Bijvoeglijk naamwoord

Grammatica
Bijvoeglijke naamwoorden 


1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvmbo, mavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

Grammatica
Bijvoeglijke naamwoorden 


Slide 1 - Diapositive

lesdoelen
Je kunt een bijvoeglijk naamwoord in een zin 
herkennen en benoemen. 




Slide 2 - Diapositive

Wat is een bijvoeglijk naamwoord?
A
Dit woord zegt iets over een werkwoord
B
Dit woord zegt iets over een voorzetsel
C
Dit woord zegt iets over een zelfstandig naamwoord
D
Dit woord zegt iets over een lidwoord

Slide 3 - Quiz


Wat zijn de bijvoeglijke naamwoorden?
A
zonnige
B
dag
C
zonnige , leren
D
leren

Slide 4 - Quiz

BIJVOEGLIJK NAAMWOORD

Vertelt meer over een zelfstandig naamwoord (znw)

Kan voor of achter het znw staan


- het spannende boek

- een spannend boek'

- het boek is spannend

Slide 5 - Diapositive

De slimme leerling snapt het niet.
Welk woord is het bijvoeglijk naamwoord?
A
de
B
leerling
C
snapt
D
slimme

Slide 6 - Quiz

De rode jas hangt nog aan de kapstok.

Het bijvoeglijk naamwoord is:
A
jas
B
rode
C
kapstok
D
hangt

Slide 7 - Quiz

Wat is een voorbeeld van een bijvoeglijk naamwoord?
A
Blonde
B
Man
C
Paard
D
De

Slide 8 - Quiz

Wat is het bijvoeglijk naamwoord in de zin?

'Morgen komt mijn lieve vakantievriendin eindelijk logeren.'
A
morgen
B
lieve
C
eindelijk
D
er staat geen bijvoeglijk naamwoord in de zin

Slide 9 - Quiz

het bijvoeglijk naamwoord is:

Ik heb een nieuwe telefoon gekregen.

Slide 10 - Question ouverte

het bijvoeglijk naamwoord is:

Ik heb er leuke muziek op gezet.

Slide 11 - Question ouverte

het bijvoeglijk naamwoord is:

Alles van mijn favoriete band staat erop

Slide 12 - Question ouverte

het bijvoeglijk naamwoord is:

Ik heb er een goede koptelefoon bij gekocht.

Slide 13 - Question ouverte

BIJVOEGLIJK NAAMWOORD

Bij 'de'-woorden krijgt het bijvoeglijk naamwoord een 'e', 

bij 'het'-woorden alleen als er ook een blw voorstaat.


- het spannende boek

- een spannend boek


- de mooie kast

- een mooie kast



Slide 14 - Diapositive

Hoe schrijf je het bijvoeglijk naamwoord?

Slide 15 - Question ouverte

Hoe schrijf je het bijvoeglijk naamwoord?

Slide 16 - Question ouverte