54e les

1 / 25
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 25 diapositives, avec diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Aujourd'hui,  c'est le lundi 7 février 
Bienvenue au cours de français!

Slide 3 - Diapositive

Aujourd'hui,  c'est le lundi 7 février 
Bienvenue au cours de français!

Slide 4 - Diapositive

AUJOURD'HUI                         Vandaag
  • Afronden APP 2 
  • Beginnen APP 3 METTRE  (nieuw werkwoord)
  • Les devoirs:
    -vandaag check APP 1
    - woensdag APP3 
    -voor vrijdag APP 1, 2 , les jours (1.3), les couleurs (1.2-5 etc)
    QUIZLET MAP IN CLASSROOM
  • Repetitie nakijken woe of vr. 

Slide 5 - Diapositive

Huiswerk APP 1 

Slide 6 - Diapositive

APP 2 -->  Boek p. 88              
  • Je gaat  nog een keer de vlog van Julien kijken.
  • Lees de antwoorden van exercice 1 en exercice 2  p. 88
  • Welke Franse woorden verwacht je te horen in de vlog?  

  • voorbeeld in vraag 2 van exercice 1: 
     Film d'action 

Slide 7 - Diapositive

APP 2: Maak aantekeningen       (1)
  • j'ai vu = ik heb gezien 
     (voir= zien) --> tu vois=  jij ziet  (1. 2)
                             --> on se voit = we zien elkaar (2.2)

Slide 8 - Diapositive

APP 2: Maak aantekeningen       (2)
  • je trouve que ... = ik vind dat ...
  • Voorbeeld:   combineer met zin : ce film est très bien. deze film is heel goed.
    --> Je trouve que ce film est très bien. Ik vind dat deze film heel goed is
    WERKWOORD IN HET FRANS BLIJFT OP DEZELFDE PLAATS ALS IN DE OORSPRONKELIJKE ZIN. 
    Je trouve que + zin 

  • On fait l' exercice 3B page 89 ensemble. 

Slide 9 - Diapositive

APP 2:  Exercice 3B, gebruik indien nodig woorden uit 3A

Slide 10 - Diapositive

APP 2: Maak aantekeningen       (3)
  • Je trouve que ...
  • vervoeging trouver --> vervoeging jou-er. (1.3)
    trouv-ER
    je trouve 
    tu trouves 
    il/ elle/on  trouve
    nous trouvons  
    vous trouvez  
    ils/elles trouvent  

Slide 11 - Diapositive

APP 2:   il met, j'ai mis --> nieuwe werkwoord METTRE
  • Livre page 94
  • On fait l'exercice 8A -1  ensemble.  

  • 1 Hij legt het voorwerp in zijn kast.
  •  Dus ik heb de film niet op de lijst gezet van mijn lievelingsfilms.
  •  trek aan
  •  heeft gedaan

Slide 12 - Diapositive

 METTRE    Lees en luister:  Exercice 8A-2 page 94

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Lien

APP 2   Exercice 5 nakijken
Boek p. 91 t/m 93

  • 1 informatie geven over de films
  • 2 a Mystère et danger
  •  b Un copain très spécial
  •  c Vacances de rêve … ou pas ?
  •  d Une autre personne, une autre vie
  •  e Chante-moi une chanson


Slide 15 - Diapositive

APP 3 --> METTRE 
  • Veel gebruikt werkwoord met vele betekenissen in het Nederlands
    leggen, zetten, opzetten, aantrekken, in doen etc

  • met METTRE kun je opeens heel veel zeggen in het FRANS  ;))

  • In het vak Frans in Frankrijk moesten we vaak synoniemen gebuiken om herhalingen van "mettre" te voorkomen. 

Slide 16 - Diapositive

APP 2   Exercice 6 nakijken
Boek p. 91 t/m 93
  • 1 a accident / reconnait / recherche ( / ne ... plus / parents / propre)
  •  b déménagement / bizarres / découvre ( / collège / sacs / danger)
  •  c vacances / sans parents / se compliquent ( / amusante / copains / survivre)
  •  d divorcés / garçon / guitare ( comédie musicale)
  •  e amitié / robot / compliquée

Slide 17 - Diapositive

APP 2   Exercice 6 nakijken
Boek p. 91 t/m 93
  • 2 a Mystère et danger, Vacances de rêve … ou pas ? Chante-moi une chanson
  • b geen
  •  c Une autre personne, une autre vie, Mystère et danger
  •  d Vacances de rêve … ou pas ?, Un copain très spécial, Chante-moi une chanson
  •  e Un copain très spécial
  • 3 B

Slide 18 - Diapositive

APP 2   Exercice 6 nakijken
Boek p. 91 t/m 93
  • 4 Na een auto-ongeluk wordt Asmarah door iedereen Julie genoemd en woont ze op een andere plek en bij andere ouders. Ze gaat op zoek naar haar eigen leven.
  • 5 a Er wordt niet gesproken.
  •   De docenten kijken niet naar de leerlingen.
  •  b Als ze grote plastic zakken vindt met heel zware dingen.


Slide 19 - Diapositive

APP 2   Exercice 6 nakijken
Boek p. 91 t/m 93
  • 6 a Ze gaan voor het eerst zonder ouders op vakantie.
  •  b Ze kunnen niet koken.
  •   Ze hebben geen geld om naar een restaurant te gaan.
  •  c De titel betekent: Een droomvakantie of toch niet?
  •   Een vakantie zonder ouders lijkt een droomvakantie. Maar in de praktijk blijkt het toch wel lastig zonder ouders.
  • 7 a Ses parents ... est dure.
  •  b Il joue ... beau sourire.
  •  c Une comédie ... de fées.

Slide 20 - Diapositive

APP 2   Exercice 6 nakijken
Boek p. 91 t/m 93
  • 8 a Faux, hij is er aanvankelijk niet blij mee.
  •  b Vrai.
  •  c Faux, het gaat over vriendschap tussen een robot en een jongen.
  • 9 un objet en métal, avec des yeux et une bouche
  •  een voorwerp van metaal met ogen en een mond
  • 10 a Il met l’objet dans son placard.
  •   Hij legt het ding in zijn kast.
  •  b Il met l’objet dans son placard.

Slide 21 - Diapositive

APP 2   Exercice 6 nakijken
Boek p. 91 t/m 93
  • 11 Chante-moi une chanson
  •  elle rencontre le garçon de ses rêves / le musicien timide
  • 12 a groen: rêves, la vie en rose, magnifiques, adoré
  •   rood: malheureuse, j’ai du mal, trop cliché (eventueel: toute simple)
  •  b gemiddeld (beetje clichéverhaal, maar goed gespeeld en goede muziek)
  • 13 Ster


Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Lien

Mettre et passé composé en poésie. 
Le déjeuner du matin       Jacques Prévert

  1. Je luistert naar het gedicht.
  2. Vul de werkwoorden in passé composé in.
  3. Bij "mettre" schrijf hoe je in het Nederlands
    zou vertalen.
  4. Hoeveel verschillende vertalingen
    van "mettre" heb je gevonden? 

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Vidéo