Financiële rekenvaardigheid hoofdstuk 2

1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
Praktische economieMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Voor het berekenen van de interest heb je de volgende gegevens nodig:
A
geldkapitaal, interestpercentage, rentedagen
B
geldkapitaal, interestpercentage, rekenmachine
C
geldkapitaal, interestpercentage, kapitaalgoederen

Slide 4 - Quiz

Je hebt € 3.000 en krijgt 2,5% rente. Hoeveel rente krijg je na 1 jaar? Gebruik de formule.

Slide 5 - Question ouverte

Je hebt € 3.000 en krijgt 2,5% rente. Hoeveel rente krijg je na
 1 jaar? Gebruik de formule.
Formule: Interest = K x P x T/100

Interest = € 3.000 x 2,5 x 1/100

Interest = € 75

Slide 6 - Diapositive

Je hebt € 3.000 en krijgt 2,5% rente. Hoeveel rente krijg je na 7 maanden? Gebruik de formule.

Slide 7 - Question ouverte

Je hebt € 3.000 en krijgt 2,5% rente. Hoeveel rente krijg je na 7 maanden? Gebruik de formule.
Formule: Interest = K x P x T

Interest = € 3.000 x 0,025 x (7/12)

Interest = € 43,75

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Je hebt € 3.000 op de bank staan van 2 februari tot 20 juli. Hoeveel rentedagen zijn dat (schrikkeljaar!)
A
159
B
169
C
158
D
168

Slide 10 - Quiz

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive