Oefentoets Thema 2 en Fotosynthese §1.5

Oefentoets Thema 2 Organen en Cellen en Fotosynthese §1.5
1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

Éléments de cette leçon

Oefentoets Thema 2 Organen en Cellen en Fotosynthese §1.5

Slide 1 - Diapositive

Wat is de functie van de celkern in een cel?
A
Energieproductie
B
Opslag van voedingsstoffen
C
Celbeweging
D
Beheersen van celactiviteiten

Slide 2 - Quiz

De aspergeplant (zie de afbeelding) heeft witte, jonge stengels die eetbaar zijn. Deze stengels groeien uit een wortel die diep in de bodem zit. Zo worden de asperges lang en blijven ze wit.

Vindt er in de stengels fotosynthese plaats? En vindt er in de wortels fotosynthese plaats?

Slide 3 - Question ouverte

Welke organen liggen zowel in de borstholte als in de buikholte? Noem er twee!

Slide 4 - Question ouverte

Bij welke letter vindt celdeling plaats in deze grafiek?

A
P
B
R
C
Q
D
Vindt niet plaats.

Slide 5 - Quiz

Benoem alle vijf de onderdelen van een blad

Slide 6 - Question ouverte

Bekijk de afbeelding. Daarin zie je een schematische tekening van de chromosomen in cellen van fruitvliegjes.

Hoeveel chromosomen bevat een lichaamscel van een fruitvliegje? En is de tekening gemaakt van de situatie vlak voor of vlak na een celdeling?
A
Een lichaamscel van een fruitvliegje bevat acht chromosomen en de tekening geeft de situatie vlak voor de celdeling weer.
B
Een lichaamscel van een fruitvliegje bevat acht chromosomen en de tekening geeft de situatie vlak na de celdeling weer.
C
Een lichaamscel van een fruitvliegje bevat zestien chromosomen en de tekening geeft de situatie vlak voor de celdeling weer.
D
Een lichaamscel van een fruitvliegje bevat zestien chromosomen en de tekening geeft de situatie vlak na de celdeling weer.

Slide 7 - Quiz

Vul in:
In een stengel lopen lange dunne buisjes. Dat worden ..........(1)
genoemd. Als deze in groepjes bij elkaar liggen heet dat een .........(2)
Deze buisjes zorgen voor het ........(3)
van stoffen in de plant.

Slide 8 - Question ouverte

Welke van deze cellen zijn gespecialiseerd?

Slide 9 - Question ouverte

Wat is de functie van huidmondjes?

Slide 10 - Question ouverte

Wat is er fout aan dit plaatje?

Slide 11 - Question ouverte

Wat is de functie van het opperhuidweefsel in planten?
A
De plant beschermen tegen invloeden van buitenaf
B
Koolstofdioxide opnemen en zuurstof afstaan
C
Nieuw hout vormen richting het midden van de stam

Slide 12 - Quiz

Welke functie heeft het celmembraan?
A
Het celmembraan regelt alles wat in de cel gebeurt
B
Het celmembraan bestaat uit cellulose
C
Het celmembraan regelt de opname en afgifte van stoffen
D
Het celmembraan geeft de cel stevigheid

Slide 13 - Quiz

Er is een verschil in mitochondriën per cel tussen spier- en huidcellen
In welke cel zullen er meer mitochondriën voorkomen?
A
Huidcellen
B
Spiercellen

Slide 14 - Quiz

Hoe heet het celorganel wat met een (1) is aangegeven?

Slide 15 - Question ouverte

In de afbeelding is een cel schematisch getekend.

Aan welke kenmerken kun je zien dat een plantaardige cel is getekend?

Slide 16 - Question ouverte

Wat gebeurd er met plastiden als een banaan van kleur veranderd? En welke plastiden kunnen reservestoffen opslaan?

Slide 17 - Question ouverte

Jakobskruiskruid is een plant die zeer giftig is voor veel zoogdieren. De plant bevat bepaalde stoffen die PA's worden genoemd. Als een dier Jakobskruiskruid eet, worden de PA's in de dunne darm omgezet in een giftige stof. Dit gif komt met het bloed onder andere in de lever terecht en kan daar het DNA in de levercellen beschadigen.

In welk organel van de levercel zal de beschadiging plaatsvinden?
A
In het celmembraan
B
In het cytoplasma
C
In de celkern
D
In de celwand

Slide 18 - Quiz

Wat zijn de namen van 5, 6 en 7

Slide 19 - Question ouverte

Welke vier letters van DNA (die nucleotidebasen vertegenwoordigen) zijn er en welke horen steeds bij elkaar?

Slide 20 - Question ouverte

Jasper en Noah bekijken klaargemaakte preparaten van spiercellen en zenuwcellen. Het valt hen op dat de cellen er erg verschillend uitzien.
Jasper zegt dat dit komt doordat spiercellen en zenuwcellen verschillende genen hebben.
Noah zegt dat dit komt doordat bij spiercellen andere genen actief zijn dan bij zenuwcellen.

Wie heeft gelijk?
A
Jasper
B
Noah
C
Beide
D
Geen van beide

Slide 21 - Quiz

Wat is de formule voor fotosynthese?

Slide 22 - Question ouverte

Veel grondstoffen zijn ontstaan doordat fotosynthese in planten plaatsvindt. Welke van onderstaande grondstoffen zijn NIET ontstaan dankzij fotosynthese?
kies uit: katoen, metaal, steen, leer, zijde, water, hout.

Slide 23 - Question ouverte