Les klas 1: Fais un poster - Bezienswaardigheden

1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Le programme
Questions à propos du verbe être
Fais un Poster: des idées & aide


Les phrases-clés
Au travail!
Devoirs

Slide 2 - Diapositive

Na deze les...
... kunnen jullie uitleggen wat ÊTRE is en waarom je dat woord nodig hebt als je Frans spreekt!

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

0

Slide 5 - Vidéo

être
il/elle/on
nous
vous
ils/elles
tu
je
                        sont
                         suis
                sommes
                         êtes
                           est
                            es

Slide 6 - Question de remorquage

Hoe moet het dan op deze manier??
Roos en Jules (zij) zijn in de school = Roos et Jules sont dans l'école.
Sam (il) is in de klas = Sam est dans la classe.
Philippe en ik (wij) zijn aardig = Philippe et moi sommes sympas
Sarah en jij (jullie) zijn in de kamer = Sarah et toi êtes dans la chambre

Slide 7 - Diapositive

Fais un poster

Slide 8 - Diapositive

Fais un poster
Kies een land uit buiten Frankrijk waar Frans gesproken wordt en maakt een poster over dit land. Zoek foto's en informatie op internet of gebruik vakantiefoto's. 
Het kan dus een soort reclameposter zijn voor een reis, informatie of een poster van een vakantie.

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

En hiver, il fait...
En été, il fait...

Slide 11 - Diapositive

Is het tot nu toe gelukt met de poster?

Slide 12 - Carte mentale

Fais un poster
Je kunt vertellen over:
* Het weer
* Bezienswaardigheden
* Muziek of bekende artiesten uit het land
* Specialiteiten (eten)
* Wat zijn de populaire sporten etc.
* Interessante weetjes
* Welke dieren leven er?
* Aanrader volgens jou?

Slide 13 - Diapositive

Stappenplan
- Bezienswaardigheden

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Lien

On commence...
- Jullie hebben een paar bezienswaardigheden genoteerd. Nu gaan jullie het in correcte Franse zinnen opschrijven op jullie poster. Volg de sheets goed, want die gaan jullie helpen om in het Frans te schrijven!



Slide 16 - Diapositive

Fais un poster - Phrases-clés
Belangrijke zinnen
* C'est une plage = het is  een strand
* Il y a un musée historique = er is/er zijn een historisch museum
* On peut faire du shopping = men kan er shoppen
* Vous pouvez visiter une cathédrale = jullie kunnen er bezoeken een kathedraal


Slide 17 - Diapositive

Fais un poster - Phrases-clés
- Tu vas à... (jij gaat naar...)
-On peut visiter....(je kunt bezoeken...)
- Vous pouvez visiter... (u kunt bezoeken...)
- Visite absolument... (bezoek absoluut...)
- Il y a (er is/er zijn)
- Strasbourg pour sa cathédrale, son quartier... (Strasbourg voor zijn kathedraal)

Belangrijke zinnen om te zeggen wat je er zelf van vindt: 
C'est joli (mooi)
C'est beau (mooi)
C'est fantastique (fantastische)
C'est magnifique (magnifiek)
C'est drôle/marrant (grappig)
C'est historique (historische)
C'est moderne (modern)
C'est grand (groot)
C'est petit (klein)
Trop beau/cool (te mooi/te cool)



Slide 18 - Diapositive

Il fait froid
Il fait frais
Il fait moins 10 degrés
Il fait mauvais
Il fait gris
Il neige
Il pleut

Il fait chaud
Il fait bon
Il fait chaud
Il fait beau
Il fait 25 degrés

Slide 19 - Diapositive

Devoirs:



* Faites bron F
* Écrivez sur des lieux touristiques

Apprenez: voca E  & F + phrases-clés C

- La semaine prochaine, on va parler....?

Slide 20 - Diapositive

et c'est fini !!!!!

Slide 21 - Diapositive