H2 grammatica blok 5 samengestelde zinnen

Enkelvoudige zin & Samengestelde zin
H2 grammatica blok 5
1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Enkelvoudige zin & Samengestelde zin
H2 grammatica blok 5

Slide 1 - Diapositive

Lesdoelen
  • Ik weet wat een enkelvoudige zin is
  • Ik weet wat een samengestelde zin is
  • Ik weet wat een hoofdzin is
  • Ik weet wat een bijzin is
  • Ik weet wat een voegwoord is

Slide 2 - Diapositive

Hoe vind je de persoonsvorm?

Slide 3 - Carte mentale

Noteer een zin met meerdere werkwoorden

Slide 4 - Question ouverte

Slide 5 - Vidéo

Hebben we het begrepen?

Slide 6 - Diapositive

Een samengestelde zin heeft maar één persoonsvorm
A
Juist
B
Onjuist

Slide 7 - Quiz

Een enkelvoudige zin heeft één persoonsvorm
A
juist
B
onjuist

Slide 8 - Quiz

Een samengestelde zin kan bestaan uit twee of meer samengevoegde zinnen.
A
juist
B
onjuist

Slide 9 - Quiz

Samengestelde zin
Enkelvoudige zin
Vandaag leer ik over samengestelde zinnen.
Ik ga naar school, omdat ik slim wil worden.
Ik kan een moeilijke en lange samengestelde zin herkennen.
Deze stof vind ik makkelijk en ik hoef niet veel te leren.

Slide 10 - Question de remorquage

Ik kan een enkelvoudige en samengestelde zin herkennen
Ja
Nee

Slide 11 - Sondage

wat weet je al van een hoofdzin en bijzin?

Slide 12 - Question ouverte

Hoofdzin
bij een hoofdzin staan de persoonsvorm en onderwerp naast elkaar en er kan geen woord tussen
Ik ben blij, omdat ik het snap.
Ik niet ben blij  

Slide 13 - Diapositive

Bijzin
Bij de bijzin kan er een woord tussen het onderwerp en persoonsvorm staan of geplaatst worden

ik ben blij, omdat ik het snap 

Slide 14 - Diapositive

Houd jij meer van een zonvakantie of bezoek je liever kerken en musea?
A
hoofdzin + hoofdzin
B
hoofdzin + bijzin
C
bijzin + hoofdzin

Slide 15 - Quiz

Of ik kan stagelopen bij dat tuincentrum, moet ik nog gaan onderzoeken.
A
hoofdzin + hoofdzin
B
hoofdzin + bijzin
C
bijzin + hoofdzin

Slide 16 - Quiz

Ga je mee naar de film vanavond of heb je al andere plannen?
A
hoofdzin + hoofdzin
B
hoofdzin + bijzin
C
bijzin + hoofdzin

Slide 17 - Quiz

Johnny pakt limonade, omdat hij dorst heeft.
A
hoofdzin, hoofdzin
B
bijzin, hoofdzin
C
hoofdzin, bijzin
D
bijzin, bijzin

Slide 18 - Quiz

We gaan met de klas naar Parijs en we zullen daar een week blijven.
A
Hoofdzin-hoofdzin
B
Hoofdzin-bijzin
C
Bijzin-bijzin
D
Bijzin-hoofdzin

Slide 19 - Quiz

Samengestelde zin: welke samenstelling kan niet voorkomen?
A
hoofdzin + hoofdzin
B
hoofdzin + bijzin
C
bijzin + bijzin
D
bijzi + hoofdzin

Slide 20 - Quiz

Terwijl moeder het beslag maakt, zet Evi de oven aan.
A
bijzin + hoofdzin
B
hoofdzin + hoofdzin
C
bijzin + bijzin
D
hoofdzin + bijzin

Slide 21 - Quiz

Ik heb buikpijn, maar ik ga toch naar school.
A
bijzin, hoofdzin
B
hoofdzin, hoofdzin
C
bijzin, bijzin
D
hoofdzin, bijzin

Slide 22 - Quiz

Ik kan nu aangeven of het een hoofdzin of bijzin is.
😒🙁😐🙂😃

Slide 23 - Sondage