Par. 3: Ruimte voor industrie

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• vmbo b, k
• Leerjaar 2

Waar ging de vorige les over?

Leerdoelen 

• Je kent het verband tussen de economische ontwikkeling van een land en de ontwikkeling van de industrie; 
•  Je kent de vestigingsfactoren voor de industrie; 
• Je begrijpt waarom bedrijven de productie naar de periferie hebben verplaatst. 

Waar denk je aan bij de Nederlandse industrie?

Industrie

• Grondstoffen verwerken tot producten
• Zware industrie -> grondstoffen tot half producten 
• Lichte industrie -> Half afgewerkte producten tot kant-en-klare producten
• Infrastructuur 

Halffabricaat

(Zwarte industrie) 

kant-klaar-product

(Lichte industrie) 

Wat hoort er tot de infrastructuur?

1. havens
2. huizen
3. natuur
4. spoorwegen

Vestigingsfactoren 

• Arbeid: -> Arbeidsmarkt 
• Ruimte 
• Grondstoffen 
• Infrastructuur 
• Afzetmarkt  

Van centrum naar periferie

• Lonen in West-Europa zijn hoog
• Voordeliger om fabrieken in de periferie te bouwen: 

    - India, China

    - lage lonen

    -  Speciale Economische Zones

Waarom worden fabrieken vaak in de periferie gebouwd?

Industrie in Nederland

• High Tech Campus bij Eindhoven     

    - technische bedrijven

    - hoogopgeleide technische werknemers

• Haven van Rotterdam

    - trekt bedrijven aan door de aanvoer van grondstoffen

De haven van Rotterdam is de grootste van ....

1. de wereld
2. Europa
3. Azië
4. het zuidelijk halfrond

Nu zelfstandig aan de slag 

Maken paragraaf 3.3