8.4 Afvalstoffen

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo g
• Leerjaar 4

7.5 Eten en ademen bij dieren

Ga rustig zitten en pak je lesboek en schrift alvast voor je.

Welkom!

§8.4  Afvalstoffen

Wat gaan we deze les doen?

• Leerdoelen
• Uitleg §8.4
• Aan de slag!
• Afsluiten

Leerdoelen

Welke organen halen afvalstoffen uit je bloed?

Bij allerlei processen in je lichaam ontstaan afvalstoffen.

Die afvalstoffen komen in het bloed en de samenstelling van het bloed verandert daardoor. 

Uitscheiding = het verwijderen van afvalstoffen uit je bloed en ze buiten het lichaam brengen. 

Uitscheidingsorganen helpen om de samenstelling van je bloed steeds ongeveer constant (gelijk) te houden.

Organen die een rol spelen bij de uitscheiding zijn:
- longen

- lever

- nieren

- huid

Uitscheidingsorganen

Wat doet de lever?

De lever haalt stoffen uit je bloed en geeft er weer allerlei andere stoffen aan af.

Aanvoer van bloed door:

- leverslagader (bloed met zuurstof)
- poortader (bloed met voedingsstoffen vanuit de dunne darm)

Afvoer van bloed door:
- leverader (bloed met o.a. koolstofdioxide)

Taken van de lever

- Afbreken en omzetten van stoffen

    * Giftige stoffen afbreken en omzetten in onschadelijke stoffen (bijv.: alcohol en medicijnen)
      Veel onschadelijke stoffen gaan via je nieren uit je bloed.
    * Overtollige eiwitten afbreken.
       Afvalstof ureum ontstaat --> via het bloed naar de nieren --> uitscheiding.

    * 'Versleten' rode bloedcellen afbreken.

       IJzer uit de hemoglobine wordt opgeslagen.

       Rest van de hemoglobine wordt uit het lichaam verwijderd.

Stoffen maken
    * Gal (hulpstof bij de vetvertering)

Stoffen opslaan
    * Glucose (in de vorm van glycogeen)
    * Vitaminen (bijv: vitamine A en D)

Hoe werken de nieren?

- Afbreken en omzetten van stoffen

    * Giftige stoffen afbreken en omzetten in onschadelijke stoffen (bijv.: alcohol en medicijnen)
      Veel onschadelijke stoffen gaan via je nieren uit je bloed.
    * Overtollige eiwitten afbreken.
       Afvalstof ureum ontstaat --> via het bloed naar de nieren --> uitscheiding.

    * 'Versleten' rode bloedcellen afbreken.

       IJzer uit de hemoglobine wordt opgeslagen.

       Rest van de hemoglobine wordt uit het lichaam verwijderd.

Stoffen maken
    * Gal (hulpstof bij de vetvertering)

Stoffen opslaan
    * Glucose (in de vorm van glycogeen)
    * Vitaminen (bijv: vitamine A en D)

Aan de slag!

Lezen: blz. 110, 113 en 115

Maken: 1 t/m 20 van §8.3

Ben je hiermee klaar?
Dan ga je bezig met het volgende:

Nakijken: §8.1 + §8.2 + §8.3

Afsluiten

Pak je Plenda

- vrijdag 25 oktober

- 6e lesuur

- m: 1 t/m 20 van §8.3 + l: §8.4

Zijn er vragen?


Volgende les
§8.4

Fijne dag!