L'adjectif

• Frans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

L'adjectif - het BN zegt iets over...

* Het zelfstandig naamwoord:

vb. Ik heb een mooie pen.

       Hij rijdt in een rode auto.

       Zij heeft een klein zusje.

en français...

* J'ai un beau stylo.

* Il roule dans une voiture rouge.

* Elle a une petite soeur. 

Wat zijn in de volgende zinnen de bijvoeglijke nmw? Van onder naar boven...

* J'ai un beau stylo.
* Il roule dans une voiture rouge.
* Elle a une petite soeur.

regardons...

* Je lis un livre intéressant.

* Je lis une histoire intéressante.

* Je lis des livres intéressants.

* Je lis des histoires intéressantes.

J'ai un copain...

1. français
2. française
3. françaiss
4. françaises

Tu as une copine...

1. gentils
2. gentil
3. gentilles
4. gentille

Il a des copains...

1. intéressant
2. intéressantes
3. intéressante
4. intéressants

Nous avons des copines...

1. belges
2. belge
3. belgee
4. belg

résume...

* Het bijvoeglijk naamwoord zegt iets over het zelfstandig naamwoord.

* Het BN / adjectief past zich aan het zelfstandig naamwoord, zoals in...

* Je lis un livre intéressant.

* Je lis une histoire intéressante.

* Je lis des livres intéressants.

* Je lis des histoires intéressantes.

mannelijk enk.: /     vrouwelijk enk.: +e     

mannelijk meerv.: +s     vrouwelijk meerv.: +es

La place d'un adjectif...

Lisons...

* Je lis un livre intéressant.

* Je lis une histoire intéressante.

* Je lis des livres intéressants.

* Je lis des histoires intéressantes.

Waar staat het BN volgens de algemene regel? Voor of na het ZN?

BN vóór het ZN

résume...

* ALGEMENE REGEL: 

Het bijvoeglijk naamwoord staat NA het zelfstandig naamwoord, behalve bij...

beau - bon - joli - haut - long - petit - jeune - vieux - grand - nouveau - mauvais - gros - premier - dernier 

Maak er een liedje van...