, moest ze nablijven. 

Welke zin is juist?

1. Als de winkel sluit, ga ik naar huis
2. Als de winkel sluit ga ik naar huis

Waar hoort de komma?
'......dit mag omdat hij een coach is.

1. , omdat
2. omdat,

TIP: maak aantekeningen!

Als je weet waar je op moet letten, maak je minder fouten!

los, vast of met een streepje: wat weet je?

aan elkaar of los of met een streepje?

1. stageverslag
2. stage verslag
3. stage-verslag

wat is het juiste antwoord?

1. stage instelling
2. stage-instelling
3. stageinstelling

wat is het juiste antwoord?

1. reclame-afdeling
2. reclame afdeling
3. reclameafdeling

1. Beste mevrouw Van Dam,
2. Beste mevrouw van dam,
3. Beste mevrouw van Dam,

Dat

Je gebruikt 'dat' als je verwijst naar een onzijdig zelfstandig naamwoord: een het-woord.

Op school zag ik een meisje dat  als twee druppels water op jou leek!

(het meisje)

Die

Je gebruikt 'die' als je verwijst naar een de-woord.

Op school zag ik een jongen die  als twee druppels water op jou leek!    (de jongen )

Het -dat
De- die

Wat

• Na onbepaalde voornaamwoorden 
• iets, niets, alles, enige, iedereen, niemand
• Er is niets wat ik niet kan :)
  
  

Wat

• Na de overtreffende trap
• (beste, leukste, irritantste, meeste, eerste,..)
  
• Het mooiste wat er kan gebeuren...
  
  
• Als verwijzing naar een zin die ervoor staat
  
• Hij kwam vaak op bezoek, wat we zeer op prijs stelden.

Een kantoor ... leegstaat kan gebruikt worden voor vluchtingenopvang.

1. dat
2. wat

Het allerlaatste ... ik doe voordat ik naar bed ga is...

1. dat
2. wat

Onlangs kocht ik een pizza, ..... niet te eten was

1. dat
2. wat
3. die

Zij heeft haar tuinhuis moeten afbreken, ... ik heel sneu vind.

1. dat
2. wat

Tegen het raam tikte een roodborstje.....graag naar binnen wilde

1. dat
2. wat
3. die

Het allereerste .. ik doe als ik thuiskom, is de kat aaien.

1. dat
2. wat

Dat was volgens hem het spannendste... hij ooit heeft meegemaakt.

1. dat
2. wat

Wanneer je gebruik je hun, aan hen of zij?

Zij, hun, hen

Je gebruikt 'zij' als het om een onderwerp gaat.

• Zij zijn de hele nacht opgebleven om de bokswedstrijd te bekijken. 
• Hun zijn de hele nacht opgebleven om de bokswedstrijd te bekijken.  FOUT!

• Ik weet het niet zeker, maar zij zijn volgens mij niet uitgenodigd.

Hen

Je gebruikt 'hen' na een voorzetsel of als het om een lijdend voorwerp gaat.

• Wij staan achter hen in de rij (na een voorzetsel).
• Jullie gaan met hen mee. 

hen-> lijdend voorwerp

• Wie of wat + onderwerp+ gezegde
• Ik heb hen niet gezien!
• Wie heb ik niet gezien? 
• hen

hun-> meewerkend voorwerp

• Hoe vind je het meewerkend vw?
• Zet Aan wie of Voor wie voor het onderwerp, het gezegde en het eventuele lijdend voorwerp.
• Staat het woord -aan of het woord -voor in een zin, dan weet je al dat er een meewerkend voorwerp in de zin zit.

• De docent geef hun de verslagen weer terug (aan hen)

Ezelsbruggetje

Hen: met voorzetsel

Hun: 'zonder' voorzetsel

De gastvrouw geeft hun iets te drinken. (hun = aan hen)

De gastvrouw geeft aan hen iets te drinken.

De gastvrouw geeft ze iets te drinken.

Bezittelijk vnw -> hun

Anja noteert hen op de lijst -> lijdend voorwerp

 

Anja noteert hun gegevens op de lijst.

De trainer zei: '... moeten niet zeuren!"

1. zij
2. hun
3. hen

Ik heb ...dat boek gegeven.

1. zij
2. hun
3. hen

Ik vind het irritant als ... de hele tijd weglopen.

1. zij
2. hun
3. hen

De stank maakt ... misselijk.

1. hun
2. hen

Je kunt aan ... ook vragen of ze op het feestje komen.

1. hun
2. hen

Dit is niet mijn probleem, maar ... probleem.

1. hun
2. hen

Je kunt ... ook vragen of ze op het feestje komen.

1. hun
2. hen

Ik kan vandaag niet komen, want ....
bus is niet komen opdagen

1. me
2. mijn
3. kan allebei

OEFENINGEN NU NEDERLANDS STAAN VOOR JE KLAAR OVER DEZE ONDERWERPEN

GA NAAR LICENTIE;

NU NEDERLANDS 3F

PLANNING: ALLE OPDRACHTEN MAKEN.

DEADLINE 14 APRIL 2023.

+

twee schrijfopdrachten (zakelijke brief en betoog). Betoog moet zijn verbeterd na feedback.

Feedback op je betoog geef ik deze week. Dus betoog vandaag of uiterlijk morgen inleveren.