Week 16

Lesson Goals
  • ik ken de woordjes van trede 7 Ne-En en En-Ne
  • ik weet hoe ik de verleden tijd (regelmatige en onregelmatige werkwoorden) kan gebruiken in het Engels
  • ik rond de leesopdracht voor Unquiet Graves af 
    en lever hem in
1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Lesson Goals
  • ik ken de woordjes van trede 7 Ne-En en En-Ne
  • ik weet hoe ik de verleden tijd (regelmatige en onregelmatige werkwoorden) kan gebruiken in het Engels
  • ik rond de leesopdracht voor Unquiet Graves af 
    en lever hem in

Slide 1 - Diapositive

Opdrachten nog niet af? Lever ze MAANDAG 20 april in.

Slide 2 - Diapositive

Inleveren Assignment
  • Go to: ELO, 1GB EN (mor) 19.20 Step 6 and 7
  • Open: Unquiet Graves
  • Go to Inleveren opdracht to hand in the assignment

Slide 3 - Diapositive

Today
  • Workshop: woordjes trede 7 (geef je op!)
  • Vakles: Past Simple
    Let's revise...
    (hoe was 't ook maar weer)

Slide 4 - Diapositive

Hoe maak ik de verleden tijd (past simple) van een REGELMATIG werkwoord? Door er -ed (of -d) achter te zetten!
Dus wat is de verleden tijd van WALK?

Slide 5 - Question ouverte

En wat is de verleden tijd van VISIT?

Slide 6 - Question ouverte

En wat is de verleden tijd van SMILE?

Slide 7 - Question ouverte

Maar de Past Simple (verleden tijd) van HAVE is niet HAVED. Hoe komt dat? HAVE is een ONREGELMATIG werkwoord. Onrgelmatige werkwoorden hebben geen regel. Je moet ze uit je hoofd leren. Gokje: wat is de verleden tijd van HAVE?

Slide 8 - Question ouverte

What's the rule? (+)
Regelmatig (+)
Onregelmatig (+)
I walked home.
He stopped for me.
She believed him.
She was sick.
He had a dog.
We won the football match!

Slide 9 - Diapositive

Past Simple - Irregular Verbs

Slide 10 - Diapositive

Past Simple - 20 Irregular Verbs


Werkwoord
Past Simple
Betekenis
1. become
became
worden
2. buy
bought
kopen
3. be
was/were
zijn
4. do
did
doen
5. drink
drank
drinken
6. eat
ate
eten
7. find
found
vinden
8. give
gave
geven
9. go
went
gaan
10. have
had
hebben
Werkwoord
Past Simple
Betekenis
11. make
made
maken
12. read
read
lezen
13. say
said
zeggen
14. see
saw
zien
15. sing
sang
zingen
16. sleep
slept
slapen
17. speak
spoke
spreken
18. tell
told
vertellen
19. win
won
winnen
20. write
wrote
schrijven

Slide 11 - Diapositive

become
eat
write
speak
do
sleep
buy
find
bought
ate
did
found
became
spoke
wrote
slept

Slide 12 - Question de remorquage

Now let's try...
Can we play Quizlet Live from home?

Slide 13 - Diapositive

What's the rule? (-)
Regelmatig (-) en onregelmatig (-) have the same rule.
I didn't walk home.
He didn't stop me.
She didn't believe him.
He didn't have a dog.
We didn't win the football match!

was and were are weird:
I wasn't ill. They weren't happy.

Slide 14 - Diapositive

Past Simple
(+) Gewone zin: He TALKED.
(-) Ontkennende zin: He DIDN'T TALK.
Maak nu een ontkennende zin van: (+) He WALKED home.

Slide 15 - Question ouverte

Past Simple
(+) Gewone zin: He TALKED.
(-) Ontkennende zin: He DIDN'T TALK.
Maak nu een ontkennende zin van: (+) They SMILED.

Slide 16 - Question ouverte

Past Simple
(+) Gewone zin: He TALKED.
(-) Ontkennende zin: He DIDN'T TALK .
Maak nu een ontkennende zin van: (+) He SLEPT.

Slide 17 - Question ouverte

What's the rule? (?)
Regelmatig (?) en onregelmatig (?) have the same rule.
Did you walk home?
Did he stop me?
Did she believe him?
Did he have a dog?
Did we win the football match?

was and were are weird:
Was she ill? Were they happy?

Slide 18 - Diapositive

Kijk naar de zin: He talked a lot.
Maak die zin nu vragend (did)

Slide 19 - Question ouverte

Kijk naar de zin: They opened the door.
Maak die zin nu vragend (did)

Slide 20 - Question ouverte

Oefenen?
Link naar: past simple onregelmatige werkwoorden
 - gewone zinnen (+) 
Link naar: past simple ontkenningen (-) en vraagzinnen (?)

Slide 21 - Diapositive

Wat moet je maken?
  • Portal Step 7
  • Lesson: City of Dreams

Slide 22 - Diapositive