3t oefenen H1

• Scheikunde
• Middelbare school
• vmbo t, mavo
• Leerjaar 3

Herhaling Hoofdstuk 1

a. Leg uit wat bedoeld wordt met stofeigenschappen.
b. Noem 5 verschillende stofeigenschappen.

Wat betekend dit gevarensymbool?

1. Bijtend
2. Oxiderend
3. Corrosief
4. Schadelijk

Wat is de betekenis van dit gevarensymbool?

1. explosief
2. schadelijk
3. toxisch (giftig)
4. milieugevaarlijk

Een blok ijs heeft massa van 0,2 kg en een volume van 217 cm3. Bereken de dichtheid in g/cm3

Pien heeft een metalen blokje met een volume van 21cm3 en een massa van 53 gram. Wat is de dichtheid van het blokje? Vergeet de eenheid niet!

Wat is de definitie van een mengsel? Een mengsel...

1. bestaat uit een soort moleculen.
2. bestaat uit meerdere soorten moleculen.
3. bestaat uit meerdere moleculen.
4. bestaat uit meerdere soorten atomen

Is de stof een zuivere stof of een mengsel?

suiker is een
limonade is een
ijzer is een
thee is een

zuivere stof

zuivere stof

zuivere stof

zuivere stof

mengsel

mengsel

mengsel

mengsel

Welk plaatje geeft een mengsel aan en welke een zuivere stof

Mengsel

Zuivere stof

Zuivere stof

Hiernaast zie je een mengsel.
Wat is dit voor een
soort mengsel?

1. Zuivere stof
2. Oplossing
3. Mengsel
4. Suspensie

Wat voor een mengsel is dit?

1. oplossing
2. suspensie
3. emulsie
4. rook

Hiernaast zie je een mengsel.
Wat is dit voor een
soort mengsel?

1. Zuivere stof
2. Oplossing
3. Mengsel
4. Suspensie

Bij het scheiden van mengsels ontstaan

1. wel nieuwe stoffen
2. geen nieuwe stoffen

Wat stelt de grafiek voor?

1. smeltpunt
2. kookpunt
3. smelttraject
4. kooktraject

Een mengsel heeft een

1. kooktraject
2. kookpunt

Als je een troebel mengsel hebt dan is het

1. een oplossing of een suspensie
2. een oplossing of een emulsie
3. een suspensie of een emulsie
4. geen van deze mogelijkheden

bij welke kookpunten begint en eindigt het kooktraject?

1. 20 C en 100 C
2. 55 C en 95C
3. 20 C en 65 C
4. 55 C en 65 C

Bij het scheiden van een mengsel...

1. ontstaan er nieuwe stoffen
2. verdwijnen er stoffen
3. worden stoffen gesorteerd
4. vindt er een chemische reactie plaats

Fasedriehoek

Gasvormige fase

Vloeibare fase

Smelten

stollen/bevriezen

Condenseren

vervluchtigen

Rijpen

Sleep de letter naar de juiste betekenis

vaste fase

vloeibare fase

gasvormige fase

(l)

(s)

(g)

Wat zijn de beginstoffen in dit reactieschema

1. Ijzer + Water
2. Roest
3. Ijzer + Water + Zuurstof
4. Ijzer + water + zuurstof + Roest

Wat zijn de beginstoffen in dit reactieschema?

1. Zilver en chloor
2. Zilverchloride
3. Zilver
4. Chloor

Wat is het reactieproduct in dit reactieschema?

1. Ijzer en water
2. Ijzer, water en zuurstof
3. Roest
4. Ijzer, water, zuurstof en roest

Wat is een reactieschema?

Geef het reactie schema van de verbranding van hout.