Taalvaardigheid Lijdendvoorwerp

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 2

WELKOM

3 Kader

Klas 2F Welkom bij Nederlands

Denk aan:

*Je telefoon op stil en in de telefoontas.

* Je kauwgom /snoep in  de prullenbak

*Je tas is onder je tafel of hangt aan je stoel

*Je spullen liggen klaar op tafel

*We lezen 10 minuten stil!

Directe instructie

*Wat: Taalverzorging (Lijdend voorwerp) blz.80

Hoe: Theorie lezen, video-uitleg, inoefenen lesson up en zelfstandig werken (15 min)

Hoelang: 20 minuten zelfstandig/tweetallen maken opdracht 1,2,3,&4 blz. 84-85

*

 

https://www.youtube.com/watch?v=l4mgep-oiFI

Wat is een lijdend voorwerp?

1. Wanneer + pv + ow
2. Waarom/Waarvoor + ow + mwv
3. Wat/Wie + wwg + ow
4. Het zinsdeel dat overblijft in de zin.

lijdend voorwerp
=

1. Wie/wat + gezegde
2. Aan/voor wie + gezegde + onderwerp
3. Wat + gezegde + onderwerp

Wat kan GEEN lijdend voorwerp zijn?

1. De kat met het gebroken pootje
2. de pan met tomatensoep
3. in de tuin van de buren
4. wij

Lijdend voorwerp

1. zinsdelen
2. woordsoorten

Wat is het lijdend voorwerp in deze zin?

Ik kan nu het lijdend voorwerp uit een zin halen.

1. Ik
2. kan
3. het lijdend voorwerp
4. een zin

Wat is een lijdend voorwerp?

1. iets dat nodig is voor de handeling uit de zin
2. iets of iemand die de handeling uitvoert
3. iemand die iets zegt
4. het lijdend voorwerp bestaat niet

Verwerking/afsluiten/opruimen

*Wat heb je geleerd?

*Hoe heb je de opdrachten gemaakt?Vond je het moeilijk/makkelijk?

*Heb je extra uitleg nodig?

*Opruimen, telefoon pakken ,stoel aanschuiven bij vertrek