B1-K1-W1- lesweek 18-222AB

 Ontwikkelingsproblemen zijn vaak 
 te voorspellen vanuit risicofactoren.

Oorzaak kind- intern 
Oorzaak ouder/gezin- omgeving: extern 


Inventariseert ondersteuningsvragen van de cliënt 

                      

B1-K1-W1

Klas:   222AB
Lesweek 18-  07 juni 2022

1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
WelzijnMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactif, diapositives de texte et 2 vidéos.

Éléments de cette leçon

 Ontwikkelingsproblemen zijn vaak 
 te voorspellen vanuit risicofactoren.

Oorzaak kind- intern 
Oorzaak ouder/gezin- omgeving: extern 


Inventariseert ondersteuningsvragen van de cliënt 

                      

B1-K1-W1

Klas:   222AB
Lesweek 18-  07 juni 2022

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Programma voor vandaag- deel 1 : 
  • Welkom, AWR

  • Terugblik vorige les en nog 2 stoornissen

  • Belangrijke mededeling toetsing 

  • Lesdoelen vandaag

  • Oefentoets W1 45 min 
  • Theorie Gehandicaptenzorg (start 1)

  • Afsluiting 

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke stoornissen hebben we vorige week besproken?
En wat weet jij er nog van?

Slide 3 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 4 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Persoonlijkheidsstoornis
Een persoonlijkheidsstoornis is een psychische aandoening die gekenmerkt wordt door een star en duurzaam patroon van gedachten, gevoelens en gedragingen.

Volgens de richtlijnen van de DSM-5-classificatie heeft iemand een persoonlijkheidsstoornis op het moment dat er sprake is van een duurzaam patroon van gedachten, gevoelens en impulsbeheersing dat duidelijk afwijkt van wat binnen de sociale omgeving verwacht wordt.

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Ontstaan van een persoonlijkheidsstoornis
  • Erfelijke factoren en individuele kwetsbaarheid
Sommige mensen hebben vanaf de geboorte aanleg voor bepaalde psychische aandoeningen, bijvoorbeeld depressie of verslaving.
  • Psychologische factoren
De psychologische kenmerken van iemand ontwikkelen zich doordat de persoon leert zich te handhaven/ aanpassen . Trauma of gezinsomstandigheden (geen veiligheid, niet voldoende aandacht, grenzen).
  • Omgevingsfactoren en sociale factoren
Sociaal-culturele omstandigheden die kunnen meespelen, zijn onder andere de positie van het gezin in de omgeving, de levensstandaard, gevolgen van emigratie of het leven in een oorlogssituatie.


Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Cliënten met een persoonlijkheidsstoornis lopen vaak persoonlijk of sociaal vast op het gebied van omgaan met zichzelf en anderen. Zij ondervinden hier veel hinder van en hebben vaak verschillende psychische problemen (bijv. depressiviteit, angststoornissen, emotionele impulsiviteit en instabiliteit.

De DSM-5 ordent 
persoonlijkheidsstoornissen in 
drie groepen, ook wel clusters genoemd.

  • cluster A: 
paranoïde persoonlijkheidsstoornis;
  • cluster B: 
borderline persoonlijkheidsstoornis;
  • cluster C: 
afhankelijke persoonlijkheidsstoornis.

Slide 7 - Diapositive

De symptomen van deze persoonlijkheidsstoornis kennen veel gelijkenissen met schizofrenie. Het verschil is dat mensen met schizofrenie in een psychose verkeren en mensen met een schizotypische persoonlijkheidsstoornis niet. Schizotypische personen hebben moeite met intieme relaties en om emoties te linken aan een situatie
Behandeling en Begeleiding Persoonlijkheidsstoornis
Behandeling door: medicatie en psychotherapie.

Begeleiding MZ'er: behandelproces zo veel mogelijk te ondersteunen.

Het ziektebeeld van de cliënt kennen en begrijpt waarom de cliënt op een bepaalde manier reageert op een situatie. 

Oprecht betrokkenen met bewaken eigen grenzen.

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 9 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Dwangstoornis
De obsessieve-compulsieve stoornis (OCS) is beter bekend onder de naam ‘dwangstoornis’. De naam is ontleend aan de twee belangrijkste kenmerken van de stoornis:

- dwanggedachten (obsessies);
- dwanghandelingen (compulsies).

1/2%  van de bevolking, meestal rond je 20 tot uiting.
Voorbeelden: Angst voor besmetting - Wassen en schoonmaken - Controleren - Herhaling 

Behandeling: zo snel mogelijk, vooral uit praten en oefenen, gehandicapten.
Begeleiding: is erg onzeker en heeft weinig zelfvertrouwen. Behoefte aan steun en positieve waardering. 



Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Belangrijke mededeling
- Zie de leerlijst om je goed voor te kunnen bereiden op de toets van volgende week. 
Voor de echte toets. 

- Zorg dat je op tijd aanwezig bent voor de toets!!
Ben je te laat? Het laatste instapmoment is na 15 minuten. De docent laat dan nog 1 maal de studenten binnen. Voor die tijd zul je dus moeten wachten, en na die tijd kun je je toets niet meer maken. Je krijgt ook geen extra tijd om de toets te maken.


Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Oefentoets W1 
  • Stap 1: Ga naar je studentenmail en lees de instructie goed door. 
    De mail heb je van Melle of van Iris ontvangen. 

  • Stap 2 : Log in met je studentennummer. Voor de eerste keer kun je een wachtwoord aanmaken door  direct bij het inloggen via “wachtwoord vergeten” zelf een wachtwoord in te voeren. ONTHOU DIT WACHTWOORD!

  • Stap 3: ga nu oefenen. 

  • Stap 4: klaar met de toets zorg dat je op afsluiten drukt. En steek je hand omhoog. 

Slide 12 - Diapositive

Maak de koppeling dat vaak deze zeven leefgebieden ook weer terugkomen bij andere begeleidingsmethodieken.

Je kan de PowerPoint gebruiken en op mijn stem drukken dan hoef je het zelf niet uit te leggen... lukte me niet om de geluidsfragmenten te verwerken in lesson up. (uploade niet).

Nog tijd over dan kun je ook Casus Cindy doen. Dia erna...
Lesdoelen
  • Je kunt inloggen in het toets systeem en weet welke stappen je moet zetten bij de echte toets.

  • Je kunt uitleggen wat de definitie is van gehandicaptenzorg

  • Je kunt uitleggen wat er onder de doelgroep ''gehandicaptenzorg'' valt. 

Slide 13 - Diapositive

Maak de koppeling dat vaak deze zeven leefgebieden ook weer terugkomen bij andere begeleidingsmethodieken.

Je kan de PowerPoint gebruiken en op mijn stem drukken dan hoef je het zelf niet uit te leggen... lukte me niet om de geluidsfragmenten te verwerken in lesson up. (uploade niet).

Nog tijd over dan kun je ook Casus Cindy doen. Dia erna...
Deel 2- Les W1 
In semester 2 gaan we het uitgebreid hebben over de gehandicaptenzorg. 
Voor nu maken we alvast een start met de definitie van gehandicaptenzorg. 
Wisten jullie dat er veel stageplekken en werkplekken in de gehandicaptenzorg beschikbaar zijn? En wisten jullie ook dat de gehandicaptenzorg een breed begrip is?


Waar denk je aan als je denkt aan GHZ? 

Slide 14 - Diapositive

Maak de koppeling dat vaak deze zeven leefgebieden ook weer terugkomen bij andere begeleidingsmethodieken.

Je kan de PowerPoint gebruiken en op mijn stem drukken dan hoef je het zelf niet uit te leggen... lukte me niet om de geluidsfragmenten te verwerken in lesson up. (uploade niet).

Nog tijd over dan kun je ook Casus Cindy doen. Dia erna...
Gehandicaptenzorg

Definitie: De gehandicaptenzorg ondersteunt cliënten met een lichamelijke, verstandelijke en/of zintuiglijke beperking.


De doelgroep ‘mensen met een beperking’ is erg groot. Als persoonlijk begeleider gehandicaptenzorg kun je bijvoorbeeld werken met:

  • mensen met een verstandelijke beperking;
  • mensen met een lichamelijke beperking;
  • mensen met een meervoudige beperking;
  • mensen met een chronische ziekte;
  • mensen die revalideren.(denk ook aan NAH)



Slide 15 - Diapositive

Leg uit dat we alleen de basics behandelen. En afhankelijk van je uitstroomprofiel je je er meer in gaat verdiepen. Verwijs ze bij interesse door naar boek PBGZ en dan thema 1.

De dia's moeten ze goed leren.
Boek kunnen ze lezen ter achtergrond

NAH niet aangeboren hersenletsel.
dus mensen die door een ongeluk hersenletsel oplopen en hierdoor beperkt zijn.
Verstandelijke beperking

Mensen met een verstandelijke beperking verschillen net zo veel van elkaar als andere mensen. Toch worden ze vaak als één groep gezien.


Verstandelijke beperking : Duidelijke beperkingen in zowel het intellectuele functioneren als het aanpassingsvermogen. De beperkingen treden op vóór de leeftijd van achttien jaar.


Intellectueel functioneren: Duidelijke problemen met leren, denken, geheugen. Niet functioneren op 'norm leeftijd'.
Aanpassingsvermogen: moeite met inspelen op (sociale) situaties, personen maar ook het zelfstandig kunnen functioneren op gebieden als wonen, werk etc.  

Slide 16 - Diapositive

PBGZ boek- thema 1.1


Er is sprake van een duidelijke beperking in het intellectuele functioneren. Dit wil zeggen dat er duidelijk problemen zijn op verstandelijk gebied: (grote) problemen bij het leren, denken en onthouden van zaken. Denk hierbij niet alleen aan theoretische, maar ook aan praktische zaken. Jezelf kunnen aankleden bijvoorbeeld stelt eisen aan je (motorische) vaardigheid, maar je moet ook de volgorde waarin je de kleren moet aantrekken onthouden en (vooral) de logica daarvan inzien.

  • Naast de intellectuele beperking zijn er beperkingen in het aanpassingsvermogen. Denk bijvoorbeeld aan het vermogen in te kunnen spelen op anderen, op situaties of op gestelde eisen. Een persoon met een verstandelijke beperking heeft er moeite mee onafhankelijk te functioneren en verantwoordelijkheid te dragen.

  • De cliënt kan niet voldoen aan de normen die horen bij de leeftijd. Wat men kan en niet kan, is leeftijdsgebonden. Als een kind achterblijft in zijn ontwikkeling, kan alleen maar de vergelijking gemaakt worden met andere kinderen van die leeftijd.

  • Een persoon met een verstandelijke beperking heeft problemen op het vlak van sociale vaardigheden, verantwoordelijkheden, communicatie, onafhankelijkheid en zelfredzaamheid. Bij al deze zaken is een goed begrip van de situatie en de reacties van anderen nodig om correct te reageren. Een persoon met een verstandelijke beperking is daarom niet, of niet goed, in staat zelfstandig deel te nemen aan het verkeer, zelfstandig te wonen, zorg te dragen voor eigen veiligheid en gezondheid enzovoort. Deze situaties stellen eisen aan hem, waaraan hij niet kan voldoen. De mate waarin hij dit niet kan, verschilt per persoon.

  • De verstandelijke beperking komt voor het achttiende jaar tot uiting. Voor het achttiende levensjaar is duidelijk dat er sprake is van:

    • een te trage ontwikkeling;

    • stilstand in de ontwikkeling;

    • terugval in de ontwikkeling;

    • een incomplete ontwikkeling.

  • Huiswerk
    Ter voorbereiding op de toets: 

    - Neem alle lesson-up dia's door!
    - Oefen de oefentoets een paar keer!
    - Ga aan de slag met de leerlijst!

    W1 is een pittige toets! De basis van je vak begint hier! Leer goed! 

    Slide 17 - Diapositive

    Cet élément n'a pas d'instructions

    Afsluiting check lesdoelen: 
    Beantwoord voor jezelf de vragen op de volgende hieronder. 
    Kun je hier antwoord opgeven dan heb je een groot deel van de lesdoelen van vandaag behaald. 

    • Je kunt uitleggen wat de definitie is van gehandicaptenzorg
    • Je kunt uitleggen wat er onder de doelgroep ''gehandicaptenzorg'' valt. 

    • Je kunt inloggen in het toets systeem en weet welke stappen je moet zetten bij de echte toets!

    Slide 18 - Diapositive

    Cet élément n'a pas d'instructions

    Tot volgende week, kanjers!

    Slide 19 - Diapositive

    Cet élément n'a pas d'instructions